Inhoudsopgave
Advertenties
9 Uponor Smatrix Wave-relaismodule
installeren
9.1 Plaatsing van relaismodule
Gebruik de volgende richtlijnen bij het plaatsen van de relaismodule:
•
Plaats de relaismodule dicht bij het externe apparaat, bij
voorkeur en indien mogelijk net erboven (als water uit het
apparaat kan druppelen). Controleer de plaats van het 230 V AC
stopcontact, of, als dat volgens lokale eisen verplicht is, een
aansluitkast.
•
Controleer of de relaismodule beschermd is tegen stromend of
druipend water.
•
Controleer of de kap van de relaismodule gemakkelijk kan
worden verwijderd.
•
Controleer of connectoren en schakelaars makkelijk bereikbaar
zijn.
9.2 Relaismodule aan de wand
bevestigen
Bevestig de relaismodule aan de wand met de schroeven en
pluggen.
9.3 Verbind de uitgang met de
relaismodule
De relaismodule voegt twee extra uitgangsrelais toe aan de
regelmodule, waardoor de regelmodule in totaal vier uitgangsrelais
heeft. Zo kunnen externe componenten (binnen radiobereik) worden
bediend die anders vast bedraad op de regelmodule worden
aangesloten en/of kunnen vier componenten door dezelfde
regelmodule worden bediend.
Bestaat het systeem uit meer dan één regelmodule, kan dan één
relaismodule per regelmodule worden gebruikt. De functie is
ingeschakeld Installateurinstellingen tijdens de installatie (vereist
een communicatiemodule).
Voorzichtig!
Het wijzigen van de status van het pompbeheer en/of de
toegestane koeling (in de Uponor Smatrix-app, vereist
communicatiemodule) stelt alle relais in op Niet
geconfigureerd Die opnieuw moeten worden
geconfigureerd.
LET OP!
In systemen met meerdere regelmodules (master-/
subconfiguratie) zijn alle relais in eerste instantie
ingesteld op Niet geconfigureerd. Die moet tijdens de
installatie worden geconfigureerd.
LET OP!
De relaismodule kan geen spanning leveren voor de
uitgang.
LET OP!
De relaismodule gebruikt een aansluiting met droog
contact op het klemmenblok voor het regelen van de
uitgang.
LET OP!
SI0000019
De elektrische circuits van de uitgang moeten worden
beveiligd met een stroomonderbreker met een maximale
nominale waarde van 8 A.
LET OP!
Raadpleeg de betreffende documentatie van de
componentleverancier en het Uponor bedradingsschema
voordat u de component aansluit.
De relaismodule, geregistreerd bij de master-regelmodule, kan
worden ingesteld op een van de volgende combinaties. Een
communicatiemodule is vereist om de relaisconfiguratie van
standaardwaarden te wijzigen.
Relais 1 (POMP)
Circulatiepomp (standaard)
Circulatiepomp
1)
Circulatiepomp
1)
1)3)
Koudeopwekker
1)
Circulatiepomp
Niet ingesteld
Uponor Smatrix Wave Pulse
Relais 2 (KETEL)
Ketel (standaard)
1)
Omschakelen V/K
Ontvochtiging
5)
Ketel
6)
Comfort/ECO
Niet ingesteld
|
Installatie- en bedieningshandleiding
3)
|
61
Advertenties
Inhoudsopgave
