Als de warmwaterfunctie correct werkt, verschijnt op het
display de volgende weergave: „S.14".
WW
brander aan
Afb. 6.8 Displayweergave bij warmwaterfunctie
(alleen VHR NL C)
Om het toestel te laten funktioneren volgens de gaskeur
CW-label eisen dient de warmwater temperatuur inge-
steld te worden op 61 °C en moet de comfortstand inge-
schakeld zijn.
De comfort stand wordt ingeschakeld door de draaiknop
voor de temperatuur instelling warmwater kort tot de
aanslag naar rechts te draaien. Daarna dient het toestel
op 61 °C ingesteld te worden.
6.3.3 Zonneboiler toepassing
De vaillant hrEXCLUSIEF toestellen 30 C en 35 C zijn
geschikt als naverwarmer voor zonneboilers.
Voor deze toepassing is een aansluitset beschikbaar
(art.-nr. 0020020057). De toestellen voldoen in combi-
natie met deze aansluitset aan het gaskeur NZ.
Het verdient aanbeveling om een zonneboilersysteem
met het ZONNEKEUR toe te passen.
Indien het zonneboilersysteem geen ZONNEKEUR heeft
dient tenminste aan de volgende voorwaarden voldaan
te worden om het systeem goed te laten functioneren:
De maximale inlaattemperatuur moet begrensd zijn op
85 °C.
De minimaal vereiste aansluitdruk voor het systeem
dient tenminste 1 bar te bedragen.
Om een voldoende volumestroom te garanderen zal de
aansluitdiameter tenminste 15 mm moeten bedragen.
Het verdient aanbeveling om de leiding lengte tussen de
zonneboiler en het toestel zo kort mogelijk te houden
om onnodige verliezen te voorkomen.
De toepassing van de Vaillant zonneboiler aansluit set is
noodzakelijk om het toestel te laten voldoen aan het
Gaskeur NZ.
6.3.4 Boiler opwarmen (alleen VHR NL S)
• Zet de hoofdschakelaar van het toestel in de stand
„I";
• overtuig u ervan dat de boiler warmte vraagt;
Installatie- en onderhoudshandleiding hrEXCLUSIEF
• druk op de „i" toets;
• wanneer de boileropwarmfunctie in orde is, ver-
schijnt in het display de statuscode „S.24".
WW
brander aan
Afb. 6.9 Displayaanwijzing bij boiler opwarmen
(alleen VHR NL S)
6.4
Instructie aan de gebruiker
De gebruiker van de cv-installatie moet worden geïnstru-
eerd over de bediening en de werking van de cv-installa-
tie. Daarbij moeten in het bijzonder de volgende maatre-
gelen genomen worden:
• Geef de gebruiker de voor hem bestemde handleidin-
gen en toesteldocumenten, zodat hij ze kan bewaren.
• Wijs de gebruiker erop dat de handleidingen in de
buurt van het toestel moeten worden bewaard.
Aanwijzing!
Plak na beëindiging van de installatie a.u.b. de
bij dit toestel gevoegde sticker 835 593 in de
taal van de gebruiker op het voorpaneel.
Let op!
Het toestel mag
- voor inbedrijfname
- voor controledoeleinden
- voor continu gebruik
alleen met gesloten voorpaneel en volledig
gemonteerd en gesloten verbrandingsluchttoe-
voer-/verbrandingsgasafvoersysteem gebruikt
worden.
Instructie over de cv-installatie
• Informeer de gebruiker over de getroffen maatregelen
bij de verbrandingsluchttoevoer en verbrandingsgasaf-
voer. Wijs hem er in het bezonder op dat deze niet
mogen worden veranderd.
• Informeer de gebruiker over het controleren van de
vereiste waterdruk van de cv-installatie en over de
maatregelen, die hij indien nodig moet nemen bij het
bijvullen en ontluchten van de cv-installatie.
Inbedrijfname 6
23