Gebruik
– Beveilig de machine. Laat de vorken
zakken.
– Schakel het contact (2) uit.
– Open het batterijdeksel.
– Koppel de batterijstekker (1) los.
– Sluit de contactdoos van het laadstation
aan op de stekker (1) van de batterij.
– Schakel de batterijlader in zoals aange-
geven in de specifieke instructies bij de
batterijlader. Er verschijnt een scherm met
daarop de melding Battery connected (bat-
terij aangesloten). Het opladen van de
batterij wordt automatisch geregeld door de
boordelektronica van de batterij.
– Nadat het laden is voltooid en de lader is
gestopt, koppelt u de lader los.
OPMERKING
Het opladen kan worden afgebroken voordat
de hele cyclus is voltooid. De bestuurder
kan sneller weer aan het werk. Het verdient
aanbeveling om de batterij na elk gebruik
indien mogelijk opnieuw op te laden. Het
percentage van de batterijlading wordt op het
display weergegeven. De laadtijd wordt op het
scherm van de lader weergegeven.
– Sluit de batterijstekker (1) weer aan op de
machine.
– Sluit vervolgens het batterijdeksel.
1152 807 80 09 [NL]
4
Specifiek lithium-ion
95