Inhoudsopgave
Advertenties
NL
6.3 Bevestiging van de warmtepomp
De warmtepomp moet stevig op een ondergrond worden bevestigd, bij
voorkeur een ondergrond van beton. Bevestig hem stevig middels 4 sets van
bouten M12 geschikt voor het materiaal van de ondergrond, met moeren en
sluitringen (commercieel verkrijgbaar). Zorg ervoor dat de uitstekende afstand
van de bout niet meer dan 10 millimeter binnen de metalen ondersteuning
van het apparaat (poot) bedraagt.
Het ontvangende oppervlak van het apparaat moet:
Een stevige bevestiging mogelijk maken (bij voorkeur beton).
Het gewicht ruimschoots kunnen dragen.
Een doorlatend oppervlak hebben onder de afvoeropening van de condens (aarde, grindbed,
zand, ...).
Geen enkele trilling geleiden naar de woning, waarvoor de installatie van de met de
warmtepomp meegeleverde trillingdempende ondersteuningen wordt aanbevolen.
Als het apparaat op wandsteunen wordt geïnstalleerd, is in het bijzonder de isolatie van de machine
met betrekking tot de doorgave van trillingen en geluid naar het binnenste van de woning belangrijk,
waarbij het nodig kan zijn trillingdempende ondersteuningen te installeren die geschikter zijn voor de
wandsteun dan de met de warmtepomp meegeleverde steunen. Bevestiging op de grond wordt echter
aangeraden.
Nivelleer de warmtepomp goed om ervoor te zorgen dat het condenswater niet via andere wegen
weg kan lopen dan door de voorziene afvoeropening.
6.4 Afvoer van condens
Bij normale werking, zal de warmtepomp grote hoeveelheden water afvoeren, waarvoor bij de
warmtepomp DUAL CLIMA R een opening is voorzien in het onderste deel van het apparaat. Zorg
ervoor deze opening niet te blokkeren tijdens het installatieproces van het apparaat.
Installeer het apparaat bij voorkeur op een goed gedraineerde plaats, hiervoor
wordt aanbevolen een bed van grind, zand, of vergelijkbaar te voorzien onder deze
opening. Als de afvoeropening van de warmtepomp wordt afgedekt door een
montagebasis of de ondergrond, verhoog de eenheid dan om er een vrije ruimte
van tenminste 100 mm onder te laten.
Als het op een terras of een gevel wordt geïnstalleerd dan dient de uitstroom van
condens naar een afvoer geleid te worden om overlast en/of schade veroorzaakt
door het druppelen van condenswater te vermijden. Als de installatie wordt
uitgevoerd in een regio waar de temperatuur minder dan 0 ºC kan zijn gedurende
een langere periode, controleer dan of de aanwezigheid van ijs geen gevaar
vormt.
22
B
A
133
A: Condensaatafvoeropening (Onderaanzicht van de machine).
B: Aanduiding van de voorzijde van de machine (loskant).
12
756
DUAL CLIMA R
Advertenties
Inhoudsopgave
