Foutmelding "33 Fout Optiek"
Mogelijke oplossing:
De optische eenheid geeft een foutmelding. De ontvanger is
defect. Vervang de meetkamerhouder.
Door te koud water <8°C in combinatie met een vochtige, warme
omgevingstemperatuur >28-30°C kunnen er waterdruppeltjes
gevormd worden op de zichtvensters.
Foutmelding "34 Fout troebelheid"
Mogelijke oplossing:
Controleer of het toegevoerde meetwater erg troebel of vervuild is.
Controleer of de zichtvensters vervuild zijn en reinig indien nodig.
Controleer of de flexfilm droog is. Indien u een lek vaststelt,
vervang dan de meetkamerhouder.
Installeer eventueel een filter (art.nr. 11217) in de toevoerzone
van het apparaat.
Door te koud water <8°C in combinatie met een vochtige, warme
omgevingstemperatuur >28-30°C kunnen er waterdruppeltjes
gevormd worden op de zichtvensters.
Foutmelding door defecte hardware
1. De doseerpomp blijft draaien.
Mogelijke oplossing:
Controleer op de breedbandkabel aan de hoofd- en frontprintplaat
los zit of defect is.
2. Het voorste ingangventiel laat water door.
Mogelijke oplossing:
Controleer of het ingangventiel vuil is.
3. Het achterste uitgangventiel laat water door.
Mogelijke oplossing:
Controleer of het achterste uitgangventiel vuil is. Het ventiel staat
constant onder spanning.
Dit is het geval bij een software- of hardwarefout.
Voer een reset uit (zie gebruikshandleiding).
Lost dit de foutmelding niet op, moet het ventiel worden
vervangen.
Fouten oplossen
21