Vernevelingsbevochtiger
Montageaanwijzingen
Inbedrijfstelling
Onderhoud
48
Vernevelingsbevochtiger
Het pompstation zo dicht mogelijk bij het vernevelingsbevochtigerdeel monteren, om
drukverliezen te vermijden. Aansluitingen aan waterzijde en verbindingsleidingen
realiseren. Voor de installatie moeten de volgende normen en richtlijnen in acht
worden genomen:
-DIN 1988:
Technische regels voor drinkwaterinstallaties
-EN 1717:
Bescherming van het drinkwater tegen verontreinigingen in
drinkwaterinstallaties
Aan de watertoevoer moet een waterfilter worden geïnstalleerd.
Aan de waterafloopaansluitingen moeten sifons worden geïnstalleerd.
Alle verbindingen op dichtheid controleren.
Controle dat geen vuil of andere vaste stoffen in de lekbak aanwezig zijn. Dat kan
leiden tot storingen of schade. De elektrische aansluitingen realiseren.
De sifons met water vullen.
Het toevoerwater voor de vernevelingsbevochtiger moet aan VDI 6022
voldoen, d.w.z. in microbiologisch opzicht van drinkwaterkwaliteit zijn.
Waterkwaliteit:
m
geleidbaarheid
Druk
Temperatuur
pH-waarde
Debiet
LPS = Low Pressure System / HPS = High Pressure System
De controle van de waterkwaliteit moet door gekwalificeerd en erkend personeel worden
uitgevoerd.
De inbedrijfstelling van de vernevelingsbevochtiger mag alleen door gekwalificeerd
personeel worden uitgevoerd.
Voor de inbedrijfstelling moeten volgende voorwaarden vervuld zijn:
- Alle componenten zijn toegankelijk
- Watertoevoer en -afvoer volledig geïnstalleerd
- Spanningsverzorging aanwezig
- Het luchtbehandelingstoestel en de regeling ervan zijn klaar voor werking
Het onderhoud van de vernevelingsbevochtiger mag alleen door gekwalificeerd en
erkend personeel worden uitgevoerd.
De vernevelingsbevochtiger controleren op werking, beschadiging en vervuiling.
De waterdebieten en de waterkwaliteit controleren.
De aanbevelingen voor inspectie en onderhoud en de hygiënische vereisten van
luchtbehandelingstoestellen en -componenten volgens VDI 6022 moeten worden
nageleefd.
De behuizing en de lekbak naar gelang van de behoeften reinigen met water. Bij
sterke vervuiling kan een alkalisch reinigingsmiddel worden gebruikt.
Waterfilter controleren en, indien nodig, de filterpatronen vervangen.
Vernevelingssproeiers: Controle iedere 2500 uur of 1 x per jaar.
Vernevelingssproeiers eventueel reinigen.
Sproeibeeld van de vernevelingssproeiers controleren.
Indien nodig de vernevelingssproeiers vervangen.
Aerosolafscheider controleren.
Indien nodig de aerosolafscheider demonteren en met reinigingsmiddel reinigen.
De wand van de module met de vernevelingssproeiers controleren en, indien nodig,
met reinigingsmiddel reinigen.
HPS-vernevelingsbevochtiger:
Hogedrukpomp controleren: Functie, dichtheid, oliecontrole.
Jaarlijks olie verversen, of olie verversen na 2500 bedrijfsuren.
LPS-vernevelingsbevochtiger:
Vleugelpomp onderhoudsvrij.
Andere toepasselijke documenten: Apart meegeleverde installatie-, bedienings- en
onderhoudshandleiding van de vernevelingsbevochtiger.
S/cm
5 – 20 (LPS) / 5 – 50 (HPS)
bar
1,5 – 4,0 (LPS) / 1,0 – 5,0 (HPS)
°C
-
Groter dan maximaal pompvermogen van het
-
sproeierstelsel
KG Top
5 - 15
7 (±1)
3062111_202202