6
ALARMEN EN PROBLEEMOPLOSSING
De UC beschermt de unit en de onderdelen van werking onder abnormale omstandigheden. De
veiligheidsvoorzieningen kunnen onderverdeeld worden in preventies en alarmen. Alarmen kunnen
vervolgens onderverdeeld worden in leegpomp-alarmen en snelle stop-alarmen. Leegpomp-alarmen worden
geactiveerd wanneer het systeem of subsysteem ondanks abnormale bedrijfsomstandigheden een normale
uitschakeling uit kan voeren. Snelle stop-alarmen worden geactiveerd wanneer de abnormale
bedrijfsomstandigheden vereisen dat het hele systeem of subsysteem onmiddellijk gestopt wordt om
mogelijke schade te voorkomen.
De UC geeft de actieve alarmen op een speciale pagina weer, en houdt een geschiedenis bij van de laatste
50 geregistreerde alarmen, die onderverdeeld worden in alarmen en bevestigingen. Tijd en datum voor elke
alarmgebeurtenis en voor elke bevestiging van een alarm worden opgeslagen.
De UC slaat ook een snapshot van elk opgetreden alarm op. Elk menu-item bevat een snapshot van de
bedrijfsomstandigheden vlak voordat het alarm opgetreden is. Er zijn verschillende sets snapshots zijn
geprogrammeerd die overeenkomsten met alarmen van de unit en de circuits, en die informatie bevatten om
te helpen bij de foutdiagnose
In de volgende secties wordt tevens aangegeven hoe elk alarm gewist kan worden tussen het lokale HMI,
netwerk (door een van de hoge niveau interfaces Modbus, Bacnet of Lon) of als het specifiek alarm
automatisch wordt gewist. De volgende symbolen worden gebruikt:
6.1 Unit waarschuwingen
6.1.1
Slechte invoer stroombegrenzing
Dit alarm wordt gegenereerd wanneer de optie Flexibele stroombegrenzing ingeschakeld is en de invoer
naar de controller zich buiten het toegestane bereik bevindt.
Probleem
Status unit is Run
Het belpictogram beweegt op het
beeldscherm van de controller.
De Flexibele stroombegrenzing-functie
kan niet worden gebruikt.
Kolom in de alarmlijst:
BadCurrentLimitInput
Kolom in het alarmlogboek:
BadCurrentLimitInput
Kolom in het alarm-snapshot
BadCurrentLimitInput
Reset
Lokale HMI
Netwerk
Auto
6.1.2
Slechte invoer maximale vraag
Dit alarm wordt gegenereerd wanneer de optie Vraagbegrenzing ingeschakeld is en de invoer in de
controller zich buiten het toegestane bereik bevindt.
Probleem
D-EOMZC00106-17NL
Gebruikershandleiding
56/90
Lucht- en watergekoelde inverter-koelmachines en
warmtepomp
Toegestaan
Niet toegestaan
Niet voorzien
Oorzaak
Invoer flexibele stroombegrenzing buiten
bereik.
Voor deze waarschuwing wordt een
signaal dat minder is dan 3mA of meer
dan 21mA beschouwd als zijnde buiten
bereik.
Oorzaak
Oplossing
Controleer de waarden van het
invoersignaal naar de controller van de
unit. Deze moeten binnen het toegestane
mA-bereik liggen.
Controleer de elektrische afscherming
van de bedrading.
Controleer de juiste waarde van de
uitgang van de controller in het geval het
ingangssignaal binnen het toegestane
bereik ligt.
Opmerkingen
Wordt automatisch gewist wanneer het
signaal binnen het toegestane bereik
terugkeert.
Oplossing
EWAD TZ - EWAD TZ B
EWWD VZ – EWWH VZ
Lucht-
en
watergekoelde
koelmachines en warmtepomp
inverter-