Inhoudsopgave
Advertenties
Bediening
7.13 CORRECTE AANZETKRACHT
Oefen een flinke neerwaartse druk uit op de hamer. Bij te weinig aanzetkracht
zullen de giek, het voertuig en de machinist last hebben van trillingen.
Bij te veel aanzetkracht zullen de rupsbanden aan de voorkant van de grond komen.
Als het materiaal opeens breekt, landt het voertuig weer op de grond, waarbij de
machinist en het voertuig aan overmatige trillingen worden blootgesteld.
7.14 DE BEITEL UITLIJNEN
OPGELET: Dien aanzetkracht toe in lijn met de as van het werktuig, niet onder een
andere hoek ten opzichte van het materiaal. Als u het werktuig in een gekantelde
positie gebruikt, lopen het werktuig en de zuiger vast en moeten ze vroegtijdig
vervangen worden. Rammer beschouwt dit als een verkeerde bedieningstechniek
die niet onder de garantie valt.
Breng de hamer voorzichtig dichter bij het gesteente. Als u de hamer laat vallen,
wordt u blootgesteld aan veel trillingen en worden de hamer en het voertuig
beschadigd.
7.15 VOORZORGSMAATREGELEN VOOR GEBRUIK
OPGELET: Gebruik de hamer niet onophoudelijk op dezelfde plek. De punt van
de beitel wordt dan heet en zacht en slijt dan zeer snel. Rammer beschouwt dit als
een verkeerde bedieningstechniek die niet onder de garantie valt.
OPGELET: Gebruik de hamer niet met een motortoerental van meer dan vijftig
procent (50%). Het onnodig opvoeren van het motortoerental levert geen extra
kracht voor de hamer op. Bij een hoog toerental stijgt de temperatuur van de
hydrauliekolie en raken interne onderdelen beschadigd.
Begin uw breekwerkzaamheden altijd aan een zijkant en probeer brokstukken van
een redelijk formaat te verwijderen. Dit is de efficiëntste manier om de hamer te
gebruiken.
Verwarm de hydrauliekolie van het voertuig tot 30 °C... 40 °C (80 °F ... 105 °F)
vóór het gebruik van de hamer, met name in de winter.
Bladzijde 68 - Bediening
COPYRIGHT © 2020 SANDVIK MINING AND CONSTRUCTION OY
R35P
Advertenties
Inhoudsopgave
