Pagina 2
Voor informatie over instelling, onderhoudswerkzaamheden of reparaties waarin deze gebruikershandleiding niet voorziet, wordt u verzocht contact op te nemen met de technische dienst van uw fabrikant. Bredenoord B.V. aanvaardt geen aansprakelijkheid voor schade en/of problemen die voortkomen uit het gebruik van reserveonderdelen die niet zijn geleverd door Bredenoord B.V.
Inhoudsopgave 1 Voorwoord.............................5 1.1 Documentatieset........................5 1.2 Bewaren van de handleiding....................5 1.3 Beperkingen van deze handleiding..................5 1.4 Versiegeschiedenis......................... 6 1.5 Contactgegevens........................6 1.6 Aansprakelijkheid........................6 1.7 Waarschuwingen gebruikt in deze handleiding..............7 2 Beschrijving van het aggregaat....................8 2.1 Hoofdonderdelen buitenzijde....................8 2.2 Hoofdonderdelen binnenzijde....................9 2.3 Hoofdonderdelen bediening....................
Zo zorgt u ervoor dat u het beste uit het aggregaat haalt en dat mogelijke ongelukken en ernstig letsel worden voorkomen. Documentatieset De volgende documenten zijn beschikbaar en kunnen op aanvraag door Bredenoord B.V. aan u geleverd worden: • Elektrische schema’s •...
Versiegeschiedenis Gedurende de levensduur van de machine kunnen innovaties en verbeteringen leiden tot de wens om wijzigingen aan te brengen in dit document. Het is aan Bredenoord B.V. om te bepalen of dit leidt tot een nieuwe revisie. In de onderstaande tabel zijn de versienummers, data en veranderingen van dit document weergegeven.
Waarschuwingen gebruikt in deze handleiding Voor alle handelingen waarbij de veiligheid van de gebruiker en/of technicus in het geding is en waarbij voorzichtigheid geboden is, worden de volgende symbolen gebruikt: Gevaar: Waarschuwt voor een gevaarlijke situatie die, indien de veiligheidsinstructie niet wordt nageleefd, zal leiden tot ernstig lichamelijk letsel of zelfs de dood en/of ernstige schade zal aanrichten aan het aggregaat.
Beschrijving van het aggregaat Het Bredenoord 100 kVA aggregaat bestaat uit een dieselmotor die een generator aandrijft. Het aggregaat is voorzien van een interne dieseltank en is daardoor in staat om een bepaalde tijd autonoom te functioneren. Daarnaast is het mogelijk om het aggregaat aan te sluiten op een externe brandstoftank.
Toegangsdeur bediening Typeplaatje Toegangsdeur motorvloeistoffen Toegangsdeur uitlaatzijde Vloeistofopvangbak Doorvoer stroomkabels Toegangsdeur brandstofkraan Toegangsdeur olietank en accu's Toegangsdeur externe brandstofslangen Doorvoer brandstofslangen Bevestigingspunt ketting Het aggregaat kan met behulp van de meegeleverde ketting beveiligd worden tegen diefstal. De ketting is te vinden achter de toegangsdeur externe brandstofslangen. Hoofdonderdelen binnenzijde Het aggregaat is opgebouwd uit de volgende hoofdonderdelen: Bij het openen van de toegangsdeuren bestaat het gevaar voor contact met hete of...
Pagina 10
Achter de toegangsdeur motorvloeistoffen Luchtfilter Motorblok Koelpakket Vulopening brandstof Accuschakelaar Generator Achter de toegangdeur brandstofkraan Automatische oliebijvulinrichting Brandstofkraan Beschrijving van het aggregaat...
Hoofdonderdelen bediening De toegangsdeur bediening geeft toegang tot alle onderdelen die nodig zijn om het aggregaat te bedienen en aan te sluiten. Hoofdschakelaar Specificatiesticker Noodstop Meters frequentie en voltage Controller Reset aardfout Bedrijskeuzeschakelaar Aansluitpunten uitgaande stroom Beschrijving van het aggregaat...
2.3.1 Bedieningscomponenten De volgende bedieningscompomenten zijn aanwezig op het aggregaat: Hoofdschakelaar Noodstop Controller Reset aardfout Bedrijfskeuzeschakelaar 2.3.2 Hoofdschakelaar De hoofdschakelaar zit achter de toegangsdeur bediening en heeft drie standen. TRIP OFF: De opgewekte spanning wordt niet doorgegeven aan de verbruikers. ON: De opgewekte spanning wordt doorgegeven aan de verbruikers.
De oorzaak van de storing dient te worden verholpen, voordat de schakelaar weer in de ON-stand gezet mag worden. 2.3.3 Reset aardfout Het aggregaat kan naar wens worden uitgevoerd met een aardfoutdetectiemodule. Deze module zorgt ervoor dat ingeval van een aardfout de hoofdschakelaar wordt afgeschakeld. Na het verhelpen van een aardfout kan de aardfoutdetectiemodule worden gereset door het indrukken van de blauwe "aardfoutreset"...
In de stand 2 AUTO kan het aggregaat onverwacht starten. 2.3.5 Controller 2.3.5.1 Meldingen op het display Op het display van de controller van het aggregaat kunnen onder andere de volgende waardes worden afgelezen: • Brandstofniveau • Oliedruk • Motortemperatuur •...
Als de waardes afwijken van de normale situatie of als er een andere storing optreedt, wordt een alarm weergeven in de alarmlijst van het display en gaat een rode "G" knipperen op de controller. Met de pijltjestoetsen kan door de alarmlijst worden genavigeerd. Zie Veelvoorkomende alarmen op pagina 62 voor de mogelijke storingsmeldingen op het display.
Technische gegevens Omschrijving Waarde Aggregaatnummer Zie het BR nummer op het typeplaatje Brandstof Dieselolie, tijdens wintergebruik winterdieselolie Smeermiddelen Goede kwaliteit merkolie voor zware dieselmotoren. Zie motorhandboek voor specificaties. Bij aflevering voorzien van Shell Rimula R6 LM 10W-40. Afmetingen L * B * H 2900x1200x2667 mm Gewicht netto/bruto 2740 / 3175 kg...
• De huurder van het aggregaat moet controleren of de instructies in deze handleiding ook daadwerkelijk worden opgevolgd. • Neem in geval van storingen contact op met Bredenoord B.V.. • Hogedrukreiniging is niet toegestaan. Dit kan schade veroorzaken aan de elektronica en andere onderdelen.
3.1.1 Mechanische gevaren Het aggregaat bevat diverse bewegende delen. Deze delen zijn afgeschermd door deuren of een extra behuizing. Toch blijft het in uitzonderlijke gevallen mogelijk om in aanraking te komen met draaiende delen. • De deuren van het aggregaat, met uitzondering van de bedieningsdeur, mogen niet geopend worden als het aggregaat in werking is.
3.1.7 Onderhoud • Stel reparatie- en onderhoudswerkzaamheden niet uit. • Laat Bredenoord B.V. versleten onderdelen direct vervangen. • Gebruik bij reparatie of vervanging alleen reserveonderdelen die aangegeven staan in de specificaties van Bredenoord. Het niet tijdig laten uitvoeren van reparatie- of onderhoudswerkzaamheden kan persoonlijk letsel of schade aan het aggregaat veroorzaken.
• Indien een bedienend medewerker fouten of risico’s opmerkt of het niet eens is met veiligheidsmaatregelen, moet hij dit melden aan zijn leidinggevende. Zijn leidinggevende kan, zo nodig, contact opnemen met Bredenoord. • Iedereen dient de veiligheidsvoorschriften op te volgen, anders kan men een gevaar vormen voor zichzelf en voor anderen.
De noodstopknop wordt tijdens het transport afgedekt met een metalen plaat. Na het plaatsen dient de metalen plaat direct opzij geschoven te worden, zodat de noodstop vrij is om te bedienen. 3.4.2 Accuschakelaar Het aggregaat is voorzien van een accuschakelaar. Met deze schakelaar kunnen de accu's buiten werking worden gesteld en kan het aggregaat niet onbedoeld in werking treden.
Pagina 22
De accuschakelaar heeft twee standen: UIT (verticaal) AAN (horizontaal) UIT: De accu's zijn buiten werking. AAN: De accu's zijn in werking. Veiligheid...
• Zorg ervoor dat alle veiligheidsinstructies op de machine schoon en leesbaar blijven. • Houd de pictogrammen schoon en goed leesbaar. Vervang beschadigde pictogrammen direct of meld dit aan Bredenoord B.V. De volgende instructies en pictogrammen zijn aangebracht op het aggregaat:...
Pagina 24
Label Locatie Beschrijving In de buurt van hete delen. Gevaar voor aanraken hete delen. Linksonder op het paneel Waarschuwt voor automatische achter de bedieningsdeur. start van het aggregaat. Bij de vuldop van de radiator. Gevaar houder onder druk. Op afdekkappen. Gevaar voor hoge spanning.
Pagina 25
Op de deur naar het Weergave maximale bedieningspaneel. geluidsvermogen. Op de deur naar het Voorschriften van veilig gebruik bedieningspaneel. van Bredenoord-aggregaten. In het uitlaatcompartiment. Toont de juiste montagestand van de uitlaat uitblaasbocht. Boven de insteekpunten voor Aanduiding insteekpunten de vorkheftruck op de lange lepels vorkheftruk.
Plaatsen Het aggregaat kan eenvoudig geplaatst worden met een hijskraan of een vorkheftruck. Lucht- en uitlaatgassen uitblaas Hijspunt voor hijskraan Bevestigingspunt ketting Sparing voor heftrucklepels Luchtinlaat (aan beide zijden) Het centrale hijspunt is zo gekozen dat het aggregaat in balans hangt tijdens het hijsen. Om het hijsgereedschap aan het aggregaat te bevestigen, is het aggregaat voorzien van een ingebouwd trapje.
Plaats het aggregaat op een vlakke stevige ondergrond en houd daarbij rekening met het brutogewicht van het aggregaat (inclusief de brandstof). Plaats het aggregaat zo dat de deuren rondom helemaal geopend kunnen worden. Deze ruimte is nodig zodat het aggregaat voldoende koeling heeft en de servicemonteur werkzaamheden kan uitvoeren.
Haal de eerste schakel door de peerschalm. Bevestig het discusslot aan deze schakel en sluit het slot met de meegeleverde sleutel. Sluit de toegangsdeur externe brandstofslangen. Toegangsdeur openen Om een toegangsdeur te openen, gaat u als volgt te werk: Trek de deurhendel naar u toe. •...
Pagina 29
Open de deur. De deurhendel kan extra worden voorzien van een hangslot. Deze wordt niet standaard meegeleverd. Plaatsen...
Installeren Zorg ervoor dat het aggregaat is veiliggeschakeld, voordat u het aggregaat installeert. Zet hiervoor de accuschakelaar in de stand UIT (verticaal). Hoofdstroomkabels aansluiten De hoofdstroomkabels kunnen worden aangesloten door middel van een stekkerverbinding of een kabeloog boutverbinding. Stekkerverbinding Kabeloog boutverbinding 5.1.1 Stekkerverbinding aansluiten •...
Pagina 31
Stekkerverbindingen Trekontlastingsbeugel Open de toegangsdeur bediening. Verwijder de zwarte beschermdop van het contact. Stop de stekker in het bijbehorende contact. Installeren...
Draai de koppeling vast (rechtsom) totdat het blokkeringspinnetje in de daarvoor bestemde uitsparing valt. Herhaal bovenstaande stappen voor de overige stekkers. Fixeer de kabels met passende trekbanden aan de onderste trekontlastingsbeugel. Trekbanden worden niet standaard meegeleverd bij het aggregaat. Geleid de kabels naar buiten en sluit de toegangsdeur bediening. Zorg ervoor dat de kabels nergens knel komen te zitten tussen de deur.
Pagina 33
Let op! Het aggregaat heeft een rechts draaiveld. De hoofdstroomkabels worden door middel van kabeloog boutverbinding op de hoofdstroombevestigingsstrippen aangesloten. De strippen bevinden zich achter de zwarte kunststof deur. De deur is afgesloten met de bijgeleverde sleutel. De juiste aansluitwijze staat per fase, door middel van coderingen, op de hoofdstroombevestigingsstrippen aangegeven.
Let op het juist aansluiten van de kabels. Draai de moer vast met passend gereedschap. Herhaal bovenstaande stappen voor de overige kabels. Fixeer de kabels door middel van passende trekbanden aan de bovenste trekontlastingsbeugel (2). Trekbanden worden niet standaard meegeleverd bij het aggregaat. Sluit de zwarte kunststof deur (3).
X10 op de klemmen 11 en 14. 24-polige connector klemmenstrook X10 Alle externe besturingsmodules van Bredenoord zijn voorzien van een 24-polige connector. Aarding • De aarding dient te worden aangebracht door een gekwalificeerd persoon (let op de wettelijke voorschriften).
Pagina 36
Aansluitpunten Bovenste trekontlastingsbeugel Deur Open de toegangsdeur bediening. Open de zwarte kunststof deur (3). Monteer het kabeloog van de kabel door middel van de schroef op het aansluitpunt (1) op de aardingsbevestigingsstrip. Fixeer de kabel door middel van een passende trekband aan de onderste trekontlastingsbeugel (2).
Externe brandstof Het aggregaat kan aangesloten worden op een externe brandstoftank. Daarvoor zijn twee brandstofslangen aanwezig in het aggregaat. Toegangsdeur brandstofkraan Toegangsdeur externe brandstofslangen Doorvoeropening brandstofslangen Externe brandstofslangen Open de toegangsdeur externe brandstofslangen. Haal de brandstofslangen uit het compartiment. Verwijder de afsluitdoppen van de slangen. Sluit de slangen aan op de externe brandstoftank.
In bedrijf stellen Voor ieder gebruik van het aggregaat dienen er enkele controles plaats te vinden. Zorg ervoor dat het aggregaat veiliggeschakeld wordt, voordat u de controles uitvoert (accuschakelaar in de stand UIT). Controleer: Het peil van de motorolie. Het niveau van de koelvloeistof. Het brandstofniveau.
Olievuldop Peilstok Het oliepeil kan met de peilstok handmatig worden gecontroleerd. Neem de peilstok (2) uit het motorblok. Controleer het niveau van de olie op de peilstok. Het juiste niveau is het gearceerde gebied op de peilstok. • Is het oliepeil binnen het gearceerde gebied, dan hoeft u niets te doen. Ga verder met de volgende stap.
Olievuldop Peilstok Draai de olievuldop (1) los. Vul olie bij tot het juiste niveau. • Peil (2) tussentijds het olieniveau om overvullen van de motor te voorkomen. • Verwijder gemorste olie onmiddellijk. Draai de olievuldop (1) weer vast. 6.1.3 Automatische oliebijvulinstallatie controleren Tijdens lange draaitijden van het aggregaat kan het voorkomen dat het oliepeil in de motor te laag dreigt te worden.
Pagina 41
Lees het oliepeil af op het peilglas (2) dat aan de voorkant van de oliebijvultank zit gemonteerd. • Is de olietank leeg, neem dan onmiddellijk contact op met Bredenoord B.V. en start het aggregaat niet. Een te laag oliepeil kan ernstige schade aan de motor veroorzaken.
Koelvloeistof controleren Koelvloeistof peilen Lees het koelvloeistofniveau af aan de binnenkant van het aggregaat (boven de koelunit). Als in het peilglas roze of blauwe vloeistof aanwezig is, dan is het koelvloeistofniveau voldoende. De koelvloeistof mag alleen bijgevuld worden door daarvoor bevoegde personen. Stand brandstofkraan controleren In het aggregaat is een brandstofkraan aanwezig.
Tijdens bedrijf mag de stand van de brandstofkraan niet gewijzigd worden. Brandstofniveau controleren Op de controller van het aggregaat is het brandstofniveau af te lezen. Navigeer met de pijltjestoetsen op de controller naar de pagina "Analog Inputs 1/2" op het display. Lees het brandstofniveau "Fuel Level"...
Bediening Als alle noodzakelijke controles zijn uitgevoerd en in orde zijn, mag het aggregaat worden bediend. Het aggregaat moet gestart worden, voordat het spanning kan opwekken en stroom kan leveren aan verbruikers. Het starten en stoppen kan handmatig of automatisch. Handmatig: Het aggregaat wordt door de gebruiker gepland gestart en gestopt.
Handmatige bediening 7.1.1 Starten • Controleer, voordat het aggregaat gestart wordt, of er niet elders gewerkt wordt aan de aangesloten elektrische installatie. • Indien het aggregaat onbeheerd in bedrijf is, moeten alle deuren worden afgesloten. Gebruik hiervoor de bijgeleverde sleutel. De accuschakelaar moet AAN staan (horizontaal).
Pagina 46
Druk op om het aggregaat te starten. Na een aantal seconden zal op de controller het "G" lampje groen oplichten. Dit betekent dat het aggregaat storingsvrij is en klaar is om stroom te leveren. Zet de hoofdschakelaar in de stand ON. Het aggregaat is nu gereed voor gebruik.
7.1.2 Stoppen Controleer, voordat het aggregaat gestopt wordt, of er niet elders gewerkt wordt aan de aangesloten elektrische installatie. Schakel alle stroomverbruikers uit. Het stoppen in belaste toestand kan schade veroorzaken aan het aggregaat. Open de toegansdeur bediening. Zet de hoofdschakelaar in stand OFF. Druk op de stopknop op de controller.
Pagina 48
Zet de bedrijfskeuzeschakelaar in stand UIT (0). Het aggregaat is nu gestopt. Indien het aggregaat langere tijd niet gebruikt gaat worden, is het aan te bevelen om de accuschakelaar UIT te zetten (verticaal). Bediening...
Automatische bediening 7.2.1 Starten • Controleer, voordat het aggregaat startklaar gezet wordt, of er niet elders gewerkt wordt aan de aangesloten elektrische installatie. • Het aggregaat kan automatisch starten. • Indien het aggregaat onbeheerd in bedrijf is, moeten alle deuren worden afgesloten. Gebruik hiervoor de bijgeleverde sleutel.
Pagina 50
Zet de hoofdschakelaar in de stand ON. Houd de toegangsdeur bediening zo veel mogelijk gesloten. Sluit, indien nodig, alle deursloten af met de bijgeleverde sleutel. Het aggregaat kan nu op afstand gestart en gestopt worden. Bediening...
7.2.2 Stoppen Het stoppen in belaste toestand kan schade veroorzaken aan het aggregaat. Bij het uit de stand AUTO halen van het aggregaat kunnen zich twee situaties voordoen: • De motor van het aggregaat draait. Er wordt een extern stuursignaal aangeboden of de motor draait nog na.
Pagina 52
Zet de bedrijfskeuzeschakelaar in stand UIT (0). Het aggregaat kan niet meer extern bediend worden. Indien het aggregaat langere tijd niet gebruikt gaat worden, is het aan te bevelen om de accuschakelaar UIT te zetten (verticaal). Bediening...
Uit bedrijf nemen Veiligschakelen Als het aggregaat niet veilig geschakeld is, kan het automatisch starten. Voordat er controles of werkzaamheden aan het aggregaat uitgevoerd mogen worden, moet het aggregaat altijd veiliggeschakeld worden. Door het veiligschakelen worden de accu's buiten werking gesteld en kan het aggregaat niet onbedoeld in werking treden.
Hoofdstroomkabels losnemen Na afronding van de werkzaamheden moet het aggregaat elektrisch worden afgekoppeld. De hoofdstroomkabels kunnen zijn aangesloten door middel van een stekkerverbinding of een oog-boutverbinding. Stekkerverbinding Oog-boutverbinding 8.2.1 Stekkerverbinding losnemen • Voordat het aggregaat afgekoppeld wordt, moet dit veiliggeschakeld worden. •...
Pagina 55
Aansluitpunten Trekontlastingen Onderstaande procedure beschrijft hoe de stekkers (Powerlocks) losgenomen moeten worden. Open de toegangsdeur bediening. Verwijder de trekontlastingen die de kabels fixeren. Laat gebruikte trekontlastingen niet achter in het aggregaat of op de grond. Druk het pinnetje van de stekker naar beneden met een schroevendraaier of een ander geschikt voorwerp.
Draai de stekker linksom en trek deze vervolgens naar beneden. Herhaal bovenstaande stappen voor alle stekkers. Plaats de beschermdoppen over de contacten. Sluit de toegangsdeur bediening. 8.2.2 Kabeloog boutverbinding losnemen • Voordat het aggregaat afgekoppeld wordt, moet dit veiliggeschakeld worden. •...
Pagina 57
Aansluitpunten Trekontlastingen Deur Onderstaande procedure beschrijft hoe de kabeloog boutverbinding losgenomen moeten worden. Open de toegangsdeur bediening. Open de zwarte kunststof deur. Verwijder de trekontlastingen die de kabels fixeren. Laat gebruikte trekontlastingen niet achter in het aggregaat of op de grond. Demonteer de oog-boutverbinding.
Plaats de bout, de moer en de ringen terug in de aansluitstrip. Herhaal bovenstaande stappen voor de overige kabels. Sluit zwarte kunstof deur. Sluit de toegangsdeur bediening. Externe besturing losnemen • Schakel het aggregaat veilig, voordat begonnen wordt met loskoppelen.. •...
De bediener van het aggregaat is verantwoordelijk voor het uitvoeren van het dagelijkse controles. De servicebeurten worden door Bredenoord uitgevoerd. Neem in het geval van storingen direct contact op met Bredenoord. Veiligschakelen Als het aggregaat niet veilig geschakeld is, kan het automatisch starten.
Onderhoudsregistratieplaat op pagina 63). Op deze plaat is zichtbaar wanneer (urenstand en/of datum) de volgende servicebeurt uitgevoerd moet worden. Neem direct contact op met Bredenoord als de termijn voor de volgende servicebeurt bereikt is. Het aggregaat mag niet met een hogedrukreiniger schoongespoten worden.
ON. niet gevoed. (1) Er kunnen zich (milieu)gevaarlijke vloeistoffen in de opvangbak bevinden. Als er storingen zijn die niet opgelost kunnen worden met behulp van deze tabel, neem dan contact op met Bredenoord. Probleemoplossing...
Bredenoord. • Niet actief alarm. • Fout resetknop (FAULT RESET) bedienen. Als de bediener de melding niet kan oplossen met behulp van deze tabel, moet hij contact opnemen met Bredenoord. 10.3 Veelvoorkomende alarmen Display Alarm Oplossing • Noodstop •...
Bijlagen De bijlage bevat alleen informatie die nodig is bij het bedienen van het aggregaat. Voor meer informatie kunt u contact opnemen met Bredenoord. Onderhoudsregistratieplaat Aan de binnenkant van de bedieningsdeur zit een metalen plaat waarop de onderhoudswerkzaamheden worden afgetekend. Op deze plaat wordt aangegeven wanneer de volgende servicebeurt uitgevoerd moet worden.
(middels deze handleiding en stickers) over de restrisico's. EG-verklaring van overeenstemming CONFORM BIJLAGE II SUB A VAN RICHTLIJN 2006/42/EG Wij: Bredenoord B.V. verklaren geheel onder eigen verantwoordelijkheid dat het product: Merk: Bredenoord Type: 1007505...