NL
MinarcMig™ Adaptive 150
Laspistool
Het laspistool is al op het apparaat aangesloten. Het laspistool geleidt het lasdraad,
het beschermgas en de elektrische stroom naar de las. Als u de schakelaar van
het laspistool indrukt, begint de gasstroming en draadaanvoer. De lasboog wordt
ontstoken op het moment dat het lasdraad het werkstuk raakt.
De hals van het pistool kan 360° worden gedraaid. Let er bij het verdraaien van
de hals op dat deze altijd vrijwel helemaal tot het uiteinde vastgedraaid blijft.
Dit voorkomt beschadiging en oververhitting van de hals.
LET OP! Vervang bij gebruik van lasdraad met een andere diameter dan
0,8 mm het draadmondstuk door een exemplaar dat geschikt is voor de
nieuwe draaddikte.
Beschermgas
Voor staallasdraad wordt als beschermgas kooldioxide of een mengsel van
kooldioxide en argon gebruikt om de lucht van de lasboog weg te houden.
De draaddiameter in combinatie met het lasvermogen zijn bepalend voor de
hoeveelheid gasstroming.
Het apparaat wordt geleverd met een gasslang met een lengte van 4,5 meter.
Sluit de snelsluiting van de gasslang aan op de slangaansluiting van het apparaat
en het andere slanguiteinde op het reduceerventiel van de gasfl es.
LET OP! Gebruik een beschermgas dat geschikt is voor het draad-
materiaal. Zet voordat u het reduceerventiel aansluit de fl es goed vast in
verticale stand.
8
Afbeelding 3.2.
Aansluiten van de gasslang op
een reduceerventiel van een
gangbaar type
1. Sluit de slang aan op het
reduceerventiel van de gasfl es
en draai de aansluiting vast.
2. Pas de gasstroming aan met de
schroef van het reduceerventiel.
Een geschikte gasstroming is
8-15 l/min.
3. Sluit na gebruik het
reduceerventiel op de fl es.
© Kemppi Oy 0614