10 Vervangen van componenten
• Controleer na beëindiging van de werkzaamheden of
er niets lekt en alles correct functioneert (zie hoofd-
stuk 8.9)!
10.4 Primaire warmtewisselaar vervangen
Gavaar!
Neem voor de vervanging van het component de
veiligheidsaanwijzingen in hoofdstuk 10.1 in
acht.
• Verbreek de verbinding van het toestel met het elektri-
citeitsnet zoals beschreven onder 10.1 en sluit de gas-
kraan in de gastoevoerleiding.
• Sluit de servicekranen, indien gemonteerd, in de cv-
aanvoer en -retour en tap het toestel af.
• Demonteer het brander-ventilator-gasgedeelte zoals
beschreven onder 8.4.1.
6
5
4
3
Afb. 10.4 Primaire warmtewisselaar vervangen
• Trek de klem (4) aan de sifon (3) los, draai de schroef-
verbindingen aan de sifon los en haal de sifon van de
primaire warmtewisselaar.
• Draai de retouraansluiting (6) alsmede de aanvoeraan-
sluiting (5) aan de primaire warmtewisselaar los.
• Draai de drie schroeven (2) aan de primaire warmte-
wisselaar los en haal de primaire warmtewisselaar van
het toestel.
• Monteer de nieuwe primaire warmtewisselaar in omge-
keerde volgorde en vernieuw de pakkingen.
Let op!
Gevaar voor beschadiging van de primaire
warmtewisselaar!
De vijf schroeven (afb. 10.4, pos. 1) mogen niet
worden los- noch vastgeschroefd.
• Vul en ontlucht het toestel en indien nodig de installa-
tie na het monteren van de nieuwe primaire warmte-
wisselaar.
• Controleer na beëindiging van de werkzaamheden of
er gas- of waterlekkages zijn en voer een functiecon-
trole uit (zie hoofdstuk 8.9)!
40
10.5 Elektronica en display vervangen
Gavaar!
Neem voor de vervanging van het component de
veiligheidsaanwijzingen in hoofdstuk 10.1 in
acht.
• Neem de montage- en installatiehandleidingen in acht
die bij de reserveonderdelen zijn meegeleverd.
Vervanging van display of elektronica
Als u slechts één van de beide componenten vervangt,
gebeurt de aanpassing van de parameters automatisch.
Het nieuwe component neemt bij het inschakelen van
het toestel de vooraf ingestelde parameters over van het
component dat niet is vervangen.
Vervanging van display en elektronica
Als u beide componenten vervangt (in het geval van
reserveonderdelen) gaat het toestel na het inschakelen
in storing en geeft de storingsmelding „F.70" weer.
• Voer op het tweede diagnoseniveau onder het diagno-
1
sepunt „d.93" het nummer van de toestelvariant in
2
volgens tabel 10.1 in (zie hoofdstuk 9.1.2).
De elektronica is nu ingesteld op het toesteltype en de
parameters van alle instelbare diagnosepunten komen
overeen met de fabrieksinstellingen.
Toestel
hrEXCLUSIEF VHR NL 30/4 C
hrEXCLUSIEF VHR NL 35/4 C
hrEXCLUSIEF VHR NL 20/4 S
hrEXCLUSIEF VHR NL 25/4 S
hrEXCLUSIEF VHR NL 35/4 S
Tab. 10.1 Nummers van de toestelvarianten
Nummer van de toestelvariant
0
1
2
3
1
Installatie- en onderhoudshandleiding hrEXCLUSIEF