Bescherm de druktransmitter tegen:
● directe warmtestraling
● abrupte temperatuurschommelingen
● sterke vervuiling
● mechanische beschadiging
● directe zonnestraling
Opmerking
Kies de hoogte van de aanbouwflens zodanig dat de druktransmitter altijd onder de laagste te
meten vulhoogte gemonteerd is.
Voorwaarde
● U hebt de gewenste bedrijfsparameters met de gegevens op het typeplaatje vergeleken.
● Bij het aanbouwen van de druktransducer hebt u op de gegevens op de druktransducer
gelet.
De werkprocedure
Om de drukmeetomvormer voor het vulpeil te monteren, gaat u als volgt te werk:
1. Plaats de afdichting tegen de contra-flens van het reservoir.
Let erop dat de afdichting goed gecentreerd is en dat deze in geen enkele positie de
bewegingsvrijheid van het scheidingsmembraan van de flens beperkt. Anders is de
dichtheid van de procesaansluiting niet gegarandeerd.
2. Schroef de flens van de drukmeetomvormer aan.
3. Let op de montagepositie.
4.3.1
Montage aan reservoir
Montage aan open reservoir
Bij meting aan een open reservoir is geen leiding noodzakelijk, omdat de minus-kant met de
atmosfeer is verbonden.
Bescherm de open aansluitstomp tegen binnendringend vuil.
● Gebruik bijv. afsluitschroeven met ontluchtingsventiel 7MF4997-1CP.
SITRANS P320/P420 met 4 tot 20 mA/HART
Beknopte bedieningshandleiding, 09/2018, A5E38874562-AB
Inbouwen/aanbouwen
4.3 Monteren (niveau)
33