E.10
S
PECIFICATIES
Enveloppen bewaren
Bewaar enveloppen op de juiste manier met het oog op een
optimale afdrukkwaliteit. Enveloppen moeten liggend worden
bewaard. Verwijder luchtbellen uit enveloppen voordat u begint
af te drukken om kreukels en papierstoringen te vermijden. Zie
"Afdrukken op enveloppen" op pagina 2.14.
Etiketten
W
AARSCHUWINGEN
• Gebruik alleen etiketten die zijn aanbevolen voor lasterprinters
om te vermijden dat de printer wordt beschadigd.
• Gebruik voor het afdrukken van etiketten altijd de
multifunctionele lade om ernstige papierstoringen te vermijden.
• Druk nooit meer dan één keer af op hetzelfde vel etiketten, en
druk nooit af op een gedeeltelijk vel etiketten.
Houd rekening met de kwaliteit van elke component wanneer u
etiketten kiest:
• Kleefstoffenmiddelen: Het klevende materiaal moet stabiel
zijn op 180˚C, de smelttemperatuur van de printer.
• Schikking: Gebruik alleen vellen waarvan nog geen etiketten
zijn verwijderd. Etiketten kunnen loskomen van de vellen,
waarbij de ruimte tussen de etiketten ernstige
papierstoringen kan veroorzaken. Blootgesteld kleefmiddel
kan ook leiden tot schade aan printeronderdelen.
• Krul: Voordat u afdrukt, moeten de etiketten plat liggen
zonder een krul van meer dan 13 mm in eender welke
richting.
• Toestand: Gebruik geen etiketten met kreuken, bellen of
andere toestanden die erop wijzen dat de etiketten loskomen.
Zie "Afdrukken op etiketten" op pagina 2.16.
Transparanten
Transparanten die in de printer worden gebruikt, moeten
bestand zijn tegen een temperatuur van 180˚C gedurende 0,1
seconde, de smelttemperatuur van de printer.
W
: Gebruik alleen transparanten die zijn
AARSCHUWING
aanbevolen voor laserprinters die olievrije fusers gebruiken om
schade aan de printer te voorkomen. Gebruik geen transparanten
met papieren achterkantbedekking of papiertape. Wij bevelen
Phaser 35-Series Premium Transparency Film aan.
Zie "Afdrukken op transparanten" op pagina 2.17.
: