Temperature Compensation (Temperatuurcompensatie)
ISE-metingen hebben voordeel bij de temperatuur-gecompenseerde correcties indien:
• standaards en monstertemperaturen verschillen van elkaar
• het Isopotentiaal punt van de ISE bekend is.
Indien het monster en de standaards van dezelfde temperatuur zijn gemaakt, laat deze optie dan
uitgeschakeld.
Isopotential Point (Isopotentiaal punt)
Als de Temperature Compensation is ingeschakeld, moet
het isopotentiaal punt van ISE worden toegevoegd aan
deze parameter. Controleer of Electrode Type en Concen-
tration Unit voor de gewenste toepassing zijn geconfigu-
reerd. Het isopotentiaal punt gebruikt de geselecteerde
concentratie-eenheid. Gebruik
de isopotentiaal puntwaarde te bewerken en druk op
om de waarde op te slaan of druk op
om de bewerking te annuleren.
Opmerkingen: Er verschijnt een waarschuwingsbe-
richt op het LCD-scherm, waarin de gebruiker
wordt gevraagd om een nieuwe kalibratie uit te voeren.
Er zijn minimaal twee ion-standaards vereist voor de ISE-kalibratie.
Calibration (Kalibratie)
Met deze optie kan de gebruiker alle ISE-parameters
gerelateerd aan de ISE-kalibratie weergeven en
configureren.
Handmatige invoer
Twee verschillende standaardgroepen kunnen worden
gebruikt voor de kalibratie van ISE:
All Standards - Tijdens de kalibratie kan de gebruiker
de gewenste standaards selecteren uit een grote lijst
met alle voorgedefinieerde standaardwaarden en de
aangepaste standaarden.
Group Standards - de gebruiker kan een groep
standaarden van tevoren selecteren vanuit de bestaande groep standaarden, om te gebruiken
tijdens sensorkalibratie.
en
om