• Zorg ervoor dat de accu tijdens het gebruik, laden, ontladen, transport en de opslag niet oververhit raakt. Leg de
accu niet in de buurt van warmtebronnen (bijv. modelbesturing, motor) en bescherm de accu tegen direct zonlicht.
Als de accu oververhit raakt, bestaat er brand- en explosiegevaar!
• De accu mag een temperatuur van 60 °C niet overschrijden (let ook op alle fabrieksinformatie).
• Als een accu beschadigt raakt (bijv. Na het omlaagvallen van een vliegtuig- of helikoptermodel) of het buitenste
omhulsel opgeblazen/gezwollen is, gebruikt dan de accu niet verder. Niet opladen. Er bestaat brand- en explosie-
gevaar!
• Behandel de accu voorzichtig; gebruik geschikte veiligheidshandschoenen.
• Gooi accu's weg volgens de milieuwetgeving.
• Gebruik alleen een geschikte oplader voor het opladen van lithium-accu's en let op de juiste oplaadmethode. Van-
wege brand- en explosiegevaar mogen geen gewone opladers voor lithium-accu's worden gebruikt!
• Als u lithium-accu's oplaadt die meer dan 1 cel hebben, gebruikt u een zogenoemde "balancer" (is reeds in deze
oplader geïntegreerd).
• Laad LiPo-accu's op met een laadstroom van max. 1 C (voor zover niet anders door de batterijfabrikant aangegeven!).
De laadstroom mag de capaciteit die op de accu gedrukt staat niet overschrijden (bijv. accucapaciteit 1.000 mAh,
laadstroom 1.000 mA = 1 A).
• Let bij lithium-accu's op de informatie van de fabrikant.
• De ontlaadstroom mag de op de accu gedrukte waarde niet overschrijden. Als bijvoorbeeld een waarde van "20 C"
op de accu gedrukt staat, dan bedraagt de ontlaadstroom het 20-voudige van de accucapaciteit (bijv. Batterij-
capaciteit 1.000 mAh, max. ontlaadstroom 20 C = 20 x 1.000 mA = 20 A). Als deze voorschriften niet worden
opgevolgd, oververhit de accu waardoor de accu zichzelf kan vervormen of opblazen of. er explosies of brand
worden veroorzaakt.
• De opgedrukte waarde (bv. "20 C") is niet per se gerelateerd aan de constante stroom, maar aan de maximale
stroom die de accu in korte tijd kan opwekken. De duurstroom mag niet groter zijn dan de helft van de aangegeven
waarde.
• Cellen van lithium-accu's mogen alleen tot een bepaalde spanningswaarde worden ontladen, omdat anders de
accu wordt vernield. Standaardwaarden staan in de volgende tabel vermeld.
• In het geval het model beschikt over een bescherming tegen een totale ontlading of een optische indicator voor een
te lage accuspanning, stel het stroomverbruik van het model daar dan op in.
8