4. De projector gebruiken via een netwerk
De projector op een netwerk aansluiten
Om de projector op een netwerk aan te sluiten, dient u netwerkinstellingen zoals een IP-adres op te
geven. De vereiste instellingen kunnen afwijken afhankelijk van de netwerkomgeving en hoe u de
projector gebruikt.
U kunt de vereiste instellingen eenvoudig configureren met de Wizard netwerkinstellingen. Voor
informatie over het openen van Wizard netwerkinstellingen, zie Pag. 73 "Openen Wizard
netwerkinstellingen".
Aansluiten op een bedraad LAN
Sluit een ethernetkabel op de projector aan en configureer de netwerkinstellingen in [Bedraad
LAN] in Wizard netwerkinstellingen. Voor meer informatie over het configureren van de instellingen
van het bedrade LAN-netwerk, zie Pag. 74 "Instellingen bedraad LAN configureren".
Aansluiten op een draadloos LAN in de infrastructuurmodus
De projector kan in infrastructuurmodus communiceren met netwerken waarop zowel draadloze
als bekabelde LAN-apparaten via een draadloze LAN-toegangsterminal zijn aangesloten. In dit
geval is het noodzakelijk om meer beveiligingsmaatregelen te gebruiken, omdat alle communicatie
via een netwerk verloopt. Gebruik infrastructuurmodus in omgevingen waarin een draadloze LAN
al is geconfigureerd.
Configureer de netwerkinstellingen in [Draadloos LAN (infrastructuur)] in Wizard
netwerkinstellingen. De instellingenmethode kan afwijken afhankelijk van de netwerkomgeving.
• De instellingen configureren via Eenvoudige draadloos LAN-installatie
Als het toegangspunt compatibel met de functie Eenvoudige draadloos LAN-installatie, kunt u
de netwerkinstellingen eenvoudig configureren. Deze functie vereist dat de instellingen voor
de draadloze LAN in het toegangspunt zijn geregistreerd en configureert die instellingen
automatisch voor de projector. Bij het configureren van de instellingen hoeft u de SSID en de
netwerksleutel niet handmatig in te voeren. Voor meer informatie, zie Pag. 75 "De
instellingen voor Eenvoudige draadloos LAN-installatie configureren".
• De instellingen handmatig configureren
U kunt de netwerkinstellingen configureren door het netwerk waarop moet worden
aangesloten uit de lijst met beschikbare netwerken te kiezen. Er kunnen maximaal 10
netwerken in de lijst worden weergegeven op volgorde van radioveldintensiteit.
Als u verbinding wilt maken met een netwerk dat niet in de lijst wordt weergegeven of dat zijn
SSID niet uitzendt, voer de SSID dan handmatig in. Voor meer informatie, zie Pag. 77 "De
instellingen handmatig configureren".
Aansluiten op een draadloos LAN in de ad hoc modus
In de ad-hocmodus kan de projector rechtstreeks met de computer communiceren, maar niet via
een toegangspunt. Er zijn geen andere apparaten vereist, dus deze modus is geschikt voor lokaties
zonder netwerkomgeving. Als het bereik van radiogolven beperkt is, gebruik dan een kantoor of
conferentieruimte waar er zich geen obstakels bevinden in de verbinding.
72