Reiniging en onderhoud
Na het reinigen
Leg de vetfilters na het reinigen nog
een tijdje op een vochtopnemende
onderlaag te drogen.
Maak voordat u de filters en het pa‐
neel terugzet die delen van de om‐
manteling schoon waar u bij kunt ko‐
men. Daarmee voorkomt u brand.
Plaats de filters weer terug en let er
daarbij op dat de vergrendeling naar
beneden wijst.
Ontgrendel verkeerd geplaatste filters
met een kleine schroevendraaier in
de uitsparing.
30
Haak het paneel achteraan in het
midden vast, beweeg het vooraan
naar boven en druk het in de vergren‐
deling.
Urenteller voor de vetfilters terugzet‐
ten
Na de reiniging moet de urenteller wor‐
den teruggezet.
Controleer of de afzuiging aan is en
druk dan ca. 3 seconden op toets
, totdat alleen stand 1 knippert.
Vetfilter-symbool gaat uit.
Vetfilters reinigen vòòrdat het inge‐
stelde aantal uren is verstreken
Druk ca. 6 seconden op toets ,
totdat alleen stand 1 knippert.