Appendix A Modbus-adres instellen
Voor Modbus-communicatie moet hetzelfde slave-adres worden ingesteld op zowel het
display van de sc1000-controller als in de RTC-module. Aangezien 20 slave-nummers
gereserveerd zijn voor interne toepassingen, zijn de volgende nummers beschikbaar voor
toewijzing:
1, 21, 41, 61, 81, 101...
Het startadres 41 is in de fabriek ingesteld.
Indien dit adres moet worden gewijzigd, wanneer het bijvoorbeeld al is toegewezen aan een
andere RTC, moet het zowel op de sc1000-controller als op de CF-kaart van de RTC-module
worden gewijzigd.
Dit kan alleen worden gedaan door de onderhoudsdienst van de fabrikant
L E T O P
(Hoofdstuk
8)!
47