5.5.2 Sturingen
Inschakelen / Resetten van sturingen
Door het inschakelen/resetten worden alleen uitgeschakelde sturingen/relais weer ingeschakeld. Het
inschakelen/resetten heeft geen invloed op aangestuurde sturingen.
2
Toets indrukken
Relais
Steuerung
1 Steuergruppe :
1 Relais
:
2 Aan
2 Ein
3 Uit
3 Aus
Zustand
Toestand
:
:
2
2
Afb. 53: Relais 1 inschakelen/resetten (voorbeeld)
1
Toets indrukken
Ralais
Steuerung
Steuerung :
Relais
:
0007
0007
alarm-DM
Alarm-ÜE
2
2
Afb. 54: Sturing 7 inschakelen/resetten (voorbeeld)
Steuerung
Relais
1 Steuergruppe :
1 Relais
:
2 Aan
2 Ein
3 Aus
3 Uit
Zustand
Toestand
:
:
2
2
Afb. 55: Indicatie "loopt"
Steuerung
Relais
1 Relais
1 Steuergruppe :
:
2 Aan
2 Ein
3 Aus
3 Uit
Zustand
Toestand
:
:
2
2
Afb. 56: Indicatie – Relais 7 wordt ingeschakeld / gereset (voorbeeld)
Van de programmering van de BMC afhankelijk worden bij het inschakelen van een sturing de
doormeldvoorziening (DMV) en eventuele verdere externe alarmerings- en
brandbeveiligingsinstallaties aangestuurd, als de betreffende aanstuurvoorwaarden (bijv. brand)
aanwezig zijn.
FB 798226.NL0 / 05.13
Sturingsindicatie aan
0001
0001
In rust
Ruhe
Sturingsgroepindicatie aan
0007
0007
In rust
Ruhe
Wordt uitgevoerd
wird ausgeführt
0007
0007
Inschakelen
Einschalten
2
2
Voer het relaisnummer met het
1
2
3
ABC
DEF
numerieke toetsenbord in (bijvoorbeeld
4
5
6
GHI
JKL
MNO
nr. 7)
7
8
9
PQRS
TUV
WXYZ
ESC
0
CLR
2
2
Of keuze van de groep met de rechts-/
linkstoets.
De invoer kan met de toets >CLR< gewist
CLR
worden;
toetsenbediening noodzakelijk.
Met het numeriek toetsenbord 2 invoeren
Ter bevestiging wordt de uitvoering op het
2
2
beeldscherm met een tekstmelding korte tijd zichtbaar.
De betreffende sturing wordt ingeschakeld en door de
inschakeling gereset.
In deze situatie wordt de ingeschakelde sturing, in
overeenstemming met de in de klantengegevens
geprogrammeerde aanstuurvoorwaarden,
2
2
aangestuurd.
De inschakeling wordt op het beeldscherm getoond.
Brandmeldcentrale ES Line
-toets indrukken.
eventueel
meervoudige
Aan
35