3. Machine- en bedieningselementen
Hakspoor
Er bestaan twee hakspooruitvoeringen
Standaard-hakspoor met verstelba-
re spoorpen
Wielspoor (steunwielen) met spoor-
pen in combinatie met aanhanginrich-
ting. De steunwielen zijn vooral bedoeld
voor gemakkelijker transporteren van de
machine
Montage
Hakspoor-meenemer in de vierhoe-
kige buis voor achteraanbouwwerktui-
gen brengen en met borgpen arreteren.
Bij wielspooruitvoering wordt de wie-
las (1) van tevoren op de vierhoekige
as gestoken.
De voorwaartse beweging van de mo-
uitv. standaard-spoor
uitv. wielspoor
agria-Combiwerktuig 400E/400K
torhak wordt door de hakspoor geremd.
De gewenste hakdiepte wordt bereikt
door de verschillende posities van de
spoorpen in de bodem. Hoe dieper de
spoorafstelling in de bodem is, des te
dieper graven de hakwerktuigen zich in
de bodem in.
Spoorafstelling:
diep
– zware, harde bodem
hoog
– lichte, losse bodem
voor zandgrond dient de spoorpen om-
gekeerd worden ingestoken, zodat het
gebogen einde naar beneden achter
wijst.
Instelling:
Klemschroef (22) losmaken, spoor-
pen in de gewenste positie brengen en
vervolgens klemschroef weer aan-
draaien.
Bij uitv. met aanhanginrichting is de
pendelweg met behulp van de stel-
schroeven (14) en de contramoeren (13)
instelbaar.
1 wielas
2 standaard-spoor-
meenemer
5 spoorpen
10 aanhanginrichting
11 borgpen
12 haarspeldveer
13 contramoer
14 stelschroef
15 stekker
17 wielspoor-
meenemer
18 beugel
20 haarspeldveer
21 klemschroef voor
aanaardbehui-
zing
22 klemschroef
39
3