Pagina 1
Hygiënische kleppen ® GEA VARIVENT Dubbel afsluitventiel type C Bedieningshandleiding (Vertaling van oorspronkelijke taal) 430BAL008331NL_6...
INHOUDSOPGAVE Algemene informatie Informatie over het document 1.1.1 Verplichting van deze gebruiksaanwijzing 1.1.2 Aanwijzingen bij de afbeeldingen 1.1.3 Symbolen en accentueringen Adres fabrikant Contact EU-conformiteitsverklaring in de zin van EG-machinerichtlijn 2006/42/EEG Vertaalde kopie van de EU-conformiteitsverklaring in de zin van machinerichtlijn 2006/42/EG Veiligheid Gebruik volgens de bestemming 2.1.1...
Pagina 4
Reiniging 9.1.1 Voorbeelden voor de reiniging 9.1.2 Reinigingsresultaat 9.1.3 Reiniging van de lekkageruimte 9.1.4 Spoelingen Passivering Onderhoud 10.1 Veiligheidsvoorschriften 10.2 Inspecties 10.2.1 Afdichtingen die in contact komen met het product 10.2.2 Pneumatische aansluiting 10.2.3 Elektrische aansluiting 10.2.4 Borden bij het ventiel 10.3 Onderhoudsintervallen 10.4...
Algemene informatie Informatie over het document Algemene informatie Informatie over het document Deze gebruiksaanwijzing is onderdeel van de gebruikersinformatie van de component. De gebruiksaanwijzing bevat alle informatie die u nodig hebt om de component te transporteren, in te bouwen, in gebruik te nemen, te bedienen en te onderhouden.
Tweede bedieningsstap in een bedieningsreeks. ® Resultaat van de voorafgaande bedieningsstap. ® De bediening is afgesloten, het doel is bereikt. Verklaring ! Overige, nuttige informatie. Adres fabrikant GEA Tuchenhagen GmbH Am Industriepark 2-10 21514 Büchen Contact Tel.:+49 4155 49-0 Fax:+49 4155 49-2035 flowcomponents@gea.com www.gea.com 430BAL008331NL_6 28.02.2023...
Algemene informatie EU-conformiteitsverklaring in de zin van EG-machinerichtlijn 2006/42/EEG EU-conformiteitsverklaring in de zin van EG-machinerichtlijn 2006/42/EEG 430BAL008331NL_6 28.02.2023...
Algemene informatie Vertaalde kopie van de EU-conformiteitsverklaring in de zin van machinerichtlijn 2006/42/EG Vertaalde kopie van de EU-conformiteitsverklaring in de zin van machinerichtlijn 2006/42/EG Fabrikant: GEA Tuchenhagen GmbH Am Industriepark 2-10 21514 Büchen Hierbij verklaren wij dat onderstaande machine Omschrijving:...
De nominale breedtes kleiner dan DN 25, zijn onderworpen aan artikel 4, lid 3, goede technische praktijk in het kader van de richtlijn Drukapparatuur. Nominale breedtes ≥ IPS 4”; DN 125 geldig voor vloeistoffengroep II. Bij afwijkingen daarvan wordt door GEA Tuchenhagen GmbH een speciale conformiteitsverklaring meegeleverd. 2.1.3...
Veiligheid Zorgvuldigheidsplicht van de exploitant Wanneer u de ventielen in zones met een explosiegevaarlijke atmosfeer toepast, moet u beslist de richtlijn 2014/34/EEG met betrekking tot alle ontstekingsgevaren in acht nemen. 2.1.4 Ongeoorloofde bedrijfsvoorwaarden De bedrijfsveiligheid van de component kan bij ongeoorloofde bedrijfsomstandigheden niet worden gegarandeerd.
U mag deze component in technisch opzicht nooit veranderen. Anders moet u zelf opnieuw een conformiteitsprocedure conform de EU-machinerichtlijn uitvoeren. In principe mogen alleen originele reserveonderdelen van GEA Tuchenhagen GmbH worden ingebouwd. Op die manier is altijd een optimale en rendabele werking van de component gegarandeerd.
Veiligheid Aanvullende voorschriften • Raak de leidingen en het ventiel nooit aan als ze heet zijn! Voorkom dat het ventiel wordt geopend als de procesinstallaties niet leeggemaakt en drukloos zijn. • Volg de ongevallenpreventievoorschriften en de plaatselijke richtlijnen op. 2.4.2 Milieubescherming Milieugevaarlijke effecten kunnen door veiligheidsbewust en vooruitziend gedrag van het personeel worden vermeden.
Pagina 13
Veiligheid Kwalificatie van het personeel • over de kwalificaties beschikken die nodig zijn voor de betreffende werkzaamheden. • een speciale instructie hebben ontvangen over optredende gevaren. • de veiligheidsinstructies die in de documentatie worden genoemd, kennen en in acht nemen. Laat werkzaamheden aan de elektrische installatie alleen door een elektromonteur of onder toezicht van een elektromonteur uitvoeren.
Veiligheid Veiligheidsinrichtingen Gebruikersgroepen Personeel Kwalificatie Bedieningspersoneel Geschikte instructies evenals grondige kennis op de volgende gebieden: • Werking van de component • Bedieningsprocedures aan de component • Gedrag bij storingen • Competenties en verantwoordelijkheden bij de betreffende werkzaamheden Onderhoudspersoneel Adequate training over en grondige kennis van de opbouw en werking van de component.
Beveiligen tegen hernieuwd inschakelen. Spanningsloze toestand vaststellen. Aarden en kortsluiten. Naastgelegen, onder spanning staande onderdelen afdekken of versperren. Veerspanning in de aandrijving Levensgevaar door drukveer in de aandrijving. Aandrijving niet openen, maar voor een vakkundige afvoer terugsturen naar GEA Tuchenhagen. 430BAL008331NL_6 28.02.2023...
Veiligheid Gevarenzones Resterende gevaren bij het ventiel en maatregelen Gevaar Oorzaak Maatregel Verwondingsgevaar Gevaar door bewegende en Operator moet zorgvuldig en voorzichtig werken. scherpe onderdelen Bij alle werkzaamheden: • Geschikte werkkleding dragen. • Machine nooit gebruiken wanneer de afdekkingen niet correct gemonteerd zijn.
Pagina 17
Veiligheid • Bij de veerafsluiter bestaat bij het losmaken van de klemverbinding (43, 46) verwondingsgevaar, omdat de vrijgegeven veervoorspanning de aandrijving abrupt optilt. Neem de spanning van de veer, voor het losmaken van de klemverbinding (43, 46), door perslucht op aandrijving (A) te zetten. •...
Beschrijving Beschrijving van de werking Beschrijving van de werking 3.2.1 Aandrijvingsfunctie De aandrijving is veersluitend (Z) Het ventiel is in de ruststand gesloten. Herkenningssignaal bij stuurkop T.VIS na afgeronde installatie (SET-UP): • Permanent licht (1) groen: Ventiel in ruststand • Permanent licht (1) geel: Ventiel in eindstand (aangestuurde positie) Afb.6 430BAL008331NL_6...
Transport en opslag Opslagcondities Transport en opslag Opslagcondities De ventielen, ventielinzetstukken en reserveonderdelen moeten droog, trillingsvrij, stofvrij en waar mogelijk in de originele verpakking worden opgeslagen om beschadiging te voorkomen. Wanneer het ventiel tijdens transport of opslag wordt blootgesteld aan temperaturen van 0 °C of lager, moet u het ventiel vooraf drogen en conserveren ter bescherming tegen beschadiging.
Transport en opslag • Bewegende onderdelen moeten correct worden vastgezet. • Gebruik alleen goedgekeurde, storingsvrije en voor het doel geschikte transportmiddelen en bevestigingsmiddelen. Houd rekening met de maximale draaglasten. • Zet het ventiel vast tegen wegglijden. Let op het gewicht van het ventiel en op de locatie van het zwaartepunt.
Technische gegevens Typeplaatje Technische gegevens Typeplaatje Het typeplaatje is bedoeld voor de eenduidige identificatie van het ventiel. Afb.8 Op het typeplaatje zijn de volgende kenmerken vermeld: Kenmerken van het ventiel Type Dubbel afsluitventiel C Serial Serienummer Materiaal 1.4404(AISI316L)/FKM (FDA) Stuurluchtdruk bar/psi min.
De maximale gebruikstemperatuur wordt bepaald door het type afdichting en hun mechanische belasting. Vanwege de veelzijdige gebruiksvoorwaarden (bijv. gebruiksduur, schakelfrequentie, soort en temperatuur van product en reinigingsmiddelen en gebruiksomgeving) adviseert GEA Tuchenhagen het uitvoeren van bestendigheidstests door de gebruiker. Bestendigheid: •...
Technische gegevens Uiteinden buizen - Algemene maattabellen Tabel bestendigheid afdichting/toegelaten gebruikstemperatuur Maximale Afdichtingsmateriaal Medium gebruikstemperat EPDM HNBR uren Anorganische tot 100 °C (212°F) – – zuren 5 % Water tot 100 °C (176°F) Stoom tot 135 °C (275 °F) Stoom, ca. 30 tot 150 °C (302 °F) –...
Technische gegevens Gereedschap Afmetingen voor buizen in DN Diameter Diameter Binnendiame uitwendig Metrisch DN Wanddikte uitwendig volgens DIN 11850 Afmetingen voor buizen in inch OD Diameter Diameter Binnendiame uitwendig Inch OD Wanddikte uitwendig volgens BS 4825 1" 25,4 1,65 22,1 1,5"...
Montage en installatie Veiligheidsvoorschriften Montage en installatie Veiligheidsvoorschriften Tijdens de montage kunnen gevaarlijke situaties worden vermeden als het personeel veiligheidsbewust en vooruitziend handelt. Bij de montage gelden de volgende basisprincipes: • Alleen personeel dat daarvoor is gekwalificeerd, mag de component opstellen, monteren en in bedrijf nemen.
Montage en installatie Ventiel met lasmof Ventiel met los te draaien buisaansluitelementen – met behulp van passende aansluitarmaturen – rechtstreeks in het leidingsysteem inbouwen. ® Ventiel is geïnstalleerd. Ventiel met lasmof In dit gedeelte wordt het aanlassen van de ventielbehuizing beschreven. Waarschuwing Veerspanning in het ventiel Bij het losmaken van de klemverbindingen aan de aandrijving of aan de...
Montage en installatie Pneumatische aansluiting ® Ventielschijf wordt omlaag gebracht. ® Ventiel met lasmof is geïnstalleerd. Verklaring ! Lasprocedés: Wij adviseren de laswerkzaamheden in het automatische orbitaallasproces uit te voeren. Alle laswerkzaamheden mogen uitsluitend door gecertificeerde lassers of machinebedieners (orbitaallassers) worden uitgevoerd. Behuizing-O-ringen: Bij de montage van het ventiel moeten de behuizings-O-ringen altijd worden vervangen, opdat de dichtheid van het ventiel later is gewaarborgd.
Pagina 31
Montage en installatie Pneumatische aansluiting Benodigdheden: • Een slangenschaar Voer de volgende handelingen uit: Sluit de slangen volgens het slangaansluitschema aan, zie Gedeelte 6.5.3, pagina 32. Persluchtvoorziening uitschakelen. Pneumatische slangen met de slangenschaar recht afknippen. Luchtslang in de steekverbinding van de stuurkop schuiven. Persluchtvoorziening weer inschakelen.
Montage en installatie Pneumatische aansluiting 6.5.3 Slangaansluitingen ventiel C Met aansluiting T.VIS Met aansluiting 0 Afb.10 Afb.9 430BAL008331NL_6 28.02.2023...
Pagina 33
Montage en installatie Pneumatische aansluiting Met aansluiting T.VIS en aandrijver Z ATEX-uitvoering met aandrijver Z Afb.11 Afb.12 430BAL008331NL_6 28.02.2023...
Montage en installatie Elektrische aansluiting bij stuurkop T.VIS Aanzicht zonder kap Afb.13 Pos. Omschrijving Externe initiator Elektrische aansluiting Verklaring ! Voor een optimale aansluiting op de luchttoevoer moet de slang recht worden afgesneden met behulp van een slangenschaar. Elektrische aansluiting bij stuurkop T.VIS Levensgevaar Componenten onder spanning Elektrische schokken kunnen ernstig of fataal letsel veroorzaken.
Pagina 35
Montage en installatie Verklaring ! De initiatoren worden in de fabriek ingesteld. Door transport en inbouw kan de instelling veranderen en afstellen achteraf noodzakelijk zijn (zie gebruiksaanwijzing stuurkop). 430BAL008331NL_6 28.02.2023...
Ingebruikname Veiligheidsvoorschriften Ingebruikname Veiligheidsvoorschriften Eerste inbedrijfstelling Bij de eerste inbedrijfstelling gelden de volgende basisprincipes: • Voer de beschermingsmaatregelen tegen gevaarlijke contactspanningen uit overeenkomstig de geldende voorschriften. • Het ventiel moet volledig gemonteerd en correct afgesteld zijn. Alle schroefverbindingen moeten stevig vastgedraaid zijn. Alle elektroleidingen moeten correct geïnstalleerd zijn.
Bedrijf en bediening Veiligheidsvoorschriften Bedrijf en bediening Veiligheidsvoorschriften Gevaarlijke situaties tijdens het bedrijf kunnen door veiligheidsbewust en vooruitziend gedrag van het personeel worden vermeden. Tijdens het bedrijf gelden de volgende basisprincipes: • Controleer de component tijdens het bedrijf. • Veiligheidsvoorzieningen mogen niet worden gewijzigd, gedemonteerd of buiten bedrijf worden gesteld.
Reiniging Reiniging Reiniging Reiniging Alle onderdelen die in contact komen met producten moeten regelmatig worden gereinigd. De veiligheidsgegevensbladen van de reinigingsmiddelenfabrikanten moeten in acht worden gehouden. Er mogen alleen reinigingsmiddelen worden gebruikt die de afdichtingen en de interne kleponderdelen niet beschadigen. De klephuizen worden bij de buisreiniging eveneens doorgespoeld en gereinigd.
Reiniging Passivering 9.1.3 Reiniging van de lekkageruimte Voor de reiniging van de lekruimte zijn bij het dubbele ventiel C vlak bij de zitting twee spoelkleppen aangebracht. Via een spoelklep wordt de reinigingsvloeistof door de lekruimte gespoeld. Via de tweede spoelklep wordt zowel het reinigingsmiddel afgevoerd en wordt lekkage vastgesteld wanneer de pakkingen zijn beschadigd.
Onderhoud Veiligheidsvoorschriften Onderhoud 10.1 Veiligheidsvoorschriften Onderhoud en reparatie Voorafgaand aan onderhouds- en reparatiewerkzaamheden aan elektrische installaties van de component moeten de volgende handelingen conform de "5 veiligheidsregels" worden uitgevoerd: • Vrijschakelen • Beveiligen tegen hernieuwd inschakelen • Spanningsloze toestand vaststellen •...
Onderhoud Inspecties • De component moet voor de demontage worden uitgeschakeld en tegen herinschakeling worden beveiligd. Werkzaamheden mogen pas beginnen wanneer de resterende restenergieën zijn verdwenen. • Verbreek alle energie- en voedingsaansluitingen. • Markeringen, bijv. bij leidingen mogen niet worden verwijderd. •...
Onderhoud Onderhoudsintervallen Controleer of de kabelaansluiting stevige vastzit. Controleer de werking van de stuurventielen. Controleer of de aansluitingen van de initiators schoon zijn. ® Klaar Verklaring ! Om ervoor te zorgen dat de stuurkop via de schakelstang kan worden gedemonteerd, moet de elektrische kabel lang genoeg zijn! 10.2.4 Borden bij het ventiel Voer de volgende stappen uit:...
Onderhoud Ventiel demonteren • Tijdens de onderhouds- en reparatiewerkzaamheden mag in het betreffende gebied geen proces worden uitgevoerd. Voer de volgende handelingen uit: Alle leidingelementen die naar het regelventiel leiden moeten worden geleegd en, waar nodig, gereinigd of gespoeld. Stuurlucht afsluiten. Stroomvoorziening onderbreken.
Pagina 44
Onderhoud Ventiel demonteren Afb.14 Draai aan schroef (S) van de handbediening van het pilotventiel, zie het hoofdstuk “Inbedrijfstelling, stap 2 - ventielregeling” van de “Gebruiksaanwijzing regelkop T.VIS.” Afb.15 ® Er wordt lucht in het ventiel geleid. Met montagegereedschap Let op De permanente magneet van de schakelstang is breekbaar.
Onderhoud Ventiel demonteren Let op Gegevensverlies. Bij laswerkzaamheden in de nabijheid van de aansluitkop kunnen gegevens verloren gaan. ► Voer in de nabijheid van de aansluitkop geen laswerkzaamheden uit. Voer de volgende handelingen uit: Halve ringen (R) tussen stuurkop en aandrijving verwijderen. Afb.16 Stuurkop (B) naar boven toe wegtrekken.
Pagina 46
Onderhoud Ventiel demonteren Afb.18 Aandacht De schacht van de ventielschijf (15) is een gevoelig onderdeel. Beschadiging aan deze onderdelen kan tot storing in de werking leiden. ► Lagerschijf (4) en afdichtingsschijf (3) mogen bij het uittrekken van de ventielinzet niet tegen de schacht (15) van de ventielschijf slaan! ►...
Onderhoud Ventiel demonteren Trek het ventiel in zijn geheel, met aandrijving (A) voorzichtig uit de behuizing (402). ® Klaar 10.5.3 De ventielinzet demonteren van de aandrijving Afb.19 Aandacht De schacht van de ventielschijf (15) is een gevoelig onderdeel. Beschadiging aan deze onderdelen kan tot storing in de werking leiden. ►...
Onderhoud Onderhoud Verwijder de klemverbinding (46) tussen lantaarnstuk en aandrijving. Neem het lantaarnstuk (9) eraf. ® Klaar 10.5.4 Spoelklep demonteren Afb.20 Voer de volgende handelingen uit: Ontlucht het ventiel. Verwijder de luchtslang. Draai de luchtslang bij vlak (2) uit de behuizing. Draai de cilinder SPV-C (1) van behuizing SPV-C (2) af.
Onderhoud Onderhoud Afb.21 Aandacht De schacht van de ventielschijf (15), de behuizingszitting, klepzitting (S) en de V-ring-groef (8) zijn precisieonderdelen. Beschadiging aan deze onderdelen kan tot storing in de werking leiden. ► Ga voorzichtig om met het ventiel! Aandacht Beschadiging van het ventiel Beschadiging aan deze onderdelen kan tot storing in de werking leiden.
Pagina 50
Onderhoud Onderhoud V-ring vervangen Afb.22: Intrekgereedschap voor V-ring Voorwaarde: • Zet de V-ring zonder vet in. Als montagehulpmiddel een sop van afwasmiddel in water gebruiken. Opdat er geen externe roest neerslaat, moet het sopje worden aangemaakt in een keramische, kunststof of roestvrijstalen bak. Benodigdheden: •...
Onderhoud Onderhoud Afb.25 V-ring gelijkmatig intrekken. Alle andere in de onderdelentekening gemarkeerde afdichtingen vervangen. ® Klaar Verklaring ! Gebruikte afdichtingen mogen niet opnieuw worden gebruikt, omdat de afdichtingsfunctie dan niet meer kan worden gegarandeerd. 10.6.3 Pakkingen en schroefdraden smeren Let op Beschadiging van pakkingen en schroefdraden Beschadiging van pakkingen en schroefdraden kan tot een defect leiden.
Het gebruik van andere vetten kan leiden tot storingen in de werking en vroegtijdige uitval van de afdichtingen. Bovendien komt de garantie dan te vervallen. Zo nodig kan bij GEA Tuchenhagen een verklaring van de fabrikant van deze producten worden aangevraagd. Dunne vetlagen op de pakkingen zijn noodzakelijk voor een storingsvrije functie van de armaturen.
Pagina 53
703. Deze smeermiddelen zijn toegestaan voor levensmiddelen en zijn bierschuimbestendig, en beschikken over de NSF-H1 (USDA-H1)- registratie. PARALIQ GTE 703 kan onder mat.-nr. 413- 064 en Rivolta F.L.G. MD-2 onder het mat.-nr. 413-071 bij GEA Tuchenhagen worden besteld. Reinigingsslang uitrusten Wartel (2) en snijring (1) over de reinigingsslang schuiven.
Onderhoud Montage Draai de wartel iedere keer dat deze losgedraaid is vast zonder extra kracht te zetten. Houd de aansluiting daarbij vast. ® Klaar 10.7.2 Aanhaalmomenten van de halve ringen en klemverbindingen De klemverbinding en de halve ringen van het ventiel vastdraaien met de aanhaalmomenten die in de tabel staan vermeld.
Pagina 55
Onderhoud Ventielslag Ventielgrootte Ventielslag [mm] Inch OD (uitw.) 1" 1,5" 2" 30,5 2,5" 3" 4" 30,5 6" Inch IPS 2" 3" 4" 6" 430BAL008331NL_6 28.02.2023...
Storingen Storingen en hulpmiddelen om deze te verhelpen Storingen 11.1 Storingen en hulpmiddelen om deze te verhelpen Bij functiestoringen moet u het ventiel onmiddellijk uitschakelen en beveiligen tegen opnieuw inschakelen. Storingen mogen uitsluitend door gekwalificeerd personeel worden opgelost met inachtneming van de veiligheidsvoorschriften. Storing Oorzaak Oplossing...
► Aandrijving nooit openen. ► GEA Tuchenhagen neemt ongeopende aandrijvingen weer terug en voert deze kosteloos af. Voer de volgende handelingen uit: Demonteer de aandrijving. Verpak de aandrijving op veilige wijze en stuur deze naar GEA Tuchenhagen GmbH. ® Klaar 430BAL008331NL_6...
Lijst met reserveonderdelen - Klep met dubbele zitting C Lijst met reserveonderdelen - Klep met dubbele zitting C Afb.30 Afb.29 Afb.32: Behuizingscombinaties Afb.31: Spoelklep SPV- C/ SPV-C-S 430BAL008331NL_6 28.02.2023...
Pagina 62
Lijst met reserveonderdelen - Klep met dubbele zitting C Pos. Benaming Materiaal DN 80 DN 100 DN 125 DN 150 Aandrijving VARIVENT® Zie onderdelenlijst/maatblad voor aandrijving VARIVENT® Stuurkop T.VIS® Zie onderdelenlijst voor stuurkop T.VIS® Aansluiting 0/C Zie de lijst met reserveonderdelen aansluiting 0/C Spoelklep SPV-C (<...
Pagina 63
Lijst met reserveonderdelen - Klep met dubbele zitting C Pos. Benaming Materiaal 1" OD 1.5" OD 2" OD 2.5" OD Pakkingset compleet 1) EPDM 221-528.44 221-511.74 221-511.74 221-511.75 221-528.45 221-519.53 221-519.53 221-519.54 HNBR 221-528.97 221-519.85 221-519.85 221-519.86 Afdichtring EPDM 924-084 924-084 924-084 924-085...
Pagina 64
Lijst met reserveonderdelen - Klep met dubbele zitting C Pos. Benaming Materiaal 1" OD 1.5" OD 2" OD 2.5" OD Aandrijving VARIVENT® Zie onderdelenlijst/maatblad voor aandrijving VARIVENT® Stuurkop T.VIS® Zie onderdelenlijst voor stuurkop T.VIS® Aansluiting 0/C Zie de lijst met reserveonderdelen aansluiting 0/C Spoelklep SPV-C (<...
Pagina 65
Lijst met reserveonderdelen - Klep met dubbele zitting C Pos. Benaming Materiaal 3" OD 4" OD 6" OD Pakkingset compleet 1) EPDM 221-511.75 221-511.76 221-511.78 221-519.54 221-519.55 221-519.57 HNBR 221-519.86 221-004179 Afdichtring EPDM 924-085 924-085 924-088 924-083 924-083 924-087 HNBR 924-313 924-313 Lager...
Pagina 66
Lijst met reserveonderdelen - Klep met dubbele zitting C Pos. Benaming Materiaal 3" OD 4" OD 6" OD Aandrijving VARIVENT® Zie onderdelenlijst/maatblad voor aandrijving VARIVENT® Stuurkop T.VIS® Zie onderdelenlijst voor stuurkop T.VIS® Aansluiting 0/C Zie de lijst met reserveonderdelen aansluiting 0/C Spoelklep SPV-C (<...
Pagina 67
Lijst met reserveonderdelen - Klep met dubbele zitting C Pakkingset voor dubbel afsluitende klep C DN 25 DN 40/50 DN 65/80 DN 100 DN 150 Pos. Benaming Materiaal DN 125 1" 1,5"/2" 2,5"/3" 4" 6" Afdichtring Ø EPDM 924-084 924-084 924-085 924-085 924-088...
Lijst reserveonderdelen - Aansluiting 0 (0/C) Lijst reserveonderdelen - Aansluiting 0 (0/C) Afb.33: Aansluiting type 0 voor alle VARIVENT-ventielen behalve type C Afb.34: Aansluiting type 0/C voor alle dubbele VARIVENT-ventielen behalve type C 430BAL008331NL_6 28.02.2023...
Pagina 69
Lijst reserveonderdelen - Aansluiting 0 (0/C) Pos. Benaming Materiaal Aansluiting 0/100 voor DN25 - DN125 en 1" tot en met 6" Productnr. voor metrische Voor duims (") aansluiting aansluiting Klemverbinding KU 221-507.08 221-507.08 Aansluiting 0 kpl. 1.4301 221-140.02 221-140.04 117* Knie met schroefdraad Ms/vernikkeld 933-475...
Lijst met reserveonderdelen - Spoelklep SPV Lijst met reserveonderdelen - Spoelklep SPV Afb.35: Type C en C-S Afb.36: Type M 430BAL008331NL_6 28.02.2023...
Pagina 71
Lijst met reserveonderdelen - Spoelklep SPV Pos. Benaming Materiaal Type C* Type M* Type C-S* Spoelklep compleet EPDM 221-464.01 221-464.13 221-464.21 221-464.06 221-464.18 221-464.22 Cilinder SPV PVDF 221-464.03 221-464.03 1.4305 221-464.10 Behuizing SPV 1,4305 221-464.08 221-464.08 221-464.08 Uitloop SPV 1,4301 221-464.05 221-464.09 221-464.05...
Lijst met reserveonderdelen - Aansluitschema slangen Lijst met reserveonderdelen - Aansluitschema slangen Afb.37: X = met aansluiting T.VIS / Y = met aansluiting 0 430BAL008331NL_6 28.02.2023...
Pagina 73
Lijst met reserveonderdelen - Aansluitschema slangen Afb.38: Met aansluiting T.VIS en aandrijver Z Afb.39: ATEX-uitvoering met aandrijver Z 430BAL008331NL_6 28.02.2023...
Pagina 74
Lijst met reserveonderdelen - Aansluitschema slangen Afb.40: Aanzicht zonder kap X = elektrische aansluiting / Z = externe initiator Plaatsing N, Y1, en P zie gebruiksaanwijzing Regelkop 430BAL008331NL_6 28.02.2023...
Bijlage Mappen Bijlage 18.1 Mappen 18.1.1 Afkortingen en begrippen Afkorting Verklaring Britse standaard Maateenheid voor de druk [bar] Alle drukgegevens [bar/psi] staan voor overdruk [barg/psig], tenzij dit expliciet anders wordt vermeld. circa °C Maateenheid voor de temperatuur [graden Celsius] Eenheid voor het volume [kubieke decimeter] nominaal volume (standaardliter) Nominale DIN-doorlaat Duitse norm van de DIN (Deutsches Institut für Normung...
Pagina 78
Bijlage Afkorting Verklaring Maateenheid voor arbeid [Newtonmeter] AANDUIDING VOOR HET KOPPEL: 1 Nm = 0,737 lbft Pound-Force/pondkracht (lb) + Feet/voet(ft) Polyamide PE-LD Polyethyleen, lage dichtheid Polytetrafluorethyleen Anglo-Amerikaanse drukeenheid [pound-force per square inch] Alle drukgegevens [bar/psi] staan voor overdruk [barg/psig], tenzij dit expliciet anders wordt vermeld. PTFE Polytetrafluorethyleen zelflerende installatie...