Het printerstuurprogramma installeren
In deze paragraaf wordt uitgelegd hoe het printerstuurprogramma moet wor-
den geïnstalleerd. Het printerstuurprogramma kan op twee manieren worden
geïnstalleerd: met gebruikmaking van Snelle installatie, waarbij de instellingen
direct worden geïnstalleerd, of door het juiste stuurprogramma te installeren via
de poort die u wilt gebruiken.
Quick Install (Snelle installatie)
Windows 95/98/Me/2000/XP-, Windows Server 2003- en Windows NT 4.0-ge-
bruikers kunnen deze software op een eenvoudige wijze installeren met ge-
bruikmaking van de bijgeleverde CD-ROM.
Met gebruikmaking van Quick Install, worden het PCL-printerstuurprogramma
en/of het RPCS-printerstuurprogramma, DeskTopBinder Lite en SmartDevice-
Monitor for Client geïnstalleerd in de netwerkomgeving en wordt de TCP/IP-
poort geconfigureerd.
Belangrijk
❒ Om het printerstuurprogramma in Windows 2000/XP Professional, Windows
Server 2003 en Windows NT 4.0 te installeren, moet u een account met een
machtiging als printerbeheerder hebben. Meldt u aan als een beheerder.
❒ Als u een verbinding maakt via USB, raadpleeg dan Pag.40 "Het USB-printer-
stuurprogramma installeren" en installeer het printerstuurprogramma.
A
Sluit alle toepassingen af die momenteel worden uitgevoerd.
B
Plaats de cd-rom in het cd-romstation.
De installer start.
Bij bepaalde instellingen van het besturingssysteem werkt Auto Run mogelijk
niet. Als Auto Run niet start, start u "Setup.exe" in de basisdirectory van de
CD-ROM.
C
Selecteert een interfacetaal, en klik vervolgens op [OK].
De standaardinterfacetaal is Engels.
D
Klik op [Quick Install].
De gebruiksrechtovereenkomst voor de software verschijnt in het dialoog-
venster [Gebruiksrechtovereenkomst].
E
Klik na het lezen van de overeenkomst op [Ik accepteer de overeenkomst.] en
klik vervolgens op [Volgende >].
F
Selecteer in het dialoogvenster [Selecteer printer] het apparaatmodel dat wilt
gebruiken.
Voor netwerkverbindingen via TCP/IP, selecteert u het apparaat waarvan
het IP-adres wordt weergegeven in [Verbinden met].
Selecteer voor een parallelle aansluiting het apparaat waarvan de printer-
poort wordt weergegeven in [Verbinden met].
Het printerstuurprogramma installeren
1
23