Toegang tot het
voertuig
Smartkey
Vergrendel of ontgrendel alle deuren door
op de microschakelaar van de
bestuurdersdeur te drukken terwijl u de
elektronische smartkey draagt. Knoppen
op de sleutel helpen u bij het op afstand
vergrendelen of ontgrendelen van deuren,
het openen van de kofferruimte en het
① Indicator
starten van het voertuig.
② Vergrendelingsknop
③ Ontgrendelingsknop
④ Ontgrendelingsknop kofferruimte
⑤ Start/Stop-knop
⑥ Mechanische sleutel
De mechanische sleutel verwijderen
Druk op de "PUSH"-knop op de smartkey ②
richting aangegeven door ①.
en verwijder de mechanische sleutel in de
Druk op de knop "PUSH" en steek de
•
mechanische sleutel terug in de
smartkey wanneer deze niet in gebruik
is.
Toegang met de
smartkey
Vergrendelen
Wanneer alle deuren en de motorkap
•
gesloten zijn, drukt u op de
vergrendelknop om alle deuren te
vergrendelen. De richtingaanwijzers
knipperen eenmaal. Controleer of alle
deuren goed vergrendeld zijn.
Ontgrendelen
Druk op de ontgrendelknop om alle
•
deuren tegelijkertijd te ontgrendelen.
De richtingaanwijzers knipperen
tweemaal.
5