REMKO ML...DC
Toetsen op de afstandsbediening
1
2
3
4
5
6
Afb. 14: Toetsen op de afstandsbediening
Toets "AAN/UIT"
1
Met deze toets wordt het apparaat in bedrijf
gesteld of buiten bedrijf gesteld.
16
7
10
11
12
13
14
8
9
Toets "MODE"
2
Met deze toets wordt de bedrijfsmodus gekozen.
De binnenunit heeft 5 modi:
1. Automatische modus
In deze modus werkt het apparaat in de koel- of
verwarmingsmodus.
2. Koelmodus
In deze modus wordt de warme ruimtelucht afge-
koeld naar de gewenste temperatuur.
3. Ontvochtigingsmodus
In deze modus wordt de ruimte ontvochtigd, hierbij
wordt de ruimtetemperatuur aanzienlijk verlaagd.
Het beïnvloeden van de temperatuur en de ventila-
torsnelheid is in deze modus niet mogelijk.
4. Verwarmingsmodus
In deze modus wordt de warme ruimtelucht ver-
warmd naar de gewenste temperatuur.
5. Circulatiemodus
In deze modus wordt de ruimtelucht gecirculeerd.
Het selecteren van een temperatuur is niet moge-
lijk.
Toets "VENTILATOR"
3
Met deze toets wordt het gewenste ventilatortoe-
rental ingesteld. Er zijn 4 niveaus beschikbaar:
automatisch, hoge, midden en lage ventilatorsnel-
heid.
Toets „SLEEP/FRESH"
4
Toets "SLEEP"
Na het indrukken van deze toets stijgt de theoreti-
sche temperatuur in koelbedrijf binnen één uur
automatisch 1 °C, bij verwarmingsbedrijf daalt de
theoretische temperatuur binnen één uur 1 °C. Met
behulp van deze toets kan de meest comfortabele
tempeartuur worden behouden en zo wordt er
energie bespaard. Deze functie is alleen beschik-
baar in de modi "Koelen", "Verwarmen" en "Auto".
Als het apparaat in de modus "SLEEP" staat, wordt
deze activiteit door het indrukken van de toetsen
"MODE", "FAN", "Speed" of "ON/OFF" onder-
broken.
Toets "FRESH"
Activeert de ionengenerator van het apparaat.
Daarbij worden negatief geladen deeltjes aan de
luchtstroom afgegeven, die o.a. invloeden van rook
en stof neutraliseren.