Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Veiligheidsmaatregelen; Beveiliging Werkgebied; Werkvoorbereiding; Beveiliging Van Het Te Zagen Object En Afvoer Van Zaagslik - Hilti DS WS15 Gebruiksaanwijzing

Inhoudsopgave

Advertenties

5. Veiligheidsmaatregelen

5.1

Beveiliging werkgebied

■ Het zaaggebied moet zo worden beveiligd dat opera-
teurs, derden en inrichtingen niet door weggeslingerd
materiaal (steentjes, stukken draad, zaagslik e.d.) gewond
of beschadigd kunnen worden. Beveilig ook het niet direct
zichtbare gebied achter de plaats waar gezaagd wordt.
■ Het gevaarlijke gebied mag tijdens van het zagen NOOIT
betreden worden. Het omvat een gebied met een straal
van minstens het dubbele van de draadlengte die bij een
eventuele draadbreuk vrijkomt plus het gebied in het ver-
lengde van de as aan de draadtrekzijde. De operateur is
verantwoordelijk voor afzettingen en toegangscontro-
les. Het gevaarlijke gebied mag alleen worden betreden als
de noodstopschakelaar is ingedrukt.
l1
■ Houd de vrije draadlengten tussen aandrijving en te
zagen object altijd zo kort mogelijk. Werk NOOIT zonder
dat aan het te zagen object of aan de zaagsnede draad-
geleidingen gemonteerd zijn! Bij een eventuele draad-
breuk wordt de draad automatisch in de holle as van de
geleiderol opgevangen, waardoor het gevaar van zweep-
slagen van de draad sterk gereduceerd wordt. Lange
vrije draadlengten kunnen bij een draadbreuk tot gevaar-
lijke zweepslagen leiden.
5.2

Werkvoorbereiding

■ Zaagwerkzaamheden beïnvloeden de statica. Boor-
en zaagwerkzaamheden moeten vooraf door de bouw-
directie goedgekeurd worden.
22
DSW-WG
l2
■ Controleer of er zich geen gas-, water-, stroom- of
andere leidingen in het zaaggebied bevinden. Dicht bij
het zaaggebied liggende leidingen die b.v. door vallend
materiaal beschadigd zouden kunnen worden, moeten
afzonderlijk beschermd en eventueel buiten bedrijf gesteld
worden.
■ Zorg ervoor dat het gebruikte koelwater gecontroleerd
wegloopt of afgezogen wordt. Ongecontroleerd wegs-
tromend of rondspattend water kan tot schade of onge-
vallen leiden. Denk er ook aan dat water via niet-zicht-
bare, inwendige holle ruimtes kan wegstromen, b.v. in
metselwerk.
■ Let op invloeden vanuit de omgeving. Gebruik de draad-
zaag niet in ruimtes waar ontploffingsgevaar bestaat of
in de buurt van brandbare materialen, vloeistoffen of
gassen. Rondvliegende vonken of elektrostatische ont-
ladingen kunnen tot brand of explosies leiden.
■ Zaag geen materialen waarbij door het zaagproces
stof of damp kan ontstaan die gevaarlijk is zoor de gezond-
heid.
■ Zaag geen snel brandbare aluminium- en magnesi-
umlegeringen.
5.3
Beveiliging van het te zagen object en afvoer
van zaagslik
■ Om letsel en het vastlopen van de zaagdraad te voor-
komen moeten de losgezaagde blokken met stalen wig-
gen en/of steunen tegen ongecontroleerde beweging
worden beveiligd.
■ Zorg ervoor dat bij het zagen loskomende stukken
materiaal (betonblokken etc.) het werkgebied en de ope-
rateurs niet in gevaar brengen. Loskomende objecten,
zoals een los te zagen betonblok in het plafond, moeten
door steunen etc. tegen vallen beveiligd worden.
■ Gebruik voor het verwijderen en afvoeren van de los-
gezaagde objecten – die vaak vele tonnen wegen – alleen
goedgekeurde bevestigingen en hefwerktuigen van vol-
doende afmetingen
■ Men mag zich nooit binnen het bereik van aan een
kraan hangende lasten bevinden
■ De zaagplek en de ontstane opening moeten veilig en
goed zichtbaar afgezet zijn om te voorkomen dat er men-
sen kunnen vallen.

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave