NL
14 BEDRADINGSSCHEMA'S
14.1 Nomenclatuur
Onderdelen gascircuit:
MC:
Motor van de compressor
RC:
Weerstand van de verwarming
van de compressor.
RL:
Reactantie.
MV:
Motor van de ventilator.
EEV: Elektronisch smoorventiel.
V4V: 4-wegklep.
VB:
By-passklep.
TD:
Ontladingsthermostaat.
PH:
Hoge-drukschakelaar. (DIN1)
PM:
Gemiddelde drukschakelaar.
(DIN2)
PL:
Lage-drukschakelaar. (DIN3)
Voeding en onderdelen (watercircuit):
L:
Fase.
N:
Neutraal.
R:
Relais.
Aansluitblok voor onderdelen:
E1:
Ondersteunende weerstand warm
kraanwater.
E2:
Ondersteunende weerstand
Verwarming.
C4:
Circulatiepomp van de
warmtepomp.
C6:
Ondersteunende circulatiepomp.
56
.
TH1: Temperatuursensor van ontladen.
TH2: Temperatuursensor van de
wisselaar buiten.
TH3: Buitentemperatuursensor.
TH6: Temperatuursensor
aanzuigen.
TH7: Temperatuursensor
kraanwater.
TH8: Temperatuursensor terugstroom.
TH9: Temperatuursensor instroom.
TH11: Temperatuursensor van de
wisselaar binnen.
TH12: Temperatuursensor
kamertemperatuur.
Q:
Debietmeter.
SW1: DIP-Switch 1.
MAN: Bedieningspaneel.
TAF: Kamerthermostaat Koeling.
TAC: Kamerthermostaat Verwarming.
G2:
3-wegklep Verwarming/Warm
kraanwater.
G3:
3-wegklep Warmte/Kou
DUAL CLIMA R
van
voor
warm