2.10 Kalibratie van de spanningsmeetkabel
Het lassysteem moet worden gekalibreerd met de spanningsmeetkabel voordat u het voor het eerst gebruikt. Deze kali-
bratie moet iedere keer worden herhaald als u de lengte wijzigt van de tussenkabel, de werkstukkabel, de kabel van de
tussenaanvoerunit of het kabelpakket van het laspistool.
1.
Sluit de spanningsmeetkabel (3) aan op de X8 SuperSnake GT02XW.
2.
Sluit de werkstukkabel en de spanningsmeetkabel aan op het werkstuk.
3.
Las minimaal 4 lassen van ieder 5 seconden.
Na de kalibratie kan de spanningsmeetkabel worden losgekoppeld, tenzij de processen WiseRoot+- en WiseThin+ wor-
den gebruikt. Met WiseRoot+ and WiseThin+ moet de spanningsmeetkabel altijd aangesloten zijn.
© Kemppi
21/35
X8 SuperSnake GT02XW
Gebruiksaanwijzing - NL
1920890 / 1944