L: Voorluidspreker (links)
R: Voorluidspreker (rechts)
LS: Achterluidspreker (links)
RS: Achterluidspreker (rechts)
: Virtuele luidspreker
Opmerkingen
• Wanneer u een van de surround-modi kiest, moet
u de surround-instelling van de aangesloten
televisie of versterker (receiver) uitschakelen.
• Niet alle discs reageren op dezelfde manier op de
"TVS NACHT" functie.
• Als u meerkanaals audio wilt uitvoeren via de
5.1CH OUTPUT aansluitingen, moet u de juiste
positie en afstand voor elke luidspreker instellen
(pagina 21, 83).
• Wanneer het weergavesignaal geen signaal voor
de achterluidsprekers bevat, is het TVS-effect niet
hoorbaar.
• Als u een van de TVS-modi selecteert, wordt het
geluid niet via de middenluidspreker uitgevoerd.
• Zorg dat de luisterpositie zich op precies dezelfde
afstand van en tussen beide luidsprekers in
bevindt, en dat ze beide in een soortgelijke
omgeving zijn opgesteld.
• Als u de DIGITAL OUT (OPTICAL of
COAXIAL)/HDMI OUT aansluiting gebruikt en
"DOLBY DIGITAL" instelt op "DOLBY
DIGITAL", "MPEG" op "MPEG" en "DTS" op
"DTS" bij "AUDIO INSTELLING", wordt het
geluid uitgevoerd via de luidsprekers, maar
zonder het SURROUND effect.
• De surround-effecten werken niet met Fast Play
of Slow Play, ook al kunt u de surround-modi
wijzigen.
51