Gebruik van de motorzaag - Ontdoen van takken, - Vellen
7.3 Ontdoen van takken
• Vrijhangende takken niet langs onder doorsnijden.
• Zaag geen takken af terwijl u op de stam staat.
• Hinderende takken verwijderen voor u begint te zagen.
• Als u van standpunt moet veranderen, moet de geleidingsrail zich altijd aan de van het lichaam
afgewende zijde van de stam bevinden.
• Let altijd op de beweging van de boom en van de takken - werk vooruitziend en voorzichtig!
• Als u takken met veel loofhout moet verwijderen, gaat u als volgt te werk om te voorkomen dat de
motorzaag vastklemt:
N
E
7.4 Vellen
D
Het vellen van bomen is gevaarlijk en moet aangeleerd zijn! Als u een beginneling bent of niet
geoefend bent, mag u geen velwerken uitvoeren. Eerst dient u een cursus te volgen.
U mag pas met velwerken beginnen als verzekerd is dat::
• Vóór het vellen moet de velrichting worden gecontroleerd en moet verzekerd zijn dat er zich op
een afstand van 2 ½ boomlengte geen andere personen, dieren of voorwerpen bevinden.
NEDERLANDS 30
1. Verwijder hinderende takken.
2. Snij takken die spanning creëren, af.
3. Zaag de hoofdtak af (let op de drukzijde en de trekzijde).
• Als het hout niet mag scheuren, moet een ontlastingssnede worden
gemaakt.
• Zet deze snede aan de drukzijde aan #, snij daarna verder aan de
trekzijde $.
• De achtergebleven rest van de tak kan nu - omdat hij niet meer onder
spanning staat - dicht bij de stam worden afgezaagd &.
• er zich in de velomgeving geen personen
ophouden die niets met het vellen te maken
hebben,
• iedereen die bij het velwerk betrokken is,
veilig en zonder hindernissen achteruit kan
wijken. De achteruitwijkruimte moet schuin
rugwaarts in een hoek van ca. 45° verlopen.
• De volgende werkplek moet minstens twee
en een halve boomlengte verwijderd zijn