Alarmmelding
Luchttoevoertemperatuursensor
vertoont storingen of is niet aan-
gesloten (AL20)
De toevoerluchtvochtigheidssen-
sor vertoont storingen of is niet
aangesloten (AL21)
Kamertemperatuursensor ver-
toont storingen of is niet aange-
sloten (AL22)
De kamervochtigheidssensor
vertoont storingen of is niet
aangesloten (AL23)
Retourluchttemperatuursensor
vertoont storingen of is niet aan-
gesloten (AL24)
De retourluchtvochtigheidssensor
vertoont storingen of is niet
aangesloten (AL25)
Buitenluchttemperatuursensor
vertoont storingen of is niet aan-
gesloten (AL26)
Buitenluchtvochtigheids-
sensor defect of niet aan-
gesloten.
Afvoerluchtsensor vertoont
storingen of is niet aange-
sloten (AL28)
Brandbeveiligingsklep nr.#
is geactiveerd (AL29-AL49)
Storing toevoerluchtventila-
tor (AL50)
Storing retourluchtventilator
(AL51)
3062886_202002
11 Storingsmeldingen
Gevolgen
Luchtbehandelingstoestel wordt
uitgeschakeld.
Bevochtiger of ontvochtigings-
functie werd gedeactiveerd.
Functies nachtventilatie, hulp-
bedrijf verwarmen/koelen en
uitschakeling van luchtbehande-
lingstoestel bij kamertempera-
tuurregeling werd gedeactiveerd.
De bevochtiger, de ontvoch-
tigingsfunctie en de continue
werking hygrostaat, als de vocht-
regeling kamerlucht geselecteerd
is, wordt gedeactiveerd.
Als de retourluchttemperatuur-
regeling geselecteerd is, dan
luchtbehandelingskast uit, anders
alleen melding.
De bevochtiger, de ontvoch-
tigingsfunctie en de continue
werking hygrostaat, als de vocht-
regeling retourlucht geselecteerd
is, wordt gedeactiveerd.
De functies voorverwarmings-
programma, nachtventilatie,
hulpbedrijf verwarmen/koelen,
aanbodregeling koelen, optimale
energiebenutting Aansturing van
de mengluchtklep, aansturing
van de warmterecuperatie,
temperatuurinstelwaardecompen-
satie alsook enthalpiegestuurde
verhoging van het buitenlucht-
aandeel bij ontvochtiging wordt
gedeactiveerd.
Enthalpiegestuurde verho-
ging van buitenluchtaan-
deel in ontvochtigingsgeval
wordt gedeactiveerd.
WTW wordt uitgeschakeld
resp. regelt niet
Afhankelijk van de para-
meterinstelling luchtbehan-
delingstoestel uit of alleen
melding optioneel worden
alle motorisch aangedre-
ven brandbeveiligingsklep-
pen gesloten
Luchtbehandelingstoestel
wordt uitgeschakeld.
Luchtbehandelingstoestel
wordt uitgeschakeld.
Oorzaak
Oplossing
Sensor defect of probleem
Controleer leiding en sensor;
van de aansluiting ervan.
Storingsmelding bevestigen.
Sensor defect of probleem
Leiding controleren.
van de aansluiting ervan.
Sensor controleren.
Sensor defect of probleem
Leiding controleren.
van de aansluiting ervan.
Sensor controleren.
Bij uitschakeling van het luchtbehande-
lingstoestel de storingsmelding beves-
tigen.
Sensor defect of probleem
Leiding controleren.
van de aansluiting ervan.
Sensor controleren.
Sensor defect of probleem
Leiding controleren.
van de aansluiting ervan.
Sensor controleren.
Bij uitschakeling van het luchtbehande-
lingstoestel de storingsmelding beves-
tigen.
Sensor defect of probleem
Leiding controleren.
van de aansluiting ervan.
Sensor controleren.
Sensor defect of probleem
Leiding controleren.
van de aansluiting ervan.
Sensor controleren.
Sensor defect of
Functie sensor controleren.
probleem van de
Aansluiting op de klem controle-
aansluiting ervan.
ren.
Sensor defect of
Leiding controleren.
probleem van de
Sensor controleren.
aansluiting ervan.
Een brandbeveili-
Activeer de dichtgeklapte kleppen
gingsklep is geacti-
opnieuw.
veerd!
Bij uitschakeling van het luchtbe-
handelingstoestel de storingsmel-
ding bevestigen.
Motorelektronica de-
Motor controleren.
tecteert een storing.
Storingsmelding bevestigen.
Motorelektronica de-
Motor controleren.
tecteert een storing.
Storingsmelding bevestigen.
63