nVISION-software
4. Als het apparaat klaar is voor gebruik met nVISION, verschijnen de volgende
indicatoren op het LCD:
• CP
• Batterij-indicator
5. Voor meer informatie over nVISION wordt u naar nVISION-Hulp verwezen.
NB: Koppel de USB interfacekabel los van het apparaat als de gegevensoverdracht of
de configuratie van het apparaat voltooid is. De levensduur van de batterijen wordt korter
als de kabel aangesloten blijft.
Installatie USB Drivers (XP)
1. De software voor de USB drivers staat op de CD met de bedieningshandleiding.
Leg de CD in de CD/DVD-drive van de PC.
2. Sluit de USB-kabel aan op de sensorpoort van het apparaat en op een USB-poort
van de PC.
3. De wizard Nieuwe Hardware Gevonden wordt geopend; u wordt gevraagd of
Windows verbinding moet maken met Windows Update en software moet zoeken.
Selecteer Neen, nu niet en klik op Volgende.
4. Selecteer Installeren van een lijst of specifieke locatie (Geavanceerd) en klik
op Volgende.
5. Als u wordt gevraagd om de zoek- en installatie-opties te kiezen:
a. Selecteer Zoeken naar de beste driver op deze locaties.
b. Deselecteer Zoeken naar verwijderbare media
c. Selecteer Deze locatie bij het zoeken betrekken:
d. Ga naar de map met USB-Drivers op de CD met de bedieningshandleiding en klik op OK.
e. Klik op Volgende.
6. Als het testvenster met Hardware-installatie Windows-logo verschijnt, klikt u op Toch
doorgaan om de installatie voort te zetten.
7. Als de wizard klaar is met de software-installatie, klikt u op Voltooien.
8. Zoek de communicatie-poort (comm of COM) voor het apparaat:
a. Klik op Start / Instellingen / Controlepaneel.
b. Selecteer Systeem. Het venster Systeemeigenschappen gaat open.
c. Op de tab Hardware tab, selecteert u Apparaatbeheer.
d. Uitbreiden Poorten (COM & LPT). Op één poort moet staan "Nonin Model 3150 (COM#)".
Noteer het COM#. Dit is vereist om het apparaat met nVISION in te stellen.
41