2
Gebruiksdoel van de warmtepomp
2
Gebruiksdoel van de warmtepomp
2.1
Toepassingsgebied
De lucht-water-warmtepomp is uitsluitend ontworpen voor het verwarmen
van verwarmingswater. Hij kan in bestaande of nieuw te plaatsen verwar-
mingsinstallaties worden gebruikt.
De warmtepomp is geschikt voor mono-energetische en bivalente werking
tot een buitenluchttemperatuur van -22 °C.
Bij continu werking moet een teruglooptemperatuur van het warme water
van meer dan 22 °C aangehouden worden om probleemloos ontdooien van
de verdamper te waarborgen.
De warmtepomp is niet ontworpen voor de verhoogde warmtebehoefte tij-
dens het drogen na de bouw. Daarom moet in de extra warmtebehoefte met
speciale apparaten ter plaatse worden voorzien. Voor het drogen na de
bouw in de herfst of in de winter is het raadzaam een extra elektrisch ver-
warmingselement (als accessoire verkrijgbaar) te installeren.
OPMERKING
Het apparaat is niet voor frequentieomzetting geschikt.
3
Leveringsomvang
3
Leveringsomvang
3.1
Basisapparaat
De warmtepomp bevat de onderstaand vermelde componenten.
De koelkring is "hermetisch gesloten" en bevat het in het Kyotoprotocol op-
genomen gefluoreerde koudemiddel R407C. Informatie over de GWP-waar-
de en CO
-equivalent van het koudemiddel vindt u in het hoofdstuk appa-
2
raatinformatie. Het is CFK-vrij, breekt geen ozon af en is niet brandbaar.
1
6
1)
Verdamper
3)
Schakelkast
5)
Condensor
7)
Compressor 1
CS5000AW 22 O – 6721835140 05/2021
2
4
5
3
2)
Ventilator
4)
Pressostaten
6)
Filterdroger
8)
Compressor 2
2.2
Werkwijze
Omgevingslucht wordt door de ventilator aangezogen en daarbij door de
verdamper (warmtewisselaar) geleid. De verdamper koelt de lucht af,
d.w.z. hij onttrekt warmte aan de lucht. De gewonnen warmte wordt in de
verdamper op een werkvloeistof (koudemiddel) overgedragen.
Met behulp van een elektrisch aangedreven compressor wordt de opgeno-
men warmte door drukverhoging naar een hoger temperatuurniveau "ge-
pompt" en via de condensor (warmtewisselaar) afgegeven aan het verwar-
mingswater.
Daarbij wordt de elektrische energie gebruikt om de warmte van de omge-
ving op een hoger temperatuurniveau te brengen. Omdat de aan de lucht
onttrokken energie aan het verwarmingswater wordt overgedragen, wordt
dit apparaat ook lucht/water-warmtepomp genoemd.
De lucht-water-warmtepomp bestaat uit de hoofdcomponenten verdamper,
ventilator, en expansieventiel, alsmede de geluidsarme compressoren, de
condensor en de elektrische besturing.
Bij lage omgevingstemperaturen zet luchtvochtigheid zich als rijp af op de
verdamper en belemmert deze de warmteoverdracht. Een ongelijkmatige
afzetting vormt daarbij geen gebrek. Indien nodig, wordt de verdamper au-
tomatisch door de warmtepomp ontdooid. Afhankelijk van het weer kunnen
daarbij dampen bij de luchtuitlaat optreden.
3.2
Schakelkast
De in het apparaat aanwezige schakelkast kan na het verwijderen van de on-
derste voorplaat en het losmaken van de bevestigingsschroef worden uitge-
klapt.
De schakelkast bevat de aansluitklemmen voor het stroomnet, de vermo-
genscontactoren, de softstarteenheden en de uitgebreide regelaareenheid
(koelkringregelaar). De koelkringregelaar bewaakt en stuurt alle warmte-
pompsignalen en communiceert met de warmtepompmanager.
Communicatie- en stuur- resp. voedingskabel, die gescheiden van elkaar ge-
plaatst moeten worden, worden door het kabelinvoerbereik aan de basis-
plaat in het schakelkastje geleid.
3.3
Warmtepompmanager
Voor de werking van de lucht/water-warmtepomp moet de bij de leverings-
8
omvang inbegrepen warmtepompmanager worden gebruikt.
De warmtepompmanager is een comfortabel elektronisch regel- en bestu-
7
ringsapparaat. Hij stuurt en bewaakt afhankelijk van de buitentemperatuur
de hele verwarmingsinstallatie, de sanitairwaterbereiding en de veiligheids-
technische voorzieningen.
Ter plaatse aan te brengen voelers voor verwarmingsaanvraag en buiten-
temperatuur incl. bevestigingsmateriaal worden bij de warmtepompmana-
ger geleverd.
Het functioneren en het gebruik van de warmtepompmanager wordt in de
daartoe bijgeleverde gebruiksaanwijzing beschreven.
Gebruiksdoel van de warmtepomp
5