7.1.2
Stoppen
OPMERKING De functie van de knop is afhankelijk van de toestand van het aggregaat.
• Wanneer de hoofdschakelaar (GCB) geopend is, zal de knop de functie Close GCB
tonen.
• Wanneer de hoofdschakelaar (GCB) gesloten is, zal de knop de functie Open GCB
tonen.
1.
Schakel alle stroomverbruikers uit.
LET OP Het stoppen in belaste toestand kan schade veroorzaken aan het aggregaat.
2.
Open het toegangsluik besturingscompartiment.
3.
Indien de stroomverbruiker is aangesloten op een set Powerlocks, zet dan de
corresponderende onderverdelingsschakelaar (Q2, Q3, Q4) in de stand OFF.
4.
Druk op de knop die hoort bij Open GCB.
Het symbool gebruiker (symbool met afbeelding van fabriek) kleurt grijs.
De hoofdschakelaar (Q1) gaat automatisch naar de stand OFF.
5.
Druk op de knop Stop op de controller.
Om bepaalde onderdelen te laten afkoelen, draait de motor nog een aantal minuten na. De
nadraaitijd wordt weergegeven op het weergavescherm.
6.
Het nadraaien van de motor kan gestopt worden door nogmaals op de knop Stop te drukken.
LET OP Bij onvoldoende nadraaitijd bestaat het gevaar van oververhitting en
motorschade.
7.
Zet de bedrijfskeuzeschakelaar (S18) in stand 0 (UIT).
Het aggregaat is nu gestopt.
OPMERKING Indien het aggregaat langere tijd niet gebruikt gaat worden, is het aan te
bevelen om de accuschakelaar UIT te zetten (verticaal).
1.
Knop Open/Close GCB
Bediening
64