Pagina 4
Gebruik van de “CM 100 Configurator-software”....37 13.1 Vereiste hardware en software ........37 13.2 Installatie ..............38 13.3 Systeemtijd controleren ..........39 13.4 USB-downloadkabel met recorder en PC verbinden ... 40 13.5 Apparaat inschakelen ..........41 13.6 CM 100 Configurator-software starten ......42 Het venster “Informatie”...
Android is een merk van Google LLC. Het Bluetooth®-woordmerk en de logo's zijn gedeponeerde han- delsmerken van Bluetooth SIG, Inc. en het gebruik van deze mer- ken door GETEMED gebeurt onder licentie. CardioMem, CardioDay en PhysioGate zijn handelsmerken van GETEMED.
2 Gebruiksdoel De CardioMem CM 100 XT is ontworpen voor de permanente analyse en periodieke registratie van ECG-gegevens voor latere evaluatie door gekwalificeerd medisch personeel om: hartritmestoornissen te documenteren bij personen waar symptomen zelden optreden het effect van een beginnende medicamententherapie voor hartritmestoornissen te documenteren ...
3 Indicaties en contra-indicaties 3.1 Indicaties De CardioMem CM 100 XT is bedoeld voor volwassen patiënten en voor kinderen (gewicht > 10kg) bij wie een bewaking vereist is voor de detectie van de volgende niet levensbedreigende hartrit- mestoornissen: tachycardie, bradycardie, boezemfibrillatie en pauze.
4 Veiligheidsvoorschriften 4.1 Conformiteit medische producten Het CE-teken en het registratienummer van de vermelde autoriteit tonen aan dat de recorder beantwoordt aan de principiële eisen van de (EU) 2017/745 (MDR) (verordening medische hulpmidde- len). 4.2 Conformiteit radiospectrum De recorder beantwoordt aan de principiële eisen van de EU- richtlijn 2014/53/EU (RED).
5 Gebruikte symbolen De volgende symbolen verschijnen op de recorder en/of de ver- pakking: CardioMem CM 100 XT Apparaattype (CardioMem CM 100), model (XT). Naam en adres van de fabrikant bevinden zich rechts naast dit symbool. Onder het fabrieksymbool staat de produc- tiedatum.
Pagina 10
Het symbool verwijst naar de verplichting het apparaat op een correcte manier te verwijderen. Meer informatie hierover vidt u in de paragraaf “Verwijdering van appa- raat, batterijen en toebehoren” op pagina Volg de gebruiksaanwijzing. U moet de gebruiksaanwijzing gelezen en begrepen hebben voor u de recorder ge- bruikt.
Pagina 11
Luchtdrukbereik 700 hPa ... 1060 hPa Geeft het bovenste en onderste bereik voor de toegelaten luchtdruk bij opslag en transport weer. Beschermen tegen hitte Geeft aan dat de recorder uit de buurt van hittebronnen moet worden gehouden. Beschermen tegen vocht Geeft aan dat de recorder uit de buurt van vochtigheidsbronnen moet worden gehou- den.
Pagina 12
Unieke apparaatidentificatie Vermelding van de entiteit die het medi- sche hulpmiddel in de plaats distribueert Identificatie van het land waar de pro- ducten zijn vervaardigd ® CardioMem CM 100 XT 78812051-NL...
WAARSCHUWING GEEN BEWAKINGSAPPARAAT De recorder is niet geschikt voor de bewaking van de klinische toestand van een persoon. Gebruik de CardioMem CM 100 XT niet als be- wakingsapparaat. WAARSCHUWING VERWISSELING VAN OPNAMES Er bestaat gevaar voor de gezondheid of het le- ven van een patiënt als de ene patiënt de op-...
WAARSCHUWING ELEKTROCHIRURGIE Er bestaat een risico op brandwonden en andere letsels voor de patiënt. Vooraleer een elektrochirurgie-apparaat wordt gebruikt, moet het apparaat van de patiënt wor- den gescheiden. WAARSCHUWING EXPLOSIEGEVAAR Elektrische vonken kunnen bij bepaalde gassen explosies veroorzaken. Gebruik de recorder niet in een met zuurstof ver- rijkte omgeving of in de buurt van ontvlambare of explosieve gassen.
WAARSCHUWING ALGEMEEN GEVAAR VOOR DE PATIËNT De in deze gebruiksaanwijzing vermelde instruc- ties vervangen in geen geval de erkende medi- sche procedures voor de verzorging van patiën- ten. Handel onder alle omstandigheden volgens de er- kende medische praktijk voor de verzorging van patiënten.
WAARSCHUWING ELEKTRISCHE SCHOK Zolang de recorder verbonden is met de patiënt, mogen geen onderhouds- of reinigingswerkzaam- heden worden uitgevoerd. Scheid de recorder van de patiënt voor u zulke handelingen uitvoert. WAARSCHUWING EXTREME TEMPERATUREN De prestaties van het apparaat kunnen bij ex- terne temperaturen nadelig worden beïnvloed.
6.3 Algemene veiligheidsmaatregelen VOORZICHTIG GELEIDINGSVERMOGEN De recorder mag niet gebruikt worden indien hiij mechanisch beschaidgd is. Stuur de recorder voor reparatie naar een geauto- riseerd bedrijf. VOORZICHTIG GELEIDINGSVERMOGEN De recorder mag niet gebruikt worden als de afekking van het batterijvak ontbreekt. Vervang het klepje voor u de recorder opnieuw gebruikt.
Als u de recorder langer dan een week wilt bewa- ren, neem dan de batterij uit de recorder. VOORZICHTIG OPNAMEKWALITEIT ONVOLDOENDE. Een beschadigede recorder of beschadigd toebe- hore kunnen onvoldoende ECG-kwaliteit tot ge- volg hebben. Controleer de recorder telkens voor u de recorder en de elektroden met de patiënt verbindt.
VOORZICHTIG VEILIGHEID EN BETROUWBAARHEID ALLEEN BIJ CORRECT ONDERHOUD Een deskundig onderhoud is absoluut noodzake- lijk voor de langdurige veiligheid en betrouwbaar- heid van de recorder. Neem de informatie in dit handboek in acht om een correct onderhoud te verzekeren. VOORZICHTIG BESCHADIGING VAN APPARAAT EN TOEBEHOREN Onbevoegd personeel beschikt niet over de no-...
De arts moet de patiënt alle voor de ECG-op- name vereiste informatie ter beschikking stellen. Meer informatie vindt u onder “Patiënten instrue- ren”. VOORZICHTIG ELEKTROMAGNETISCHE EMISSIES Het gebruik van toebehoren dat niet ter beschik- king wordt gesteld door de fabrikant van de recor- der kan een verhoging van de elektromagneti- sche emissies of een reductie van de elektromag- netische immuniteit van de recorder tot gevolg...
VOORZICHTIG REPARATIES EN ONDERHOUD Reparatie door onvoldoende geschoold perso- neel kan risico's veroorzaken, bijv. te hoge tem- peraturen of spanningen. Alleen de elektroden en de batterij kunnen door de patiënt worden vervan- gen. Reparaties mogen alleen worden uitgevoerd door personeel dat door de fabrikant is geautoriseerd. VOORZICHTIG SCHADELIJKE SOFTWARE De geleverde software wordt op virussen ge-...
Bij onverwachte bedrijfstoestanden of voorvallen of als u techni- sche ondersteuning nodig heeft, neemt u contact op met de fabri- kant op het onderstaande adres: GETEMED Medizin- und Informationstechnik AG Oderstraße 77, 14513 Teltow, Duitsland. www.getemed.de ®...
Desinfecteer de recorder regelmatig, voor het eerste gebruik en voor het gebruik bij een andere patiënt. GETEMED adviseert het gebruik van een 70%-alcoholoplossing voor het desinfecteren. Let op de inwerktijd van het ontsmettingsmiddel (10 minuten voor 70% alcoholoplossing). Gebruik vervolgens een pluisvrije doek die licht bevochtigd is om resten van het ontsmettingsmiddel te verwijderen.
9 Bedieningselementen De recorder beschikt over een toets (1), een LED (2) en een luid- spreker (Afbeelding 1). De toets is gekenmerkt met het volgende symbool: Afbeelding 1 – Bedieningselementen 9.1 Toets De toets wordt gebruikt om de volgende bedieningshandelingen uit te voeren: Functie Bedieningshandeling...
9.2 Optische en akoestische signalen De meerkleurige LED en de akoestische signalen geven de sta- tus van de recrorder weer: Recorderstatus LED-statusindicatie Signaaltoon Apparaat start knippert groen, rood, eenvoudige piep- blauw toon Toets ingedrukt eenvoudige piep- toon Opname loopt knippert groen Elektrode open knippert oranje drie pieptonen...
9.3 Afleidingsschema De recorder kan twee kanalen (Afbeelding 2) opnemen: A = kanaal 1 B = kanaal 2 Afbeelding 2 – Afleidingsschema ® CardioMem CM 100 XT 78812051-NL...
10 Opname voorbereiden U kunt de grenswaarden van de automatische ritmedetectie voor elke patiënt individueel instellen, zoals beschreven in paragraaf “Het venster “Setup” (“Instellingen”)” op pagina 45. De voorbereiding van de opname omvat daarnaast de volgende stappen: Batterij aanbrengen ...
Pagina 28
VOORZICHTIG Gebruik niet te veel kracht. U kunt de recorder beschadi- gen. VOORZICHTIG Gebruik altijd een balpen. Gebruik geen scherpe of spitse voorwerpen. Deze kunnen letsels veroorzaken. Verwijder het klepje van het batterijvak. Plaats een nieuwe 3V Lithium CR2477N-batterij in het batterijvak. Neem de correcte polariteit in acht.
10.2 Patiënten instrueren De arts moet de patiënt de volgende informatie ter beschikking stellen, die vereist is voor een veilig gebruik van de recorder. VOORZICHTIG Informeer bij huidproblemen de arts. In uitzonderlijke ge- vallen kunnen ook bij het gebruik van biocompatibele elektroden allergische reacties optreden.
10.2.1 Een voorval manueel opslaan Verklaar aan de patiënt dat hij tijdens de opname de toets kort moet indrukken om een voorval te markeren. Een korte pieptoon informeert de patiënt dat een voorval werd opgeslagen. 10.2.2 Opnamedagboek Wij adviseren dat de patiënt een opnamedagboek bijhoudt om ac- tiviteiten, symptomen en de bijbehorende tijden te registreren.
Pagina 31
Verbind de aansluitingen van de elektroden met de aansluitingen aan de achterkant van de recorder (Afbeelding 6). Afbeelding 6 Afbeelding 6 – Elektroden aanbrengen VOORZICHTIG Gebruik alleen ECG-elektroden die duidelijk als ECG- elektroden voor eenmalig gebruik gekenmerkt zijn. An- ders kunnen allergische huidreacties optreden. VOORZICHTIG Gebruik om infecties te vermijden geen elektroden die reeds door een andere persoon werden gebruikt.
10.5 Apparaat aanbrengen Verwijder voorzichtig de beschermingsfolie van de elektroden (Af- beelding 7). Afbeelding 7 – Beschermingsfolie verwijderen Plaats de recorder (a) op het borstbeen of (b) aan de bovenkant van de linkerborst of (c) 180° gedraaid op het borstbeen en druk hem voorzichtig aan (Afbeelding 8).
10.6 Apparaat inschakelen Druk op de toets tot het geluidssignaal weerklinkt. De LED toont een kleursequentie terwijl het apparaat start (Afbeelding 9). Afbeelding 9 – Apparaat inschakelen 10.7 Signaalkwaliteit controleren Als de signaalkwaliteit goed is en de recorder geen open elek- trode (Open Lead) heeft gedetecteerd, knippert de LED groen.
11 Voorval opnemen De recorder neemt voorvallen op als de patiënt de toets indrukt, automatisch bij over- of onderschrijding van instelbare grenswaar- den en in instelbare intervallen. U kunt de voor- en nabeshouwingstijd voor een voorval instel- len zoals verklaard in het hoofdstuk “Het venster “Setup” (“Instel- lingen”)”...
Meer informatie vindt u in de paragraaf “Het venster “Setup” (“In- stellingen”)” op pagina 45 en in de paragraaf “Beschrijving van de automatische ritmedetectie” op pagina 62. OPMERKING Een onder alle omstandigheden veilige detectie en cor- recte classificatie van hartritmestoornissen kan ondanks hoogontwikkelde en zorgvuldig geteste algoritmes niet gegarandeerd worden.
12 Einde van de opname Scheid de recorder voorzichtig van de elektroden en verwijder de batterij om de opname af te sluiten. De opname eindigt automa- tisch in de volgende situaties: Het geheugen is vol. De batterij is leeg. 12.1 Elektroden verwijderen Verwijder de elektroden voorzichtig, beginnend met de buitenste rand.
13 Gebruik van de “CM 100 Configurator- software” De CM 100 Configurator-software hoort bij de CardioMem CM 100 XT. De software is bedoeld voor gebruik door geschoold me- disch personeel (gebruiker) in medische instellingen. De software loopt op een PC die uitgerust is met het Windows-besturingssys- teem van Microsoft.
Het installeert alle programmabestan- den en het USB-stuurprogramma, dat nodig is voor de communi- catie met het apparaat CardioMem CM 100 XT. Kopieer het installatiebestand in een lokale map op uw PC. Start het installatieproces met een dubbelklik op het bestand. U...
Afbeelding 11 – Download-pad U wordt gevraagd of op uw bureaublad een programmasymbool moet worden weergegeven. Daarna kunt u de installatie starten met de door u vastgelegde instellingen. OPMERKING Verwijder een eventueel aanwezige oudere installatie van de “CM 100 Configurator-software” en sla alle opgenomen ECG-gegevens op voor u de nieuwe versie van de soft- ware installeert.
13.4 USB-downloadkabel met recorder en PC verbinden WAARSCHUWING RISICO VOOR EEN ELEKTRISCHE SCHOK – Gebruik uitsluitend de door GETEMED geleverde USB-download- kabel om de recorder te verbinden met een PC. VOORZICHTIG De PC moet voldoen aan de nieuwste versie van de inter- nationale norm IEC 60950 betreffende de veiligheid van IT-componenten.
Steek de USB-A-aansluiting van de downloadkabel in een vrije USB-aansluitnig van uw PC. Open het batterijvakklepje van het apparaat (1) en verwijder de batterij (2). Verbind de apparaat stekker van de downloadkabel met de aaansluiting (beeld) van de recorder (3), zoals weergege- ven op (Afbeelding 12).
13.6 CM 100 Configurator-software starten Starten de software met een dubbelklik op het bureaubladsym- bool. Op het startscherm verschijnen de softwareversie en infor- matie over de fabrikant. Klik op de knop “Met recorder verbinden” om de communicatie- verbinding op te bouwen (Afbeelding 14). Afbeelding 14 –...
13.7 Het venster “Informatie” Het venster “Informatie” verschijnt zodra de communicatieverbin- ding tussen de recorder en de Configurator software opgebouwd Afbeelding 15 – Het venster Informatie In het venster “Informatie” staan links de knoppen voor de andere vensters. In het venster “Informatie” verschijnen in het midden het serie- nummer van de verbonden recorder, het aantal op het apparaat opgeslagen ECG-bestanden en meer informatie voor de ondub- belzinnige identificatie van de desbetreffende recorder en de op-...
13.8 Het venster “Download”, een opname downloaden WAARSCHUWING Er bestaat gevaar voor de gezondheid of het leven van een patiënt als de ene patiënt de opname van een andere patiënt krijgt toegewezen en dit leidt tot een verkeerd toe- gewezen diagnose. Klik in het venster “Informatie”...
13.8.2 Gegevens op de recorder wissen Klik op de knop “Wissen” en dan op de knop “Opnamen wissen” om alle gegevens in het geheugen van de recorder te wissen (Af- beelding 17). In de linker bovenhoek van het venster “Download” wordt het aantal opgeslagen ECG-bestanden weergegeven.
Pagina 46
“Pre-/Post-tijd” de voor- en nabeschouwingstijd in seconden, die voor en na de detectie van een voorval wordt opgenomen de verschillende “Trigger”-grenzen de grenswaarden van het hartritme voor de automatische opname van tachycardie of bradykardie en de grens- waarde in seconden voor de herkenning en opname van een “pauze”.
13.9.1 “Pre-/Post-tijd”, voor- en nabeschouwingstijd De volgende instellingen zijn mogelijk: Pre/Post (s) 25 / 15 45 / 15 * 30 / 30 60 / 30 60 / 60 Lengte van de ECG-op- name (s) (*) = voorinstelling De “Lengte van de ECG-opname” blijkt uit de instelling van de voor- en nabeschouwingstijd (“Pre-/Post-tijd”) 13.9.2 Instellingen voor de automatische detectie van voorvallen...
13.10 Het venster “Standaardinstellingen” Klik in het venster “Informatie” op de knop “Standaardinstellingen” als u deze opnieuw wilt instellen. Het venster “Standaardinstellin- gen” wordt geopend (Afbeelding 19). Afbeelding 19 – Standaardinstellingen OPMERKING U kunt deze actie niet ongedaan maken. Alle opgeslagen gegevens en instellingen worden gewist en de setup van de recorder wordt weer op de standaardinstellingen ge- zet.
Afbeelding 20 – Standaardinstellingen ingesteld 13.11 Verbinding met de recorder verbreken Klik op de knop “Verbinding met recorder verbreken” om de USB- verbinding te verbreken. Scheid de apparaat stekker van de downloadkabel van het apparaat. 13.12 Licentie-informatie De CM 100 Configurator-software maakt gebruik van software- componenten die gepubliceerd werden onder de Open-Source-li- centie.
14 ECG-rapport weergeven WAARSCHUWING Voor de evaluatie van ECG-rapporten moet de software Adobe Reader versie 10 of hoger worden gebruikt. Als een andere PDF-viewersoftware wordt gebruikt, kan de nauwkeurigheid van de weergave niet worden gegaran- deerd. De ECG-rapporten bevinden zich in de geselecteerde download- map.
Pagina 51
Afbeelding 22 – ECG-rapport, kop De kop van het ECG-rapport (Afbeelding 22) toont de volgende informatie: (1) – apparaat-ID / serienummer, apparaattype, opname- en transfertijd, voorvalcode (zie onderstaande tabel). De voorvalcode bestaat uit 4 cijfers: Voorval Waarde Bradycardie, automatisch opgenomen 0010 Tachycardie, automatisch opgenomen 0020...
Pagina 52
(2) – Recorderinstellingen, voor- en nabeschouwingstijd, gren- zwaarden voor voorvaldetectie, detectie van AFib en TIR AAN/UIT (3) – Informatie over hartslag, laagste, hoogste en gemiddelde hartslag, aantal gedetecteerde QRS-complexen In het gegevens gedeelte van het ECG-rapport wordt de ECG- curve weergegeven met een schrijfsnelheid van 25 mm/s en een amplitude van 10 mm/mV.
23). Op de smartphone moet daarvoor de PhysioGate-app geïnstal- leerd zijn. De CardioMem CM 100 XT wordt op aanvraag van de klant met een smartphone en geïnstalleerde PhysioGate-app geleverd. Het gebruik van een niet door GETEMED ter beschikking gestelde smartphone is niet mogelijk.
Afbeelding 23 – Tele-ECG ECG-opnamen die succesvol via Bluetooth werden verzonden, worden in het recordergeheugen gewist. Mislukte transmissies worden automatisch herhaald na 15 minuten, 1 uur en 24 uur. Nieuwe ECG-opnamen zorgen voor een reset van het tijdsinter- val. Als de Bluetooth-transmissie permament mislukt, kunt u de ECG- opnamen ook steeds met de CM 100 Configurator downloaden via de USB-verbinding.
De accu van de smartphone met de PhysioGate-app wordt bij voorkeur dagelijks gedurende een uur op- geladen. De Bluetooth-transmissie heeft een reikwijdte van ca. 5 meter. De patiënt moet de smartphone met PhysioGate-app permanent bij zich hebben. 15.2 PhysioGate-app starten De Physiogate-app start automatisch zodra de smartphone wordt ingeschakeld.
15.3 PhysioGate-app gebruiken De PhysioGate-app beschikt over drie schermen, die u kunt op- roepen door op de desbetreffende titel te tippen in de menubalk. Het HOME-scherm (Afbeelding 25) verschijnt bij het openen van de app. Hier ziet u de gegevens van het ge- koppelde apparaat: ...
Druk op de toets om de recorder in te schakelen. Activeer Bluetooth op de CardioMem CM 100 XT door de toets lang ingedrukt te houden (> 5 s), tot een melodie weerklinkt en de LED blauw knippert (Afbeelding 28).
Pagina 58
Open de PhysioGate-app op de smartphone. Roep het Pairing-scherm op (PAIRING) Tip op SEARCH DEVICES (Afbeelding 29). Afbeelding 29 – Apparaten zoeken Beschikbare apparaten worden weer- gegeven in en lijst. Tip in de lijst op het apparaat waarmee u de recorder wilt koppelen (Afbeelding 30).
Pagina 59
Bevestig de pairing-poging met YES (Afbeelding 31). Afbeelding 31 – Bevestiging van de koppelingspoging Bevestig de pairing-aanvraag (Afbeel- ding 32). Als de pairing succesvol ist, werklinkt er een melodie. Afbeelding 32 – Bevestiging aanvraag ® 78812051-NL CardioMem CM 100 XT...
15.5 Transmissie controleren Bereid de recorder voor, schakel hem in en verbind hem met de patiënt, zoals hierboven beschreven. Schakel de smartphone met de PhysioGate-app in. Open de Phy- sioGate-app, open het INFO-scherm en controleer of de verbin- dingsstatus (WWW) “OK” is (Afbeelding 33, Afbeelding 34). Afbeelding 33 –...
Voor de toewijzing van ECG-opnamen aan een be- paalde patiënt is de arts verantwoordelijk OPMERKING Informeer GETEMED onmiddellijk als de smartphone met de PhysioGate-app verloren of gestolen is. ® 78812051-NL...
16 Beschrijving van de automatische ritmedetectie 16.1 Hartslagdetectie De hartslag in slagen per minuut [bpm] wordt permanent bere- kend uit de afstand tussen twee opeenvolgende R-pieken. De hartslagdetectie is een belangrijk kenmerk van de recorder. Er worden hartslagwaarden van 30 bpm tot 240 bpm herkend met een tolerantie van max.
De automatische opname van voorvallen wordt onderdrukt als door de recorder open elektroden (Open Lead) gedetec- teerd werden, signaalruis werd gedetecteerd of de berekende hartfrequentie ongeldig is. 16.3 Detectie van boezemfibrillatie (AFib) Het begin van AFib wordt gedetecteerd zodra binnen de laatste 16 QRS-complexen drie aritmische veranderingen van twee op- eenvolgende RR-afstanden gevonden worden.
17 Verwijdering van apparaat, batterijen en toebehoren Elektrische apparaten bevatten metalen en kunststofdelen. Om schade aan het milieu te voorkomen, mag de recorder en het toe- behoren op het einde van de productclevensduur alleen worden verwijderd in overeenstemming met de geldende verwijderings- richtlijnen.
18 Foutopsporing Foutpatroon Oorzaak Aanbevelingen CM 100 XT: Batterij leeg of Nieuwe batterij aanbrengen. geen batterij aan- apparaat kan niet gebracht ingneschakeld wor- (LED brandt niet). CM 100 XT: Geheugen vol Verbind de recorder met de PC en met de software CM Opname kan niet 100 Configurator en schakel gestart worden...
Pagina 66
Foutpatroon Oorzaak Aanbevelingen CM 100 XT: Algemene appa- Verwijder de batterij en raatvelden. breng ze opnieuw aan. Apparaat gaat na het inschakelen Neem contact op met uw niet op de normale dealer of de servicedienst bedrijfsmodus van de fabrikant als het pro- bleem niet verdwijnt.
Pagina 67
Foutpatroon Oorzaak Aanbevelingen De smartphone WWW-status op INFO- heeft geen inter- scherm van de PhysioGate- netverbinding. app controleren. Als de status niet OK ist, lo- catie veranderen en herha- len. Bluetooth is uitge- Schakel Bluetooth in. De schakeld op de procedure is beschreven in smartphone.
Pagina 68
Foutpatroon Oorzaak Aanbevelingen Starten die software CM 100 Configurator en contro- leer de recorderstatus. Download de opgeslagen ECG-gegevens en wiis het recordergeheugen. Schakel dan de modus “Tele-ECG” CM 100 XT, De pairing is ge- Houd de toets op de CM PhysioGate app: wist op de 100 XT ingedrukt tot een...
Pagina 69
Foutpatroon Oorzaak Aanbevelingen De gegevensdown- Start de CM 100 Confi- load op een PC gurator-software Klik op “Met recorder werkt niet verbinden” en herhaal (Fout! Gegevens- de download. download onvolle- Controleer of zich ECG- dig!). rapporten in de inge- stelde downloadmap be- vinden.
Pagina 70
Foutpatroon Oorzaak Aanbevelingen (Fout! Gegevens Scheid de USB-down- niet gewist!). loadkabel (apparaat wordt uitgeschakeld). Sluit de USB-download- kabel weer aan en scha- kel de recorder in. Start de CM 100 Confi- gurator-software. Klik op “Met recorder verbinden”...
20 Specificaties 20.1 Algemeen Classificatie: IIa volgens MDR (EU) 2017/745 Type van het gebruiksdeel: BF (Body Floating), niet defibrillatie- bestendig gebruiksdeel Applicatietijd (typisch): 7 ... 14 dagen Afmetingen (B x L x H): 76 mm x 89 mm x 14 mm Gewicht: ca.
Pagina 73
Gebruiksvoorwaarden Temperatuur: 5 °C tot 45 °C Relatieve vochtigheid: 0 % tot 93 %, niet condenserend Omgevingsluchtdruk: 1060 hPa ... 700 hPa (–380 m ... 3000 m) Transport- en opslagomstandigheden –20 °C tot 60 °C Temperatuur: Relatieve vochtigheid: 0 % tot 93 %, niet condenserend Omgevingsluchtdruk: 1060 hPa ...
20.2 Elektromagnetische compatibiliteit Medische elektrische apparatuur vereist speciale voorschriften m.b.t. de elektromagnetische compatibiliteit (EMC) en moet in overeenstemming met de informatie in dit document geïnstalleerd en in gebruik genomen worden. Richtlijnen en verklaring van de fabrikant – elektromagneti- sche emissie De recorder is bestemd voor het gebruik in de onderstaande elek- tromagnetische omgeving.
Pagina 75
Richtlijnen en verklaring van de fabrikant – elektromagneti- sche storingsbestendigheid (leidinggebonden storingswaar- den) De recorder is bestemd voor het gebruik in de onderstaande elek- tromagnetische omgeving. De klant of de gebruiker van het appa- raat moet ervoor zorgen dat het in dergelijke omgeving wordt ge- bruikt.
Richtlijnen en verklaring van de fabrikant – elektromagneti- sche storingsbestendigheid (geleide en gestraalde HF-storin- gen) De recorder is bestemd voor het gebruik in de onderstaande elek- tromagnetische omgeving. De klant of de gebruiker van het appa- raat moet ervoor zorgen dat het in dergelijke omgeving wordt ge- bruikt.
Pagina 77
**) EN 60601-1-2: 2015, tabel 9: Testfre- Band a) Dienst a) Modulatie b) Maxi- Afstand Storingsbe- quentie maal stendig- (MHz) ver- heids- (MHz) mogen testniveau (V/m) 380 – TETRA 400 Pulsmodula- tie b) 18 Hz 430 – GMRS 460, FM c) FRS 460 ±...
Pagina 78
OPMERKING De afstand tussen de zendantenne en het ME-apparaat of ME-systeem kan, indien nodig, gereduceerd worden tot 1 m om het storingsbestendigheidstestniveau te bereiken. De test- afstand van 1 m is toegelaten volgens IEC 61000-4-3. a) Voor enkele diensten zijn alleen de uplink-frequenties aanwezig. b) De drager moet gemoduleerd worden door gebruik van een 50% tastverhouding-rechthoeksignaal.