Gebruik
Ingebruikname
Starten
– Sluit de batterijstekker indien nodig aan.
– Houd de dissel verticaal.
– Zet de rijschakelaar in de neutrale stand
(middelste stand).
– Breng de contactsleutel (1) aan en draai
hem in de gewenste stand of voer de
5-cijferige code in en bevestig deze met
de #-toets op het digicode-toetsenblok
(standaardcode = 00000).
OPMERKING
Wanneer de sleutel bij de uitvoering met
digicode in de stand 0 wordt gedraaid, bevindt
de machine zich in de schildpadmodus.
Wanneer de sleutel verwijderd wordt, werkt
de machine nog steeds.
Rijmodus selecteren
OPMERKING
De contactsleutel kan in twee verschillende
standen worden gedraaid om de rijmodus te
kiezen.
"Schildpad"stand (2): langzaam accelereren
en vertragen; max. snelheid: 4 km/h
"Haas"stand (3): snel accelereren en vertra-
gen; max. snelheid: 6 km/h
– Controleer de batterijlading met behulp van
het combi-display (4) en vervang of laad de
batterij op indien nodig.
– Draai de contactsleutel (1) in de
"haas"stand (3) voor de normale rijmodus.
OPMERKING
Controleer de machine visueel vóór u hem
start.
1152 807 80 09 [NL]
4
Ingebruikname
47