Samenvatting van Inhoud voor GEA VARIVENT X Series
Pagina 1
Hygiënische kleppen ® GEA VARIVENT wisselventiel X en W, X_V en W_V Bedieningshandleiding (Vertaling van oorspronkelijke taal) 430BAL008430NL_6...
GEA Tuchenhagen GmbH. JURIDISCHE KENNISGEVING Merkaanduidingen ® ® De aanduidingen VARIVENT en T.VIS zijn beschermde merken van GEA Tuchenhagen GmbH. ® De aanduiding TEFSEP gold is een in Zwitserland geregistreerd merk van GEA Tuchenhagen GmbH. 430BAL008430NL_6 28.06.2023...
INHOUDSOPGAVE Algemene informatie Informatie over het document 1.1.1 Verplichting van deze gebruiksaanwijzing 1.1.2 Aanwijzingen bij de afbeeldingen 1.1.3 Symbolen en accentueringen Adres fabrikant Contact EU-conformiteitsverklaring in de zin van EG-machinerichtlijn 2006/42/EEG Vertaalde kopie van de EU-conformiteitsverklaring in de zin van machinerichtlijn 2006/42/EG UK-conformiteitsverklaring voor de levering van machines (veiligheid) van 2008 Veiligheid Gebruik volgens de bestemming...
Pagina 4
Bedrijf en bediening Veiligheidsvoorschriften Reiniging Reiniging 9.1.1 Voorbeelden voor de reiniging 9.1.2 Reinigingsresultaat Passivering Onderhoud 10.1 Veiligheidsvoorschriften 10.2 Inspecties 10.2.1 Afdichtingen die in contact komen met het product 10.2.2 Pneumatische aansluiting 10.2.3 Elektrische aansluiting 10.3 Onderhoudsintervallen 10.4 Voor de demontage 10.5 Ventiel X demonteren 10.5.1...
Algemene informatie Informatie over het document Algemene informatie Informatie over het document Deze gebruiksaanwijzing is onderdeel van de gebruikersinformatie van de component. De gebruiksaanwijzing bevat alle informatie die u nodig hebt om de component te transporteren, in te bouwen, in gebruik te nemen, te bedienen en te onderhouden.
Tweede bedieningsstap in een bedieningsreeks. ® Resultaat van de voorafgaande bedieningsstap. ® De bediening is afgesloten, het doel is bereikt. Verklaring ! Overige, nuttige informatie. Adres fabrikant GEA Tuchenhagen GmbH Am Industriepark 2-10 21514 Büchen Contact Tel.:+49 4155 49-0 Fax:+49 4155 49-2035 flowcomponents@gea.com www.gea.com 430BAL008430NL_6 28.06.2023...
Algemene informatie EU-conformiteitsverklaring in de zin van EG-machinerichtlijn 2006/42/EEG EU-conformiteitsverklaring in de zin van EG-machinerichtlijn 2006/42/EEG 430BAL008430NL_6 28.06.2023...
Algemene informatie Vertaalde kopie van de EU-conformiteitsverklaring in de zin van machinerichtlijn 2006/42/EG Vertaalde kopie van de EU-conformiteitsverklaring in de zin van machinerichtlijn 2006/42/EG Fabrikant: GEA Tuchenhagen GmbH Am Industriepark 2-10 21514 Büchen Hierbij verklaren wij dat onderstaande machine Omschrijving:...
Annex VII, Part A, and undertake to forward this documentation by means of data medium upon justified request by the national authorities. GEA Importer into UK: GEA Mechanical Equipment UK Ltd Westfalia House Old Wolverton Road, Old Wolverton, Milton Keynes...
Gebruik volgens de bestemming Het ventiel is alleen bestemd voor het beschreven gebruiksdoel. Elk ander gebruik geldt als onreglementair. Voor daaruit voortvloeiende schade is GEA Tuchenhagen niet aansprakelijk; het risico hierop draagt alleen de exploitant. Voorwaarden voor een optimaal, veilig bedrijf van de klep zijn een transport en opslag volgens de voorschriften en een vakkundige opstelling en montage.
Veiligheid Zorgvuldigheidsplicht van de exploitant • Personen of objecten zich in de gevarenzone bevinden. • Veiligheidsvoorzieningen niet meer werken of verwijderd zijn. • Storingen bij de component zijn geconstateerd. • Beschadigingen van de component zijn geconstateerd. • Onderhoudsintervallen zijn overschreden. Zorgvuldigheidsplicht van de exploitant Als exploitant draagt u bijzondere verantwoordelijkheid voor de vakkundige en veilige omgang met de component op uw bedrijf.
U mag deze component in technisch opzicht nooit veranderen. Anders moet u zelf opnieuw een conformiteitsprocedure conform de EU-machinerichtlijn uitvoeren. In principe mogen alleen originele reserveonderdelen van GEA Tuchenhagen GmbH worden ingebouwd. Op die manier is altijd een optimale en rendabele werking van de component gegarandeerd.
Veiligheid Aanvullende voorschriften • Neem de voorschriften voor afvalpreventie, afvalverwerking en recycling van afval in acht. • Milieugevaarlijke stoffen moeten in geschikte containers worden opgevangen, opgeslagen, vervoerd en verwijderd. Markeer de containers ondubbelzinnig. • Voer smeermiddelen af als gevaarlijk afval. 2.4.3 Elektrische installaties Voor alle werkzaamheden aan elektrische installaties gelden de volgende...
Pagina 14
Veiligheid Kwalificatie van het personeel • Opleiding tot technisch monteur om zelfstandig aan de component te kunnen werken. • Adequate instructie om onder toezicht en met begeleiding van een hiertoe opgeleide technisch monteur aan de component te werken. Alle medewerkers moeten aan de volgende voorwaarden voldoen om aan de component te mogen werken: •...
Veiligheid Veiligheidsinrichtingen Gebruikersgroepen Personeel Kwalificatie Bedieningspersoneel Geschikte instructies evenals grondige kennis op de volgende gebieden: • Werking van de component • Bedieningsprocedures aan de component • Gedrag bij storingen • Competenties en verantwoordelijkheden bij de betreffende werkzaamheden Onderhoudspersoneel Adequate training over en grondige kennis van de opbouw en werking van de component.
Veiligheid Resterende gevaren Borden bij het ventiel Bord Betekenis Waarschuwing voor gevaarlijk punt Afb.1 Waarschuwing voor gevaren door afknelling Afb.2 Waarschuwing voor veerspanning Afb.3 Productleiding en aandrijving vóór demontage ventileren Afb.4 Resterende gevaren Gevaarlijke situaties kunnen door veiligheidsbewust en vooruitziend gedrag van het personeel en door het dragen van een persoonlijke beschermuitrusting worden vermeden.
Pagina 17
Naastgelegen, onder spanning staande onderdelen afdekken of versperren. Veerspanning in de aandrijving Levensgevaar door drukveer in de aandrijving. Aandrijving niet openen, maar voor een vakkundige afvoer terugsturen naar GEA Tuchenhagen. Verwondingsgevaar Gevaar door bewegende en Operator moet zorgvuldig en voorzichtig werken.
Veiligheid Gevarenzones Gevarenzones Let op de volgende aanwijzingen: Afb.5 • Bij functiestoringen moet u het ventiel buiten bedrijf stellen (loskoppelen van stroom- en luchttoevoer) en beveiligen tegen hernieuwd gebruik. • Grijp bij schakelend ventiel nooit in het lantaarnstuk (9) of de ventielbehuizing (401).
Pagina 20
Beschrijving Opbouw Opbouw Omschrijving Elektrische aansluiting Ventielhuis Ventiel X kan onderscheiden worden van ventiel W door zijn ringgroef (11) op de ventielschotel. 430BAL008430NL_6 28.06.2023...
Transport en opslag Opslagcondities Transport en opslag Opslagcondities De ventielen, ventielinzetstukken en reserveonderdelen moeten droog, trillingsvrij, stofvrij en waar mogelijk in de originele verpakking worden opgeslagen om beschadiging te voorkomen. Wanneer het ventiel tijdens transport of opslag wordt blootgesteld aan temperaturen van 0 °C of lager, moet u het ventiel vooraf drogen en conserveren ter bescherming tegen beschadiging.
Transport en opslag • Bewegende onderdelen moeten correct worden vastgezet. • Gebruik alleen goedgekeurde, storingsvrije en voor het doel geschikte transportmiddelen en bevestigingsmiddelen. Houd rekening met de maximale draaglasten. • Zet het ventiel vast tegen wegglijden. Let op het gewicht van het ventiel en op de locatie van het zwaartepunt.
Technische gegevens Typeplaatje Technische gegevens Typeplaatje Het typeplaatje is bedoeld voor de eenduidige identificatie van het ventiel. GEA Tuchenhagen GmbH Am Industriepark 2-10, 21514 Büchen, Germany Type Serial Mat. Air bar/psi min. max. PSI bar/psi Op het typeplaatje staan de volgende specificaties:...
Pagina 25
Technische gegevens Technische gegevens Technische gegevens: omgevingstemperaturen Omschrijving Beschrijving 0 tot 45 °C (32 ... 113 °F), standaard < 0 °C (32 °F): stuurlucht met laag dauwpunt toepassen. Ventielstangen beschermen tegen ijsafzetting. Ventiel < -15 °C: geen stuurventielen in de stuurkop >...
Pagina 26
Technische gegevens Technische gegevens Technische gegevens: persluchtvoorziening, productdruk Omschrijving Beschrijving 6 bar (87 psi), max. 8 bar (116 psi) configuratie met standaardaandrijving Stuurluchtdruk Alternatieve combinaties van productdruk en stuurluchtdruk op aanvraag 5 bar (72,5 psi) configuratie met standaardaandrijving max. 10 bar (116 psi) configuratie met Productdruk overeenkomstig ontworpen aandrijving >10 bar (145,0 psi) voor statische...
De maximale gebruikstemperatuur wordt bepaald door het type afdichting en hun mechanische belasting. Vanwege de veelzijdige gebruiksvoorwaarden (bijv. gebruiksduur, schakelfrequentie, soort en temperatuur van product en reinigingsmiddelen en gebruiksomgeving) adviseert GEA Tuchenhagen het uitvoeren van bestendigheidstests door de gebruiker. Bestendigheid: •...
Pagina 28
Technische gegevens Bestendigheid en toegelaten gebruikstemperatuur van de afdichtingsmateriaal Tabel afdichtingsmateriaal - temperatuurbestendigheid Algemene Afdichtingsmateriaal temperatuurbestendigheid* -40...+135 °C EPDM (-40...275°F) -10...+200 °C (+14...+392°F) -25...+140 °C HNBR (-13...+284°F) * De algemene bestendigheid van het materiaal komt niet overeen met de maximale gebruikstemperatuur. 430BAL008430NL_6 28.06.2023...
Technische gegevens Uiteinden buizen - Algemene maattabellen Uiteinden buizen - Algemene maattabellen Verklaring ! Niet elk ventiel is in elke grootte leverbaar. Specificaties voor de beschikbare uitvoeringen van het ventiel: zie Hoofdstuk 5, pagina 24. Afmetingen voor buizen in DN Metrisch DN Buiten- Wanddikte...
Montage en installatie Veiligheidsvoorschriften Montage en installatie Veiligheidsvoorschriften Tijdens de montage kunnen gevaarlijke situaties worden vermeden als het personeel veiligheidsbewust en vooruitziend handelt. Bij de montage gelden de volgende basisprincipes: • Alleen personeel dat daarvoor is gekwalificeerd, mag de component opstellen, monteren en in bedrijf nemen.
Montage en installatie Ventiel met afschroefbare buisaansluitelementen Ventiel met afschroefbare buisaansluitelementen In dit gedeelte staat het inbouwen van het ventiel beschreven. Let op Vloeistoffen in pijpleidingen Risico op lichamelijk letsel door spattende vloeistoffen ► Voor het losdraaien van de buisaansluitings- resp. klemverbindingen, pijpleiding legen en dan zo nodig reinigen of spoelen.
Montage en installatie Pneumatische aansluiting Na het lassen de naad passiveren. Behuizing demonteren. Afdichtingen aanbrengen. Ventiel monteren en aandrijving ontluchten. ® Ventielschotel wordt omlaag gebracht. ® Ventiel met lasmof is geïnstalleerd. Verklaring ! Er wordt geadviseerd om de laswerkzaamheden in het automatische orbitaallasproces uit te voeren.
Montage en installatie Algemeen 6.6.2 Slangverbinding tot stand brengen Voor een storingsvrij bedrijf moeten exact recht afgesneden persluchtslangen worden gebruikt. Benodigdheden: • Een slangenschaar Voer de volgende handelingen uit: Persluchtvoorziening uitschakelen. Pneumatische slangen met de slangenschaar recht afknippen. Luchtslang in de steekverbinding van de stuurkop schuiven. Persluchtvoorziening weer inschakelen.
Ingebruikname Veiligheidsvoorschriften Ingebruikname Veiligheidsvoorschriften Eerste inbedrijfstelling Bij de eerste inbedrijfstelling gelden de volgende basisprincipes: • Voer de beschermingsmaatregelen tegen gevaarlijke contactspanningen uit overeenkomstig de geldende voorschriften. • Het ventiel moet volledig gemonteerd en correct afgesteld zijn. Alle schroefverbindingen moeten stevig vastgedraaid zijn. Alle elektroleidingen moeten correct geïnstalleerd zijn.
Bedrijf en bediening Veiligheidsvoorschriften Bedrijf en bediening Veiligheidsvoorschriften Gevaarlijke situaties tijdens het bedrijf kunnen door veiligheidsbewust en vooruitziend gedrag van het personeel worden vermeden. Tijdens het bedrijf gelden de volgende basisprincipes: • Controleer de component tijdens het bedrijf. • Veiligheidsvoorzieningen mogen niet worden gewijzigd, gedemonteerd of buiten bedrijf worden gesteld.
Reiniging Reiniging Reiniging Reiniging Alle onderdelen die in contact komen met producten moeten regelmatig worden gereinigd. De veiligheidsgegevensbladen van de reinigingsmiddelenfabrikanten moeten in acht worden gehouden. Er mogen alleen schoonmaakmiddelen worden gebruikt, die de afdichtingen en inwendige ventielonderdelen niet beschadigen. De klephuizen worden bij de buisreiniging eveneens doorgespoeld en gereinigd.
Reiniging Passivering afdichtingen meer of minder aangetast. Dit kan tot beïnvloedingen in werking en levensduur leiden. Passivering Voor inbedrijfstelling van een installatie wordt meestal bij lange pijpleidingen en tanks een passivering uitgevoerd. Ventielblokken zijn daar gewoonlijk van uitgesloten. Deze vindt gewoonlijk plaats met salpeterzuur (HNO ) bij ca.
Onderhoud Veiligheidsvoorschriften Onderhoud 10.1 Veiligheidsvoorschriften Onderhoud en reparatie Voorafgaand aan onderhouds- en reparatiewerkzaamheden aan elektrische installaties van de component moeten de volgende handelingen conform de "5 veiligheidsregels" worden uitgevoerd: • Vrijschakelen • Beveiligen tegen hernieuwd inschakelen • Spanningsloze toestand vaststellen •...
Onderhoud Inspecties • De component moet voor de demontage worden uitgeschakeld en tegen herinschakeling worden beveiligd. Werkzaamheden mogen pas beginnen wanneer de resterende restenergieën zijn verdwenen. • Verbreek alle energie- en voedingsaansluitingen. • Markeringen, bijv. bij leidingen mogen niet worden verwijderd. •...
Onderhoud Onderhoudsintervallen 10.2.3 Elektrische aansluiting Voer de volgende stappen uit: Controleer of de wartelmoer van de kabelwartel stevig vastzit Kabelaansluitingen controleren op goed vastzitten. Controleer de werking van de stuurventielen. Controleer of de aansluitingen van de initiators schoon zijn. ® Klaar Verklaring ! Om ervoor te zorgen dat de regelkop via de schakelstang kan worden...
Onderhoud Voor de demontage 10.4 Voor de demontage Voorwaarde: • Tijdens de onderhouds- en reparatiewerkzaamheden mag in het betreffende gebied geen proces worden uitgevoerd. Voer de volgende stappen uit: Alle leidingelementen die naar het ventiel leiden moeten worden geleegd en, waar nodig, gereinigd of gespoeld.
Pagina 43
Onderhoud Ventiel X demonteren Waarschuwing Veerspanning in het ventiel Bij het losmaken van de klemverbindingen aan de behuizing (46) of aan de behuizing (43) bestaat kans op letsel, omdat de vrijgegeven veervoorspanning de aandrijving abrupt optilt. ► Voor het losmaken van de klemverbindingen heft u daarom de veerspanning op, door de aandrijving op druk te brengen met perslucht, max.
Onderhoud Ventiel X demonteren 10.5.2 Onderste ventielschotel vrijleggen Ventiel met 3 behuizingen Afb.10 Afb.11 Aandacht Gevoelige ventielonderdelen Schade aan de ventielonderdelen. ► Bescherm de ventielonderdelen tegen slagen of stoten. Aandacht De ventielschotel, de lagerring en de afdichtingsring zijn gevoelige componenten. Beschadiging aan deze onderdelen kan tot storing in de werking leiden.
Onderhoud Ventiel X demonteren ® De ventielschotel is verwijderd. Ventiel met behuizingaansluiting U Klemverbinding (43.3) verwijderen. Ventielschotel uit de behuizingsaansluiting U trekken. ® De ventielschotel is uitgebouwd. 10.5.3 Onderste ventielschotel demonteren Afb.12 Afb.13 Aandacht Losse zittingring Schade aan afdichtingsvlakken ► De zittingring (5) bij het bewegen van de klep niet tegen de ventielschotel slaan.
Pagina 46
Onderhoud Ventiel X demonteren Aandacht De ventielschotel, de lagerring en de afdichtingsring zijn gevoelige componenten. Beschadiging aan deze onderdelen kan tot storing in de werking leiden. ► De schacht van de ventielschotel mag bij het uittrekken van het ventiel niet tegen de ventielbehuizing slaan. ►...
Onderhoud Ventiel X demonteren 10.5.4 Stuurkop verwijderen Afb.14 Voorwaarde: • De pneumatische en elektrische aansluiting aan installatiezijde kan aan de stuurkop blijven zitten. Aandacht De permanente magneet van de schakelstang is breekbaar. Schade aan de permanente magneet. ► Bescherm de permanente magneet tegen slagen of stoten. Voer de volgende stappen uit: Halve ringen (R) tussen stuurkop en aandrijving verwijderen.
Onderhoud Ventiel X demonteren 10.5.5 Ventiel losmaken van de behuizing Afb.15 Aandacht Gevoelige ventielonderdelen Schade aan de ventielonderdelen. ► Bescherm de ventielonderdelen tegen slagen of stoten. ► ! Lagerschijf (4) en afdichtingsschijf (3) mogen bij het uittrekken van de ventielinzet niet tegen de schacht van de ventielschotel slaan. Voer de volgende stappen uit: Ventiel uit de behuizing trekken.
Onderhoud Ventiel X demonteren 10.5.6 Bovenste ventielschotel uitbouwen Afb.16 Voer de volgende stappen uit: Schakelstang (139) uitdraaien. Klemverbinding (46) losmaken, maar niet afnemen. Moersleutel op de afstandsmoer (10) zetten, met een bandsleutel aandrijving draaien en ventielschotel losdraaien. Ventielschotel met lagerschijf (4), lager (2), afdichtring (1) en afdichtingsschijf (3) uitdraaien.
Onderhoud Ventiel W demonteren 10.6 Ventiel W demonteren 10.6.1 Ventiel W handmatig optillen Afb.17 Voorwaarde: • Geen stuurventiel mag elektrisch of met de hand aangestuurd zijn. • De pneumatische en elektrische aansluiting aan installatiezijde kan aan de stuurkop blijven zitten. Veersluitend ventiel Voer de volgende stappen uit: Drie cilinderschroeven (25) losdraaien en kap (B1) afnemen.
Onderhoud Ventiel W demonteren Aandrijving ontluchten door deactivering van het stuurventiel (Y1) aan het handbediende element (S). ® De ventielschotel wordt opgetild. 10.6.2 Stuurkop verwijderen Stuurkop verwijderen, zie Gedeelte 10.5.4, pagina 47. • De pneumatische en elektrische aansluiting aan installatiezijde kan aan de stuurkop blijven zitten.
Pagina 52
Onderhoud Ventiel W demonteren Klemverbinding (43.2) verwijderen. Ventiel uit de beide behuizingen (401.1, 401.2) trekken. ® Het ventiel is van de behuizing gescheiden. 430BAL008430NL_6 28.06.2023...
Onderhoud Ventiel W demonteren 10.6.4 Ventielschotel losmaken Afb.19 Voorwaarde: • Geen stuurventiel mag elektrisch of met de hand aangestuurd zijn. • De pneumatische en elektrische aansluiting aan installatiezijde kan aan de stuurkop blijven zitten. Veeropenend ventiel Waarschuwing Veerspanning in het ventiel Bij demontage van de veerafsluiter bestaat verwondingsgevaar, omdat de vrijgegeven veervoorspanning de aandrijving abrupt optilt.
Pagina 54
Onderhoud Ventiel W demonteren Stuurkop (B) naar boven toe wegtrekken. Schakelstang T.VIS (1) met inbussleutel bij (1.1) of moersleutel SW 13 bij (1.2) losmaken en uitdraaien. De aandrijving nood-handopzetstuk (H) (materiaalnr. 221.310.74) voorspannen. Klemverbinding (46) tussen aandrijving en lantaarn verwijderen. De afstandsmoer (10) losdraaien met een moersleutel.
Pagina 55
Onderhoud Ventiel W demonteren Ventielschotel uitbouwen Afb.21 Aandacht Gevoelige ventielonderdelen Schade aan de ventielonderdelen. ► Bescherm de ventielonderdelen tegen slagen of stoten. Voer de volgende stappen uit: Klemverbinding (43.3) en sluiting (35) verwijderen. Houd de ventielschotel aan schoteloppervlak (15.1) vast en draai aandrijving (A) met de hand eruit en verwijder deze.
Onderhoud Onderhoud Aandacht De ventielschotel, de lagerring en de afdichtingsring zijn gevoelige componenten. Beschadiging aan deze onderdelen kan tot storing in de werking leiden. ► De schacht van de ventielschotel mag bij het uittrekken van het ventiel niet tegen de ventielbehuizing slaan. ►...
Pagina 58
Onderhoud Onderhoud Let op Verwondingsgevaar! De kraspen kan bij het uitnemen van de V-ring wegglijden ► Span de ventielschijf met een bekbeschermer in een bankschroef. ► Schroef de gebogen zijde van de kraspen eraf. Voer de volgende stappen uit: Met een kraspen in de V-ring steken en deze verwijderen. Afb.25 V-ring voor de montage bevochtigen aan de (achterliggende) zijde die van het product is afgekeerd.
Onderhoud Onderhoud ® Klaar Verklaring ! Gebruikte afdichtingen mogen niet opnieuw worden gebruikt, omdat de afdichtingsfunctie dan niet meer kan worden gegarandeerd. 10.7.3 O-ring (TEFASEP gold) vervangen. Benodigd is: • O-ring-snijder • warmtebestendige beschermende handschoenen • oven (geen magnetron) Let op Gevaar voor de gezondheid door giftige dampen! De O-ring-snijder snijdt de afdichting met een hete metalen punt.
Pagina 60
Onderhoud Onderhoud Tijd ........3 - 5 minuten (richtwaarde) ! Er dient voor gezorgd te worden dat de afdichting zonder grote krachtsinspanning in de omvang kan worden gedeformeerd.
Onderhoud Onderhoud ® Verwarm de afdichting van de ventielzitting nogmaals zoals in de eerste stap werd beschreven. ? Is er bij het aanbrengen van de afdichting voor de ventielzitting geen “klik” te horen? Werd de afdichting van de ventielzitting te lang verwarmd en is deze niet meer bruikbaar? ®...
Het gebruik van andere vetten kan leiden tot storingen in de werking en vroegtijdige uitval van de afdichtingen. Bovendien komt de garantie dan te vervallen. Zo nodig kan bij GEA Tuchenhagen een verklaring van de fabrikant van deze producten worden aangevraagd. Dunne vetlagen op de pakkingen zijn noodzakelijk voor een storingsvrije functie van de armaturen.
Onderhoud Montage Afb.32 Afstandsmoer (10) tegen de aandrijfstang (A1) borgen. 10.8.2 Aanhaalmomenten van de halve ringen en klemverbindingen De klemverbindingen en halve ringen van het ventiel met de in de tabel aangegeven aanhaalmomenten aandraaien. Aan te draaien aanhaalmomenten Aanhaalmomenten [Nm] [lbft] Halve ringen bij de stuurkop Klemverbinding gegoten halve...
Pagina 64
Onderhoud Slagen zijn afhankelijk van de bouwgrootte Ventielslag Ventielgroo Ventielslag [mm] metrisch 55,5 55,5 Inch OD (uitw.) 1" 1,5" 2" 16,5 22,5 2,5" 3" 4" 27,5 22,5 Inch IPS 2" 3" 4" 6" 55,5 Werking van de initiatoren controleren, indien nodig, nastellen (zie gebruiksaanwijzing stuurkop).
Storingen Storingen en hulpmiddelen voor het verhelpen Storingen 11.1 Storingen en hulpmiddelen voor het verhelpen Bij functiestoringen moet u het ventiel onmiddellijk uitschakelen en beveiligen tegen opnieuw inschakelen. Storingen mogen uitsluitend door gekwalificeerd personeel worden opgelost met inachtneming van de veiligheidsvoorschriften. Storing Oorzaak Oplossing...
► Aandrijving nooit openen. ► GEA Tuchenhagen neemt ongeopende aandrijvingen weer terug en voert deze kosteloos af. Voer de volgende handelingen uit: Demonteer de aandrijving. Verpak de aandrijving op veilige wijze en stuur deze naar GEA Tuchenhagen GmbH. ® Klaar 430BAL008430NL_6...
Bijlage Mappen Bijlage 17.1 Mappen 17.1.1 Afkortingen en begrippen Afkorting Verklaring Britse standaard Maateenheid voor de druk [bar] Alle drukgegevens [bar/psi] staan voor overdruk [bar /psi voor zover dat niet expliciet anders beschreven staat. circa °C Maateenheid voor de temperatuur [graden Celsius] Cleaning In Place °C Maateenheid voor de temperatuur [graden Celsius]...
Pagina 89
Bijlage Afkorting Verklaring Maateenheid voor de lengte [micrometer] metrisch normally closed Werkingsrichting luchtsluitend/veeropenend Maateenheid voor arbeid [newtonmeter] AANDUIDING VOOR HET KOPPEL: 1 Nm = 0,737 lb-ft Pound-Force/pondkracht (lb) x feet/voet(ft) normally open Werkingsrichting veersluitend/luchtopenend Polyamide PE-LD Polyethyleen, lage dichtheid Anglo-Amerikaanse drukeenheid [pound-force per square inch] Alle drukgegevens [bar/psi] staan voor overdruk [barg/psig], tenzij dit expliciet anders wordt vermeld.