Aanbrengen van het montageframe
Tegeldak varianten A:
Montage aan hoge kant van schuin dak
Railverbinders
Benodigde gereedschappen:
Torx (T50) voor zelftappende schroeven
(toebehoren)
34
Bevestiging van de dakhaken
Benodigde gereedschappen
Palhandvat ("Ratelaar")
Moerstukje met verlengstuk min. 120
mm
SW 17 Moersleutel of moerstukje
Bevestig de grondplaat met 2
sparrenschroeven direct op de sparren,
let daarbij op de volgende punten:
De grondplaat ligt over de gehele
breedte op de spar en de beugels
moeten aan de rand van een dal in de
dakpan liggen.
Montage parallel aan de dakpannen.
Met de materialen worden ook
houtplaatjes (2 x 3 mm, 2 x 5 mm)
geleverd, die kan men naar behoefte
eronder leggen. Als de dakpannen dan
toch nog te hoog liggen dan kan men
een houten plaat onder de grondplaat
leggen.
De gaten in de sparren moet men met
6 mm houtboren voorboren.
Alle dakhaken moeten parallel en met
gelijke afstanden tot de daklatten en
dakpannen gemonteerd worden!
Aanwijzing: Hiertoe kan men de eerste en
laatste dakhaak van een rij in de
vastgestelde bereiken vastschroeven en
met een draadje verbinden. Dit
gespannen draadje dient dan alleen als
referentielijn voor het plaatsen van de
resterende dakhaken, die daartussen
komen te liggen.
Pannen bewerken en erin leggen
Storende uitsteeksels op de dakpannen
moeten met een slijpschijf worden
verwijderd.
Het kan zijn dat de dakpannen aan de
onder- en bovenkant moeten worden
bewerkt.
Leg de dakpannen weer erop en zorg
dat ze goed passen
Breng de rails aan op de dakhaken
Nadat alle dakhaken gemonteerd zijn,
kan de montagerail op de dakhaken
worden vastgeschroefd.
De rails wordt op de voorkant van het
oplegvlakje van een dakhaak gelegd en
met de zelftappende schroef (Torx T50)
hierop vastgeschroeft.
Draai de schroeven pas definitief vast
als men het montagerek goed heeft
geplaatst.
De rails moeten in een lijn en parallel
aan elkaar (boven- en onderrij) worden
gemonteerd.