2
Speciale veiligheidsvoorschriften voor lithium-ion
Speciale veiligheidsvoorschriften voor lithium-ion
Als u beschikt over een machine met een
lithium-ionbatterij, moeten er speciale vei-
ligheidsvoorschriften worden opgevolgd. Er
dient een label voor lithium-ionbatterijen zicht-
baar in de machine te worden aangebracht.
Volg de volgende aanwijzingen op:
– Let op de bij deze gebruiksaanwijzing
verstrekte informatie over het lithium-
ionadditief.
– Alleen personen die zijn getraind in het wer-
ken met lithium-iontechnologie mogen aan
de batterijen werken (bijvoorbeeld technici
van het aftersales-servicecentrum).
– Plaats lithium-ionbatterijen niet op of in de
buurt van vlammen of hete warmtebronnen
(> 70 °C). Hierdoor kunnen de batterijen
namelijk oververhit raken of in brand vlie-
gen. Dit soort behandeling benadeelt ook
het prestatievermogen van de batterijen en
verkort hun levensduur.
– Onoordeelkundig gebruik kan tot over-
verhitting of ernstig letsel leiden. Volg de
volgende veiligheidsvoorschriften op:
• Sluit de batterijklemmen nooit kort
• Keer de polariteit van de batterij niet om
• Open de batterij niet
• Stel de batterij niet bloot aan grote mecha-
nische spanningen
• Stel de batterij-eenheid niet bloot aan vocht
of water (> 95%)
• Breng de batterijen aan in een omgeving
met vervuilingsgraad 2 volgens de norm EN
60664-1
– Batterijen moeten worden aangebracht
in een ruimte die gemakkelijk kan worden
geventileerd in geval van onjuist gebruik.
– De bestuurder moet voorzichtig met de
machine rijden om elk risico van doorboring
24
of beschadiging van de lithium-ionbatterijen
te voorkomen.
GEVAAR
Verwondingsgevaar
Bij een ongeval (schok, vallen, botsing) kan de bat-
terij beschadigd, doorboord of vervormd worden.
Stel een veiligheidszone van vijf meter in rond de
batterij. Neem contact op met de hulpdiensten en
vertel hun dat er een lithium-ionbatterij in brand
staat Neem contact op met de afdeling After Sales
Service.
– Sla de batterijen vastgesjord op een pallet
op. Sla ze niet op te grote hoogte op, om
de kans te verkleinen dat ze kunnen vallen.
Sla ze niet op de vloer op, om het risico
van vocht en schokken te reduceren. Wij
adviseren om batterijen op te slaan op een
hoogte tussen 60 en 120 cm.
– Als er tijdens het werk een ongebruikelijke
geur, een verandering van vorm of een an-
dere afwijking wordt vastgesteld, moet de
batterij onmiddellijk worden losgekoppeld
(via de aansluiting van de noodstopvoor-
ziening of via de contactdoos van de lader).
Neem contact op met de afdeling After Sa-
les Service. Neem indien nodig ook contact
op met de hulpdiensten en vertel hun dat er
een lithium-ionbatterij in brand staat.
GEVAAR
Er bestaat brandgevaar.
Zorg voor brandblussers van brandklasse D or of
een inertgas-, koolzuur-, poeder- of schuimblus-
sers in de buurt van de zone waarin de lithium-ion-
batterijen worden gebruikt.
GEVAAR
Elektrisch gevaar
Open de batterij niet. Elektrisch risico.
Alleen technici van het aftersales-servicecentrum
mogen de batterij openen.
1152 807 80 09 [NL]
Veiligheid