Inbedrijfstelling
Parametertabel
Menu.
Submenu.
Parameter
5.
2
Instellingen
5.
2.
0 Temperatuurbereik Zone
5.
2.
1 Regeling
5.
2.
2 Stooklijn
5.
2.
3 Parallelversch
5.
2.
4 Proportionele invloed binnen
5.
2.
5 Max. Temp
5.
2.
6 Min. Temp
5.
2.
7 Keuze temperatuursregeling
5.
2.
8 Smart met nachtverlaging
5.
2.
9 Warmtevraag mode
5.
3
Diagnostiek
5.
3.
0 Ruimte Temperatuur
5.
3.
1 Setpunt Ruimte Temperatuur
5.
3.
2 Aanvoertemperatuur
5.
3.
3 Retour temperatuur
5.
3.
4 Vraag naar warmte in Zone 2
5.
3.
5 Pomp status
5.
3.
7 Relatieve luchtvochtigheid
5.
3.
8 Gewenste aanvoertemperatuur VG
5.
4
Instellingen Module Zone
5.
4.
0 Pomp Modulatie
5.
4.
1 Beoogd delta T voor pompmodulatie
5.
4.
2 Pomp Constante Snelheid
82 / NL
Omschrijving
Standaard
Range - Waarde
0 = Lage Temperatuur
0
1 = Hoge Temperatuur
0 = Vaste aanvoer temperatuur
1 = Basis thermo-regeling
1
2 = Ruimtesensor
3 = Buitensensor
4 = Ruimte- en Buitensensor
0,6 [LT] of 1,5
0,2-1 [LT] of 0,4-3,5 [HT]
[HT]
0
-14 +14 [HT] of -7 +7 [LT]
10 (HT) of 2
0-20
(LT)
60 [HT] of 45
20-70 [HT] of 20-45 [LT]
[LT]
20 [HT] of 20
20-70 [HT] of 20-45 [LT]
[LT]
0 = Standaard
0
1 = Smart
0 = UIT
0
1 = ON
0 = Standaard
0
1 = Tijdprogramma Uitsluiting
2 = Geforceerde Warmtevraag
0 = UIT
1 = ON
0 = UIT
1 = ON
0 = Vast
1
1 = Modulerende op Delta T
2 = Modulerend op druk
20 [HT] of 7
4-25
[LT]
100
20-100
Opmer-
kingen
Alleen
zichbaar
bij Zone
Module
Alleen
zichbaar
bij Zone
Module
Alleen
zichbaar
bij Zone
Module
Alleen
zichbaar
bij Zone
Module