6.
Plaats de nieuwe patroon in zijn behuizing met de elektrische contacten naar het
printcompartiment gericht.
7.
Duw de patroon aan tot u een klik hoort, die aangeeft dat hij goed zit.
8.
Sluit vervolgens het bedieningspaneel en leg de hoorn weer op zijn plaats.
Opmerking:
1
Voer de juiste datum en tijd in (bijv. 13-06-08; 18:00), door op de toetsen
-
2
Wanneer het display
ingevoerde gegevens te bevestigen of op de toets
wijzigen.
Nu voert het faxtoestel automatisch de procedure voor reiniging van de patroon
en controle van de inktsproeiers uit, die wordt afgesloten met de afdruk, op een
automatisch ingevoerd vel, van een nummerschaal en een tekst die aangeeft dat de
patroon correct is vervangen.
Indien het afdrukresultaat van de nummerschaal of van de tekst onbevredigend is,
raadpleeg dan "De printpatroon plaatsen", in het hoofdstuk "Installatie-
instructies".
12-4
ONDERHOUD
Wanneer u de patroon vervangen hebt omdat de inkt op was,
herkent het faxtoestel de vervanging automatisch bij sluiten van het
bedieningspaneel en op het display verschijnt het bericht
DATUM/TIJD INST
.
XX-XX-XX
XX:XX
te drukken, en druk vervolgens op de toets
D/T BEVESTIGEN
weergeeft, op de toets
drukken om ze te
.
drukken om de