Frontplaat
Het labeltype Frontplaat is ontworpen voor gebruik met continu labelmateriaal. Als geen continu
labelmateriaal is geïnstalleerd, wordt dit labeltype niet in het menu weergegeven. Om de juiste afstand
tussen labels te behouden of vóór het snijden aan het label toe te voegen, kunt u ervoor kiezen om de
toevoer naar de snijplotter na het afdrukken uit te schakelen.
Frontplaatlabels maken:
1. Druk op LABELTYPE.
2. Selecteer Frontplaat.
De printer toont het instellingenscherm voor frontplaatlabels.
3. Als u een sequentie gaat instellen om gegevens in te voeren, selecteer dan Serialiseren om
een vinkje in het optievakje te plaatsen. Als u gegevens handmatig wilt invoeren, laat u het
vakje leeg.
4. Geef in het veld Herhalingswaarde aansluiting de grootte aan van de tussenruimte tussen de
aansluitingspunten (met een minimum van 5,1 mm (0,2 inch)).
5. Geef in het veld Aantal poorten het aantal poorten op waarvoor het label bestemd is. Dit veld
is niet beschikbaar als u Serialiseren hebt geselecteerd. In dat geval bepalen de
serialisatiewaarden hoeveel labels er worden gemaakt.
6. Wanneer Geen invoer is geselecteerd, kan er na het afdrukken extra informatie aan het label
worden toegevoegd.
Druk op de toets PRINT om dezelfde informatie te blijven afdrukken, anders voert u nieuwe
tekst in en drukt u nogmaals op PRINT.
Druk op de toets FEED om het label te snijden.
7. Selecteer in de lijst Scheidingsteken Geen, Lijn of Afstandsmarkering om de scheiding tussen
labels aan te geven.
8. Selecteer in de lijst Afdrukstand de optie Verticaal of Horizontaal. Zie hierboven.
9. Navigeer als u klaar bent naar OK en druk op ENTER.
M610 labelprinter Gebruikershandleiding
Scheidingstekens, Verticale oriëntatie
Scheidingsteken d.m.v. een
afstandsmarkering, Horizontale oriëntatie
Labeltypen
Frontplaat
66