Advertenties
Systeembeheerderfuncties
5. Als u e-mailverzending vanaf de printer wilt inschakelen, klikt u op de wisselknop bij E-
mailverzending.
6. Als u e-mailwaarschuwingen vanaf de printer wilt laten verzenden, klikt u op de wisselknop bij
E-mailmeldingen.
7. Typ bij E-mail van apparaat het e-mailadres dat aan de printer is toegewezen.
8. In het gedeelte SMTP-server:
a. Klik op Serveradres.
b. Voer de naam van de SMTP-server op een van de volgende manieren in:
• Typ de naam van de SMPT-server in het veld Serveradres.
• Om naar de server te zoeken, klikt u op Server in lijst selecteren, klikt u opZoeken,
selecteert u een SMTP-server en klikt u op OK.
c. Bij Uitgaand SMTP-poortnummer typt u het poortnummer van de server die e-mail
verzendt. Het standaard poortnummer is 25.
9. In het gedeelte Beveiliging van verbinding selecteert u een beveiligingsprotocol. Als er geen
beveiligingsprotocol wordt gebruikt door de SMPT-server, selecteert u Uit.
Opmerking:
• Als u niet weet welke coderingsmethode door uw server wordt ondersteund,
selecteert u STARTTLS (indien beschikbaar). Als u STARTTLS (indien beschikbaar)
selecteert, probeert de printer STARTTLS te gebruiken. Als de server geen
ondersteuning biedt voor STARTTLS, wordt de SMTP-communicatie niet gecodeerd.
• Als uw e-mailserver codering vereist, maar geen STARTTLS-opdracht aan de printer
aanbiedt, mislukt het e-mailproces.
10. In het gedeelte Uitgaande SMTP-verificatie:
a. Klik op SMTP-verificatie om SMPT-verificatie in te schakelen. Selecteer SMTP AUTH in
het menu.
b. Typ de aanmeldingsgegevens voor Gebruikersnaam SMTP AUTH, Toegangscode SMTP
AUTH en Toegangscode opnieuw invoeren.
c. Klik op Aanmeldingsgegevens voor verzenden van e-mail en selecteer een optie.
• Vooraf gedefinieerd: Voor verzending naar de SMTP-server maakt de printer gebruik
van de waarden bij Gebruikersnaam SMTP AUTH en Toegangscode SMTP AUTH.
• Aangemelde gebruiker: Om een e-mail naar de SMPT-server te verzenden, maakt de
printer gebruik van de netwerkaanmeldingsgegevens.
• Als u Aangemelde gebruiker hebt geselecteerd, klikt u op Wanneer verificatie mislukt
en selecteert u een optie.
–
Verzending annuleren: Met deze optie wordt de e-mailverzending geannuleerd.
–
Verifiëren met vooraf gedefinieerde aanmeldingsgegevens: Met deze optie
wordt een tweede poging gedaan om de e-mail te verzenden met behulp van de
vooraf gedefinieerde aanmeldingsgegevens voor verificatie.
11. Klik op OK.
12. Om de instellingen voor de SMTP-faxserver te configureren, klikt u op Instellen.
13. Voer in het veld Domeinnaam de domeinnaam van de SMTP-faxserver in.
14. Voor identificatiedoeleinden kunt u het word Fax vooraan het e-mailadres toevoegen. Klik
daartoe op Indeling e-mailadres en selecteer "Fax=" voorop plaatsen.
272
Xerox
WorkCentre
®
Handleiding voor de gebruiker
6515-multifunctionele printer
®
Advertenties
