Download Print deze pagina

Fluke 27 II Gebruikershandleiding pagina 2

Verberg thumbnails Zie ook voor 27 II:

Advertenties

Gebruik de meter nooit als de behuizing is
verwijderd of openstaat.
Wees voorzichtig als u werkt met spanning die
hoger is dan 30 V AC RMS, 42 V AC piek of 60 V DC.
Een dergelijke spanning kan een elektrische schok
veroorzaken.
Gebruik uitsluitend de vervangingszekeringen die in
de gebruiksaanwijzing zijn gespecificeerd.
Gebruik de juiste aansluitingen, de juiste functie en
het juiste bereik voor de metingen.
Werk niet in uw eentje.
Als u stroommetingen verricht, moet u de stroom
naar het circuit uitschakelen voordat u de meter in
het circuit plaatst. Plaats de meter in serie met het
circuit.
Als u elektrische aansluitingen maakt, sluit u eerst
het aardsnoer en vervolgens het onder stroom
staande snoer aan; als u de meetsnoeren losmaakt,
maakt u eerst het onder stroom staande snoer en
vervolgens het aardsnoer los.
Gebruik de meter niet als hij niet naar behoren
werkt. Hij biedt wellicht niet meer de voorziene
bescherming. Als u niet zeker bent, laat de meter
dan nakijken.
Gebruik de meter niet bij explosiegevaarlijke gassen
of dampen of in vochtige of natte omgevingen.
Voorzie de meter uitsluitend van stroom met drie
AA-batterijen van 1,5 V die op de juiste wijze in de
meterbehuizing zijn geplaatst.
Als u onderhoud aan de meter verricht, gebruik dan
uitsluitend gespecificeerde vervangingsonderdelen.
Als u probes gebruikt, moet u uw vingers achter de
vingerbescherming op de probes houden.
Controleer de aanwezigheid van gevaarlijke
spanning niet met het laagdoorlaatfilter. De
aanwezige spanning is mogelijk hoger dan de
afgelezen waarde. Controleer eerst of er geen
gevaarlijke spanning aanwezig is door de spanning
te meten zonder het filter. Voeg vervolgens het filter
toe.
Probeer nooit de stroom in een circuit te meten als
het nullastpotentiaal naar aarde groter is dan 1000
V. U kunt de meter beschadigen of letsel oplopen als
de zekering doorslaat tijdens een meting.
Gebruik de modus AutoHOLD niet om vast te stellen
of circuits geen stroom meer voeren. De modus
AutoHOLD registreert geen instabiele meetwaarden
of meetwaarden met ruis.
Niet in deze gebruiksaanwijzing beschreven
reparaties of onderhoud mogen uitsluitend worden
verricht door deskundig personeel, zoals
beschreven in de kalibratie-informatie voor de 27
II/28 II.

Advertenties

loading

Deze handleiding is ook geschikt voor:

28 ii