Faxen
4. Selecteer Tijdstip:
•
Uur: selecteer een cijfer tussen 0 en 12.
Minuten: selecteer een cijfer tussen 0 en 59.
•
•
Select VM of NM.
5. Druk op de toets Opslaan.
6. Geef het faxnummer van de ontvanger op.
7. Druk op de toets Start om te beginnen met het scannen van het document.
8. De fax wordt op het opgegeven tijdstip verzonden.
Koptekst verzenden selecteren
Opmerking:
Raadpleeg de System Administrator Guide (Handleiding voor de systeembeheerder)
voor informatie over het configureren van deze functie.
Als de functie eenmaal is geconfigureerd, kan u deze als volgt handmatig in- of uitschakelen:
1. Druk op het bedieningspaneel op de toets Faxen.
2. Selecteer het tabblad Faxopties.
3. Selecteer Koptekst verzenden.
4. Selecteer een van de volgende opties:
•
Uit (standaardinstelling).
Aan.
•
5. Selecteer Opslaan als alle wijzigingen zijn gemaakt.
Fax verzenden naar een mailbox
Opmerking:
Deze functie kan pas worden gebruikt als er een mailbox is ingesteld. Raadpleeg
Scannen naar mailbox
systeembeheerder) voor instructies over het instellen van een mailbox.
Nadat er een mailbox is gemaakt, gaat u als volgt te werk om een fax naar een mailbox te verzenden:
1. Druk op het bedieningspaneel op de toets Faxen.
2. Selecteer het tabblad Faxopties.
3. Selecteer Mailbox.
4. Selecteer een van de volgende opties:
•
Uit (standaardinstelling).
•
Verzenden naar externe mailbox.
•
Opslaan in lokale mailbox.
•
Lokale mailboxdocumenten afdrukken.
Lokale mailboxdocumenten verwijderen.
•
5. Selecteer Opslaan als alle wijzigingen zijn gemaakt.
122
WorkCentre 6400 multifunctionele printer
Gebruikershandleiding
op pagina 133 of de System Administrator Guide (Handleiding voor de