I
CONTINU (SNEL / GEMIDDELD / LANGZAAM)
De camera maakt foto's op de geselecteerde beeldsnelheid
J
K
(
SNEL,
spanknop wordt ingedrukt. Het fotograferen eindigt wanneer
de ontspanknop wordt losgelaten of de geheugenkaart vol is.
O
•
Als de bestandsnummering 999 bereikt voordat het fotograferen is
voltooid, worden de resterende foto's opgeslagen in een nieuwe map.
•
De opname eindigt wanneer de geheugenkaart of het interne geheu-
gen vol is; de camera legt alle foto's vast tot op dat punt. Serieopname
wordt mogelijk niet gestart als de beschikbare ruimte op de geheugen-
kaart of het interne geheugen onvoldoende is.
•
Beeldsnelheden kunnen traag zijn als er meer foto's worden gemaakt.
•
Beeldsnelheid varieert afhankelijk de scène, sluitertijd, gevoeligheid en
scherpstelmodus.
•
Afhankelijk van de opnameomstandigheden kunnen beeldsnelheden
traag zijn.
•
De fl itser kan niet worden gebruikt.
•
Opnametijden kunnen toenemen tijdens serieopnamen.
5
f 4K BARST
Maak een burst van 4K foto's en kies welke opnamen u wilt opslaan.
Selecteer f 4K BARST in de seriestand.
•
O
Gebruik een geheugenkaart met een UHS-snelheidsklasse van 3 of
hoger.
•
Als u de 4K barst-stand selecteert, wordt de beeldhoek verkleind.
54
GEMIDDELD, of
O
LANGZAAM) terwijl de ont-
4K BARST