Inhoudsopgave
Advertenties
WERKING
2.4.- Antivriesbescherming
Het maakt niet uit welke voorziening er is gebruikt (zie gevallen 1 en 2), de antivriesbescherming zorgt dat de unit meteen wordt
gestopt.
GEVAL 1: Temperatuur antivries.
De regeling houdt de temperatuur van de gekoelde vloeistof bij de uitlaat van de verdamper in de gaten. De functie wordt geactiveerd
wanneer de temperatuur lager dan een minimumwaarde wordt (+ 3°C voor puur water).
GEVAL 2: Drukomvormer antivries:
Deze houdt de verdampdruk van het koelmiddel in de gaten. De functie wordt geactiveerd wanneer de temperatuur lager dan de inges-
telde minimumwaarde wordt.
Opmerking: Zie de handleiding voor de «CLIMATIC» voor specifieke informatie.
3.- WERKING VAN DE UNIT: ELEKTRISCHE EN REGELFUNCTIES
Zie de specifieke handleiding voor de «CLIMATIC» controller.
1.
Stroombegrenzing ventilator:
Een stroomonderbreker bedoeld om de ventilatormotoren te stoppen bij een te hoge stroomsterkte ten opzichte van de toegestane
waarde.
2.
Stroombegrenzing motor
Een stroomonderbreker de motorwikkelingen tegen een eventueel te hoge stroom beschermt.
3.
Interlock van pomp voor gekoelde vloeistof:
Deze interlock is alleen voorzien als de pomp met de vloeistofkoelmachine is geleverd. Zodra de eenheid is gestart en de externe in-/
uitschakeling voor de unit is gevalideerd, start de pomp. De pompen moeten werken voordat de compressor begint te werken.
Opmerking: Bij units met CLIMATIC-regeling regelt het besturingsprogramma de besturing van 1 of 2 pompen.
4.
Stromingsschakelaar voor de gekoelde vloeistof:
Deze regelvoorziening stopt de unit meteen zodra de stroming van de gekoelde vloeistof (water, pekel etc...) door de pomp onvoldoen-
de wordt, omdat de verdamper hierdoor snel kan bevriezen. Wanneer het contact opent door een gebrek aan stroming, moet de unit
meteen stoppen.
Als de koper zelf een stromingsschakelaar installeert, moet die op beide externe interlock-aansluitingen (droog contact) worden
aangesloten.
5.
Antivriesbescherming (standaard):
Deze functie wordt standaard door de klimaatregeling geregeld en kan worden ingesteld op koeling met pekel of glycol/water, waarbij
de temperatuur waarbij de oplossing bevriest afhangt van de concentratie.
De antivriesbescherming zorgt dat de unit onmiddellijk wordt gestopt.
De regelaar houdt de uitlaattemperatuur van het gekoeld water in de gaten. Deze geeft dan een foutmelding als de temperatuur lager
wordt dan de ingestelde waarde (+3°C voor water).
6.
Verlies van voedingsspanning:
Er zijn geen problemen met het starten van de machine na kort verlies van spanning (tot ongeveer een uur). Zet de unit na een langer
verlies van de spanning eerst op "OFF", met de carterverwarmingen van de compressor zo lang ingeschakeld dat de olie in het onder-
carter weer op temperatuur is. Start daarna de unit.
4.- KLIMAATREGELING
Zie de specifieke handleiding van «CLIMATIC».
Installatiehandleiding / eCOMFORT - MIL168D-0722 - 06/2023
• 41 •
Advertenties
Inhoudsopgave
