Schermcursors
De cursor kan veranderen om aan te geven wat er gebeurt wanneer u op de volgende
toets drukt of de volgende menuoptie selecteert die geplakt moet worden als teken.
de cursor voor de secundaire functies Þ en de alfabet-cursor Ø kunnen op
Opmerking:
de statusbalk verschijnen, afhankelijk van de context.
Cursor
Uiterlijk
Invoer
Dicht
rechthoekje
$
Invoegen
Onderstreping
__
Tweede
Wit pijltje op
functie
een zwarte
achtergrond
Þ
Alfa
Witte A op
zwarte
achtergrond
Ø
Volledig
Dambord-
rechthoekje
MathPrint™
Pijltje naar
rechts
Als u tijdens het invoegen op ƒ drukt, wordt de cursor een onderstreepte A ( A ) . Als
u tijdens het invoegen op y drukt, wordt de onderstreepte cursor een onderstreepte
# (#).
als u een klein teken zoals een dubbele punt of een komma markeert en
Opmerking:
vervolgens op ƒ of y drukt, dan verandert de cursor niet omdat de
cursorbreedte te klein is.
13
Het toetsenbord gebruiken
Effect van volgende toetsaanslag
Dit is de standaardcursor. Voer tekens in op de
plaats van deze cursor; hierdoor worden eventuele
bestaande tekens overschreven.
Druk op y 6 voor deze cursor. Voer tekens in
vóór de cursorlocatie.
Hiermee kunt u een secundair teken invoeren of
een secundaire bewerking uitvoeren.
Er wordt een letterteken ingevoerd, SOLVE wordt
uitgevoerd of er worden snelmenu's weergegeven.
Geen invoer; het maximumaantal tekens is
ingevoerd bij een prompt of het geheugen is vol.
Geeft ook de grens van het toegestane aantal
MathPrint™-niveaus aan.
De cursor gaat ofwel naar het volgende deel van
het template of verlaat het template. Druk op het
pijltje naar rechts om alle MathPrint™-templates
te verlaten voordat u de resterende termen in een
uitdrukking invoert.