UITGAVE 03/2013
GEBRUIKSAANWIJZING
5.4.3
VEILIGHEIDS- EN MOTORDRUKONTLASTINGSKLEP
Veiligheidsklep
De veiligheidsklep (10) is in de fabriek zodanig ingesteld dat bij druk die de toegestane
bedrijfsdruk overschrijdt de door een veer belaste klep automatisch opengaat en de
overdruk afl aat.
Naast de drukbegrenzing dient de klep ook als drukontlastingsklep voor de luchtmotor.
Drukontlasting van de luchtmotor:
1 Sluit de kogelkraan (2).
2 Trek de ring op de veiligheidsklep
(10) naar achteren en houd deze
vast tot de drukverschillen in de
luchtmotor zijn opgeheven.
Overdruk!
Gevaar voor letsel door openscheurende apparaatdelen.
5.4.4
TERUGLOOPKLEP
Om ervoor te zorgen dat een volledige drukontlasting van
de pomp kan worden uitgevoerd (zie paragraaf 7.2.2), is de
inbouw van een terugloopklep absoluut noodzakelijk.
Bij het apparaat passende terugloopkleppen (kogelkranen),
terugloopbuizen en -slangen vindt u in de lijst met
toebehoren.
1 Materiaaluitgang
2 Terugloopklep
3 Materiaalterugloop
BESTELNUMMER DOC 2310801
WAARSCHUWING
Wijzig nooit de instelling van de veiligheidsklep.
10
10
2
1
3
B_04124
B_04075
2
27