Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Bergmeerduiken; Hoogtesecties; Maximale Hoogte; Decompressieduiken In Bergmeren - Uwatec Smart PRO Handleiding

Inhoudsopgave

Advertenties

6 Bergmeerduiken

6.1 Hoogtesecties

%
C
DEPTH
DIVE TIME
DESAT
h
MAX.DEPTH
DECO INFO
Hoogtesectie 1
Desaturatietijd
Aanpassingstijd
Hoogtesecties
1
2
3
4

6.2 Maximale hoogte

Opstijgen naar bergmeer
in sectie 3 en 4 niet toege-
staan. Maximale hoogte:
2650 m.

6.3 Decompressieduiken in bergmeren

%
C
DEPTH
DIVE TIME
MAX.DEPTH
DECO INFO
Hoogtesectie 4:
• geen decompressie-
informatie
• COM geen RBT
TANK DATA
bar
UWATEC
Smart dive computers
®
De Smart meet iedere minuut de atmosferische druk. Als de computer een
voldoende grote daling in de luchtdruk meet, zal hij automatisch aan gaan.
De computer geeft de nieuwe hoogtesectie (1-4) en desaturatietijd weer.
De desaturatietijd die op dat moment wordt weergegeven, is de tijd die uw
lichaam nodig heeft om zich aan te passen aan de grotere hoogte. Als u een
duik maakt binnen deze aanpassingstijd wordt deze duik gezien als een her-
halingsduik, omdat u aan het desatureren bent.
Het gehele hoogtebereik van de Smart is verdeeld in 5 secties (0-4), begrensd
door een gegeven barometerdruk. De 5 hoogtesecties overlappen elkaar door
de natuurlijke variatie in atmosferische druk (denk aan hoge- en lagedrukge-
bieden). De door de Smart ingestelde bergmeerstand ziet u in de oppervlak-
testand, in het logboek en in de duikplanner. Op het display ziet u één of meer
segmenten binnen het
bergsymbooltje om aan
te geven dat een berg-
meerprogramma is
geactiveerd. In het
onderstaande schema
ziet u het bereik van
de verschillende
hoogtesecties.
De Smart zal aan de oppervlakte met behulp van knipperende
hoogtesecties aangeven op welke hoogte u geen bergmeerdui-
ken meer kunt maken.
Max. hoogte:
850 m
De maximale hoogte kan weergegeven worden in combinatie met een al gel-
dende bergmeerstand:
Als u zich op 1200 m. boven zeeniveau bevindt (hoogtesectie
1) mag u in dit voorbeeld maximaal verder klimmen tot een
hoogte van 2650 m. (sectie 2) voor de volgende bergmeerduik.
Hoogtesecties 3 en 4 zijn niet toegestaan.
Om te garanderen dat ook op grotere hoogte uw decompressie optimaal ver-
loopt, is de eerste decompressiestop die normaal op 3 meter ligt, verdeeld in
een 4 meter en een 2 meter stop in hoogtesectie 1, 2 en 3. De voorgeschreven
decompressiestops komen daarmee op 2, 4, 6 en 9 meter te liggen.
Als de atmosferische druk lager is dan 620 mbar (meer dan 4100 meter boven
zeeniveau) zal de duikcomputer geen decompressie-informatie weergeven
(automatische Gauge modus). Ook zal de RBT (COM) niet berekend worden.
Uw flesdruk (COM) en zuurstofblootstelling worden uiteraard nog wel weer-
gegeven.
COM
Geen decompressie-
informatie /
4000 m
Gauge modus
3000 m
2000 m
1000 m
0 m
1650 m
2650 m
III
schakelt bij
ongeveer:
610 mbar
725 mbar
815 mbar
905 mbar
4000 m
21

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Deze handleiding is ook geschikt voor:

Smart com

Inhoudsopgave