Gebruiksaanwijzing
Opmerking: Bepaal vanuit de normale bedieningspositie
de linker- en rechterzijde van de machine.
De omkiepbeveiliging
(rolbeugel) gebruiken (ROPS,
Rollover Protection System)
Waarschuwing
Om lichamelijk of dodelijk letsel te voorkomen als
de machine omkiept: houd de rolbeugel in de
omhoog geklapte en vergrendelde positie en doe de
veiligheidsgordel om.
Controleer of het achterste deel van de stoel is
vastgezet met de stoelvergrendeling.
Waarschuwing
Er is geen omkiepbeveiliging als de rolbeugel
omlaag is geklapt.
• Klap de rolbeugel uitsluitend omlaag als dit
absoluut noodzakelijk is.
• Doe de veiligheidsgordel niet om als de rolbeugel
omlaag is geklapt.
• Rij langzaam en voorzichtig.
• Klap de rolbeugel omhoog zodra de ruimte dit
toelaat.
• Let goed op dat er voldoende ruimte boven de
machine is (denk aan takken, deuropeningen,
elektrische kabels) voordat u onder een object
rijdt, en zorg ervoor dat u dit niet raakt.
• Laat de rolbeugel langzaam neer om te
voorkomen dat de motorkap wordt beschadigd.
Belangrijk
Klap de rolbeugel uitsluitend omlaag als dit
absoluut noodzakelijk is.
1. Om de rolbeugel omlaag te klappen, moet u de
R-pennen losmaken en de twee pennen verwijderen
(Fig. 30).
2. Klap de rolbeugel omlaag.
3. Plaats de twee pennen en zet deze vast met de R-pennen
(Fig. 30).
Belangrijk
Doe altijd de veiligheidsgordel om als de
rolbeugel omhoog is geklapt.
4. Om de rolbeugel omhoog te klappen, moet u de
R-pennen losmaken en de twee pennen verwijderen
(Fig. 30).
5. Klap de rolbeugel omhoog, plaats de twee pennen en
zet deze vast met de R-pennen (Fig. 30).
1
3
Figuur 30
1. Rolbeugel
2. Pen
Starten en stoppen van de motor
Belangrijk
Het brandstofsysteem moet worden ontlucht
indien zich één van de volgende situaties heeft voorgedaan:
Eerste keer starten van een nieuwe machine, de motor is
afgeslagen omdat de brandstof op was of er zijn onderhouds-
werkzaamheden uitgevoerd aan onderdelen van het brandstof-
systeem; bijvoorbeeld er is een nieuw filter gemonteerd, de
waterafscheider heeft een onderhoudsbeurt gekregen, enz.
1. Stel de parkeerrem in werking, schakel de aftakas uit en
zet de hefhendel in de TRANSPORT- of
ZWEVEN-stand. Haal uw voet van het tractiepedaal en
let erop dat deze in de neutraalstand staat.
2. Zet de gashendel volledig op SNEL.
3. Draai de contactschakelaar op AAN/Voorgloeien. Een
automatische tijdschakelaar zorgt ervoor dat de motor
6 seconden wordt voorgegloeid. Daarna draait u het
sleuteltje op START. LAAT DE MOTOR BIJ HET
STARTEN NIET LANGER DAN 15 SECONDEN
ACHTER ELKAAR DRAAIEN. Laat het sleuteltje los
zodra de motor start. Als de motor nogmaals moet
worden voorgegloeid, draait u het sleuteltje eerst op
UIT en vervolgens op AAN/Voorgloeien. Herhaal deze
procedure als dit nodig is.
4. Laat de motor stationair of op halfgas lopen totdat deze
is opgewarmd.
Opmerking: Zet de gashendel op SNEL als u een warme
motor opnieuw start.
31
2
3. R-pen